Meteen aan het begin van de Duitse bezetting kwamen er Nederlanders in verzet. In de eerste jaren van de oorlog had het verzet een bescheiden karakter. Vanaf 1943 nam het in omvang toe. Er waren veel verschillende verzetsorganisaties, die soms contact met elkaar onderhielden. De verzetsorganisaties hielden uiteraard geen ledenbestand bij. Het is daarom niet altijd makkelijk om over individuele verzetsmensen informatie te vinden.
Enkele zoektips voordat u gaat zoeken in de archieven van het Nationaal Archief
- Het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) bewaart veel gegevens en archieven over verzet en verzetsdeelnemers. U vindt er ook verwijzingen naar andere instellingen.
- Database van de Arolsen Archives. Als een verzetsdeelnemer tijdens de Tweede Wereldoorlog is opgepakt en naar Duitsland is overgebracht, kunt u mogelijk gegevens vinden in de Arolsen Archives (voorheen International Tracing Service) door op de persoonsnaam te zoeken. Veel documenten zijn gedigitaliseerd en online te bekijken.
- Database van het ministerie van Defensie met onderscheidingen. Veel verzetsdeelnemers ontvingen na de Tweede Wereldoorlog een onderscheiding. Deze database bevat gegevens van personen die in de periode 1815-1963 een dapperheidsonderscheiding ontvingen.
- Soms is er in de lokale of regionale archieven iets te vinden over verzetsgroepen die in de regio actief waren.
Het Nationaal Archief heeft enkele indexen (naamregisters) gemaakt van archieven waarin verzetsdeelnemers voorkomen. Komt de persoon die u zoekt niet in een index voor, dan kunt u verder zoeken in de archieven van het Nationaal Archief, of in bepaalde gevallen een onderzoek laten uitvoeren.
#Via deze zoekbalk kunt u op persoonsnaam, geboortedatum of plaatsnaam zoeken naar personen die zijn omgekomen tijdens of vlak na de Tweede Wereldoorlog. Naast burgerslachtoffers en militairen bevat de index ook veel omgekomen verzetslieden. Bekijk voor meer uitleg de zoekhulp Oorlogsgravenstichting.
In de Scheveningse strafgevangenis hebben in de Tweede Wereldoorlog 26.000 mensen gevangen gezeten. Het deel van deze gevangenis waar verzetsstrijders werden opgesloten is ook bekend onder de naam Oranjehotel. Van 734 omgekomen verzetsdeelnemers die daar enige tijd gevangen hebben gezeten zijn vier fotoboeken gemaakt, Deze zogeheten dodenboeken zijn gedigitaliseerd en te doorzoeken op persoonsnaam. Bekijk voor meer uitleg de zoekhulp Oranjehotel: dodenboeken 1940-1945.
Via deze zoekbalk kunt u zoeken naar personen die in de periode 1815-1993 door de Kanselarij der Nederlandse Orden zijn onderscheiden met een militaire of civiele orde. Hieronder bevinden zich ook verschillende verzetslieden. Let op: de index bevat niet alleen onderscheidingen die naar aanleiding van de Tweede Wereldoorlog zijn uitgereikt. Bekijk voor meer uitleg de zoekhulp Onderscheidingen 1815-1993.
Op 5 september 1944 ontstonden de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten (BS) doordat verschillende verzetsgroepen gingen samenwerken. De drie belangrijkste waren de Ordedienst (OD), de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers/Landelijke Knokploegen (LO/LKP) en de Raad van Verzet (RVV).
Voor onderzoek naar verzetsdeelnemers die onderdeel waren van de BS, of naar andere zaken zoals regionale verzetsgroepen en de verzetspers zijn twee archieven die het Nationaal Archief bewaart van belang:
- Archieven van de Ordedienst en de Binnenlandse Strijdkrachten, en Afwikkelingsbureau, 1941-1956 (2.13.137).
- Collectie archiefbescheiden van de Ordedienst, de Binnenlandse Strijdkrachten, het Militair Gezag en van andere organisaties, gevormd door het Bureau Registratie en Informatie Ontslagen Personeel (BRIOP), 1940-1947 (2.13.208).
Personeelsdossiers
Deze twee archieven zijn voor het grootste deel openbaar. U kunt er zelf in zoeken en archiefstukken van aanvragen. Maar in het eerste archief (2.13.137) zitten ook personeelsdossiers van personen die in dienst waren van de BS. Deze zijn beperkt openbaar tot 01-01-2027. Het gaat om de inventarisnummers 1918-4823. Om deze personeelsdossiers te kunnen komen bekijken in de studiezaal, moet u een aanvraag indienen.
In deze dossiers kunnen de volgende formulieren en gegevens zitten:
- registratieformulieren
- uitbetalingslijsten
- incidenteel gegevens over een onderscheiding.
Ook in het tweede archief (2.13.208) zit een klein deel (inventarisnummers 6638-6660) met stukken over Nederlandse officieren dat nog tot 01-01-2024 beperkt openbaar is. Ook hiervoor moet u een aanvraag indienen.
Op de inventarisnummers 469-846 uit het eerste BS-archief (2.13.137) is een index gemaakt. In deze index kunt u zoeken op trefwoord, of op naam. De persoonsdossiers uit het archief van de Binnenlandse Strijdkrachten zijn niet opgenomen in deze index.
Inzien archiefstukken in de studiezaal (reserveren)
Het archief Binnenlandse Strijdkrachten is nog niet gedigitaliseerd. U kunt archiefstukken komen bekijken in de studiezaal van het Nationaal Archief. Hiervoor moet u het archiefstuk reserveren.
Hoe gaat u te werk?
Na uw zoekopdracht klikt u het zoekresultaat aan dat u wilt bekijken.
Er verschijnt een overzicht (indexrecord) waarin naast de naam van de persoon ook een bronverwijzing met een link staat. U reserveert het archiefstuk door eerst op de link achter de bronverwijzing te klikken. In het volgende scherm klikt u op het geel gemarkeerde inventarisnummer.
U kunt nu het archiefstuk reserveren. Hiervoor heeft u een account bij het Nationaal Archief nodig. Dit kunt u online aanmaken.
Scans bestellen
Van archiefstukken die alleen in de studiezaal zijn in te zien en die niet beperkt openbaar zijn, kunt u ook, tegen betaling, een scan bestellen. Klik in het indexrecord op de blauwe knop met Bestel Scan. Voor het bestellen van een scan heeft u een account bij het Nationaal Archief nodig. Dit kunt u online aanmaken.
Gegevens over verzetsdeelnemers vindt u in verschillende archieven. Vanwege privacywetgeving zijn bepaalde (delen van) archieven beperkt openbaar. Dit betekent dat u niet zelf in het archief kunt zoeken of zelf archiefstukken kunt aanvragen. Maar onder bepaalde voorwaarden kunt u wel archiefstukken in de studiezaal komen bekijken. Hiervoor moet u een aanvraag doen. Dat kan op twee manieren:
- Stuur een bericht naar info@nationaalarchief.nl. Doe dit als u een gerichte vraag heeft over een bepaald archief, zoals het opvragen van een persoonsdossier uit het archief van de Binnenlandse Strijdkrachten, of uit het Centraal Afwikkelingsbureau Duitse Schade-Uitkeringen (CADSU). Voor personen geboren ná 1 januari 1924 moet u een bewijs van overlijden meesturen, óf een ondertekende toestemmingsverklaring als de persoon nog in leven is. Van personen die vóór 1 januari 1924 zijn geboren hoeft u geen bewijs van overlijden mee te sturen. We streven ernaar om uw aanvraag binnen zes weken af te handelen.
- #Vul onderstaande 'Aanvraagformulier NRK' in. Doe dit als u in meer algemene zin zoekt naar gegevens over een verzetsdeelnemer (die gearresteerd is geweest). Er wordt dan gezocht in verschillende archieven met beperkt openbaar materiaal. Omdat we voor elke aanvraag uitvoerig onderzoek verrichten en sommige onderzoeken meer tijd vragen, is de verwachte behandeltermijn tussen de drie en zes maanden.
Geef naast de persoonsgegevens zoveel mogelijk aanvullende informatie in het veld Extra informatie, zoals de plaats(en) waar de persoon heeft vastgezeten als u die weet. Om het NRK-formulier in te kunnen vullen moet u inloggen op de site van het Nationaal Archief. Heeft u nog geen account? Dan kunt u online een account aanmaken.
Wanneer u het NRK-formulier invult, wordt gezocht in de volgende archieven:
- Oorlogsarchief Nederlandse Rode Kruis (NRK)
- Binnenlandse Strijdkrachten (personeelsdossiers)
- Centraal Afwikkelingsbureau Duitse Schade-Uitkeringen (CADSU)
Stuur een e-mail naar: info@nationaalarchief.nl
Neem in uw e-mail de volgende gegevens op (aanvullende gegevens zijn altijd welkom):
- naam van de personen naar wie u onderzoek wilt laten doen, met volledige voornamen
- de geboortedata van deze personen en bij voorkeur ook de geboorteplaats
- de woonplaats(en) van de personen gedurende de oorlogsjaren (indien bekend)#
Bewijs van overlijden
Zijn de personen naar wie u onderzoek wilt laten doen overleden én geboren ná 1 januari 1924? Stuur dan van deze personen een bewijs van overlijden mee. Voor personen geboren voor 1 januari 1924 hoeft u geen bewijs van overlijden mee te sturen. Als bewijs van overlijden geldt:
- een link naar de vermelding van deze persoon op de websites Oorlogsgravenstichting of Joods Monument.
Als de persoon niet op één van deze twee websites voorkomt, of als de persoon na de Tweede Wereldoorlog is overleden, voeg dan een scan of digitale foto toe van één van de volgende bewijsstukken:
- een uittreksel uit het overlijdensregister van de burgerlijke stand;
- een rouwkaart of rouwadvertentie (de website Mensenlinq bevat veel rouwadvertenties die sinds 2005 in regionale dagbladen verschenen);
- de persoonskaart (op te vragen bij het CBG|Centrum voor Familiegeschiedenis);
- de grafsteen met daarop de volledige naam, geboorte- en sterfdatum (goed leesbaar).
Toestemmingsverklaring
Zijn er nog personen in leven, stuur dan het volgende mee:
- een ondertekende toestemmingsverklaring van deze personen. Via een toestemmingsverklaring geeft een persoon u toestemming om archiefstukken over hem/haar op te vragen en te bekijken. Een voorbeeld van een toestemmingsverklaring vindt u op de pagina Toestemmingsverklaring inzage;
- een kopie van het identiteitsbewijs van deze personen. Meer informatie over het maken van een veilige kopie vindt u op de website van de Nederlandse overheid;
- een kopie van uw eigen identiteitsbewijs.
Het Nationaal Archief bewaart verschillende archieven met informatie over verzet en verzetsdeelnemers. Een deel van deze archieven is beperkt openbaar (B-beperkt). Dit betekent dat u niet zelf in de archieven kunt zoeken. Vaak kunt u wel dossiers uit deze archieven komen bekijken in de studiezaal van het Nationaal Archief. Er moet dan eerst vooronderzoek worden gedaan door een medewerker van het Nationaal Archief. Wanneer u beperkt openbare archiefstukken komt bekijken mogen daar géén foto's of scans van worden gemaakt. U kunt wel aantekeningen maken.
Naam | Archiefnummer(s) | Omschrijving |
---|---|---|
Oorlogsonderscheidingen | Via de zoekhulp Onderscheidingen 1815-1993 kunt u zoeken in het archief van de Kanselarij der Nederlandse Orden, 1815-1994 (2.02.32). Andere belangrijke openbare archieven over oorlogsonderscheidingen zijn: Archieven op het gebied van verbetering van de rechtspositie van en eerbetoon aan verzetsstrijders (Verzetsherdenkingskruis), 1976-1989 (2.13.227), Oorlogsonderscheidingen voor het Koopvaardij- en Luchtvaartpersoneel, 1940-1975 (2.16.32) Bureau Onderscheidingen, de Commissie voor Militaire Onderscheidingen, 1940-1986 (2.13.184). | |
Oorlogsarchief Nederlandse Rode Kruis (NRK) - Netherlands Tracing Mission | 2.19.308 | Bevat persoonsdossiers van vermiste Nederlandse personen (vooral in Duitsland). Het is op naam te doorzoeken. Het archief is A-beperkt. Dit betekent dat een dossier alleen tijdens uw bezoek aan het Nationaal Archief door een baliemedewerker voor u aangevraagd kan worden. |
Oorlogsarchief Nederlandse Rode Kruis (NRK) - M.M. Oosenbrug | 2.19.303 | Bevat onder meer rapportages en documentatie over verzetsgroepen en verzetsdeelnemers (inventarisnummers 18-108), verzameld en opgesteld door M.M. Oosenbrug (hij was tussen 1980-1999 hoofd Onderzoek van de Stichting 1940-1945). |
Collectie Doodenboeken 1940-1945 van de Stichting Oranjehotel | 2.19.136 | Gedigitaliseerde dodenboeken: vier fotoboeken met 734 portretten van omgekomen gevangenen die in de Scheveningse strafgevangenis (bijgenaamd Oranjehotel) hebben gezeten (maar daar niet per se zijn gestorven). Zie ook de zoekhulp Oranjehotel: dodenboeken. Het Nationaal Archief bewaart alleen de Dodenboeken, het archief van de Scheveningse strafgevangenis ligt niet bij het Nationaal Archief. Het NIOD kan u meer informatie geven over dit archief. |
Ordedienst en de Binnenlandse Strijdkrachten (BS), 1941-1956 | 2.13.137 | Archief van de Ordedienst en de Binnenlandse Strijdkrachten (BS). Behalve de personeelsdossiers van de BS (inventarisnummers 1918-4823) is dit archief openbaar. |
Ordedienst, de Binnenlandse Strijdkrachten, het Militair Gezag, gevormd door het Bureau Registratie en Informatie Ontslagen Personeel (BRIOP), 1940-1947 | 2.13.208 | Archief met documenten van de Binnenlandse Strijdkrachten, Ordedienst, het Militair Gezag, de Stoottroepen, de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers (LO), knokploegen en de Nederlandse Arbeidsdienst. Het bevat geen persoonsdossiers. |
Stamkaarten en Staten van Dienst en andere personeelskaarten bij het voormalig Bureau Registratie en Informatie Ontslagen Personeel (BRIOP), 1914-1962 | 2.13.251 | Archief met personeelsgegevens van verschillende legeronderdelen en instellingen vanaf de Eerste Wereldoorlog tot en met de dekolonisatieperiode. Het is een zeer gevarieerd archief. Veel archiefonderdelen zijn op achternaam ontsloten. Het bevat onder meer: Personeelslijsten van de Prinses Irene Brigade, 1940-1946 (inventarisnummers 507-511); 'Personeelskaarten' van aangekomen Engelandvaarders (inventarisnummers 523-531); Oorlogsvrijwilligers (O.V.W) bij de Binnenlandse Strijdkrachten (BS), 1945 (inventarisnummers 647-746). |
Naam | Archiefnummer(s) | Omschrijving |
---|---|---|
Ordedienst en de Binnenlandse Strijdkrachten (BS), 1941-1956 | 2.13.137 | In de latere oorlogsjaren dienden diverse verzetslieden bij de Binnenlandse Strijdkrachten. De personeelsdossiers hiervan (inventarisnummers 1918-4823) zijn beperkt openbaar (B-beperkt). Om dossiers te kunnen bekijken moet u een aanvraag indienen. De rest van het archief is openbaar. In de personeelsdossiers kunnen gegevens zitten zoals:
|
Oorlogsarchief Nederlandse Rode Kruis (NRK) | Belangrijk i.v.m. verzet: | Verschillende deelcollecties van het NRK-archief bevatten gegevens over gearresteerde verzetsdeelnemers die naar Duitsland zijn overgebracht, zoals de Centraal Europese Cartotheek, administraties van onder andere Kamp Amersfoort en Kamp Vught, transportlijsten en naoorlogse correspondentie. Het grootste deel van de NRK-collectie is B-beperkt. Om dossiers te kunnen komen bekijken moet u een aanvraag indienen. |
Stichting 1940-1945 | 2.19.330 t/m 2.19.348 | Stichting 1940-1945 verleende na de Tweede Wereldoorlog (financiële) hulp aan gezinnen van verzetsdeelnemers en andere oorlogsgetroffenen. Vanaf 1947 behandelde de stichting de aanvragen die verzetsdeelnemers en hun nazaten konden doen in het kader van de Wet buitengewoon pensioen (Wbp). Het archief van de stichting bevat ruim 83.000 persoonsdossiers. Hierin zitten vaak gegevens over verzetsactiviteiten van verzetsdeelnemers. Bekijk voor meer informatie de zoekhulp Stichting 1940-1945. |
Centraal Afwikkelingsbureau Duitse Schade Uitkeringen (CADSU), 1959-1966 | 2.08.46 | In de jaren vijftig van de twintigste eeuw konden vervolgingsslachtoffers van de nazi's een vergoeding bij de Duitse overheid aanvragen in verband met de zogenaamde 'Wiedergutmachungs'-wetten. Personen die een aanvraag hebben ingediend zijn terug te vinden in dit archief. Om dossiers te kunnen bekijken moet u een aanvraag indienen. Zie hiervoor de zoekhulp CADSU II-dossiers. |
Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR) | 2.09.09 | Archief met ruim 400.000 dossiers over (vermeende) collaborateurs. In de dossiers komen ook regelmatig verzetsdeelnemers voor die verraden of gearresteerd werden door een collaborateur. Dit archief is interessant als u weet wie de verzetsdeelnemer heeft gearresteerd of verraden. Zie ook de zoekhulp CABR. |
Verzetsdeelnemers kunnen een onderscheiding hebben gekregen. Voor een aantal onderscheidingen kunt u rechtstreeks zoeken in de:
- database met dapperheidsonderscheidingen (1815-1963) van het ministerie van Defensie
- index Onderscheidingen van de Kanselarij der Nederlandse Orden (2.02.32)
Daarnaast kunt u ook op andere manieren informatie over toegekende onderscheidingen achterhalen, zoals de aanvragen, toekenningen of afwijzingen van diverse onderscheidingen. Onderstaande tabel geeft een overzicht van een aantal belangrijke onderscheidingen voor verzetsdeelnemers en in welke archieven van het Nationaal Archief u meer informatie kunt vinden. De archieven bevatten aanvragen voor onderscheidingen. De genoemde verzetsdaden werden gecontroleerd. Daarom bevatten de dossiers vaak getuigenverklaringen ter bevestiging of juist ontkenning van bepaalde verzetshandelingen.
Onderscheiding | Archiefnummer | Opmerkingen |
---|---|---|
Verzetskruis | Op Wikipedia staat een overzicht van de 94 personen die deze onderscheiding kregen. De onderscheiding werd toegekend bij Koninklijk Besluit, zie ook de zoekhulp Koninklijke Besluiten 1813-1988. | |
Verzetsherdenkingskruis | 2.13.227 | Het archief van het Comité Verzetsherdenkingskruis (VHK) bevindt zich in de 'Archieven op het gebied van verbetering van de rechtspositie van en eerbetoon aan verzetsstrijders in de Tweede Wereldoorlog (Collectie Vergroesen), 1976-1989' (2.13.227). Sinds 1981 zijn er bijna 19.000 aanvragen voor het VHK ingediend. Alle aanvragen, zowel toegekend als afgewezen, zitten in dit archief. Dit archief is deels openbaar en deels beperkt openbaar (B-beperkt). Het betekent dat u wel op persoonsnaam kunt zoeken via de verschillende indexen die openbaar zijn. De dossiers waar in de index naar verwezen wordt zijn B-beperkt. Om deze dossiers in te kunnen zien moet een aanvraag indienen. |
Militaire Willems-Orde Oorlogsherinneringskruis Ereteken voor orde en Vrede Mobilisatie-Oorlogskruis | 2.13.184 | Aanvragen voor deze militaire onderscheidingen zijn te vinden in het 'Archief van het Ministerie van Defensie, Fonds Onderscheidingen 1940-1986' (2.13.184). Dit archief is deels openbaar en deels beperkt openbaar (A-beperkt). De beperkt openbare stukken kunt u in de studiezaal komen bekijken, maar kunnen allen tijdens uw bezoek, door een medewerker van het Nationaal Archief voor u worden aangevraagd. |
Bronzen Leeuw Bronzen Kruis Oorlogsherinneringskruis (OHK) Mobilisatie-Oorlogskruis Kruis van Verdienste Bronzen Ster voor Trouw en Verdienste Vliegerkruis | 2.16.32 | Aanvragen voor deze onderscheidingen zijn te vinden in het 'Archief Oorlogsonderscheidingen voor het Koopvaardij- en Luchtvaartpersoneel 1940-1975' (2.16.32). Het archief is volledig openbaar. |
Korte uitleg voor onderscheidingen die bij Koninklijke Besluit (KB) zijn toegekend
Een onderscheiding die bij KB wordt toegekend is een onderscheiding die door ministeries worden voorgedragen en bekrachtigt door een Koninklijk Besluit. De KB’s zijn onderdeel van het archief Kabinet der Koningin, 1946-1975 (2.02.20) en sommige KB's hebben als bijlage de ministeriële voordracht (met motivatie waarom de onderscheiding werd toegekend).
Weet u de datum (en bij voorkeur ook het dagnummer) van het KB, dan kunt u direct het juiste inventarisnummer bepalen.
Weet u de datum van het KB niet? Gebruik dan één of meer naamklappers uit de serie inventarisnummers die begint met 13334. De datum en het nummer van het KB worden bij de persoonsnaam in de naamklapper vermeld.
Voor een aantal onderscheidingen kunt u gebruik maken van de namenklappers in archief van het Kabinet der Koningin, 1898-1945 (2.02.14), zoals voor de Militaire Willemsorde (inventarisnummers 9161-9163), Orde van Oranje Nassau (inventarisnummers 9167-9182) en de Huisorde van Oranje Nassau (inventarisnummers 9154-9155).
De naamklappers vanaf 1947 zijn A-beperkt. Dit betekent dat u de klappers niet zelf kunt aanvragen. Dat kan alleen via een medewerker van het Nationaal Archief aan de informatiebalie. Dit geldt ook voor de Koninklijke Besluiten zelf. Er mogen geen foto’s of scans gemaakt worden van KB’s van na januari 1947. U kunt wel aantekeningen maken.
Let op:
- Het kan ook dat de verzetsdeelnemer rechtstreeks via een lid van het koninklijk huis (bijvoorbeeld koningin Wilhelmina of prins Bernhard) een onderscheiding kreeg. Het Nationaal Archief heeft hier geen gegevens van. Hiervoor moet u naar het Koninklijk Huisarchief. Zoek daar in de Kanselarij Huisorden (toegangsnummer E06), of in het archief van Wilhelmina (toegangsnummer A50). Deze archieven zijn echter beperkt openbaar.
- Als een onderscheiding ingesteld is bij Koninklijk Besluit wil dat niet zeggen dat het ook toegekend werd bij KB. Een voorbeeld hiervan is het Verzetsherdenkingskruis. U vindt de toekenningen niet bij de Koninklijke Besluiten.
Al meteen vanaf het begin van de Duitse bezetting kwamen er Nederlanders in verzet tegen de Duitsers. In de eerste jaren van de oorlog had het verzet een bescheiden karakter. Vanaf 1943 nam het duidelijk in omvang toe. In grote lijnen zijn er drie vormen van verzet te onderscheiden:
- passief verzet
- actief niet-gewelddadig verzet
- gewelddadig verzet.
De meest voorkomende vorm in Nederland was actief, ondergronds, niet-gewelddadig verzet, zoals de illegale pers, hulp aan onderduikers en inlichtingenwerk voor de Nederlandse regering in Londen.
Passief verzet
Passief verzet houdt in dat men niet meewerkte aan de door de Duitsers opgelegde maatregelen. Velen leverden bijvoorbeeld hun radio niet in, toen dat werd bevolen. Op Koninginnedag (toen 31 augustus) zetten veel mensen oranje bloemen voor de ramen, hoewel iedere uiting van oranjegezindheid verboden was. Overtreding werd met een boete bestraft.
Actief niet-gewelddadig verzet
Actief niet-gewelddadig verzet was de belangrijkste verzetsvorm. Onmiddellijk na de capitulatie op 14 mei 1940 kwamen de eerste verzetsstrijders in actie.
Spionage
Sommige verzetsgroepen verzamelden inlichtingen over Duitse militaire installaties en gaven die door aan de Nederlandse regering in Londen. Enkele voorbeelden van deze verzetsgroepen zijn:
- de Geuzenactie (leider Bernard IJzerdraat),
- de Stijkelgroep (genoemd naar zijn leider Han Stijkel),
- de Oranjewacht
- de Dienst-Wim.
De Sicherheitspolizei wist een aantal van deze groepen in een vroeg stadium op te rollen. Dit kwam doordat men het verzetswerk onvoldoende geheim hield.
Illegale pers
Al snel was er ook de illegale pers. Het vervaardigen en verspreiden van deze kranten was een gevaarlijke onderneming. Voorbeelden van verzetskranten (waarvan een aantal nog bestaat) zijn:
- Het Parool
- Vrij Nederland
- De Waarheid
- Je Maintiendrai
- Trouw.
Hulp aan onderduikers
De steeds strenger wordende Duitse maatregelen bedreigden steeds meer groepen mensen:
- Joden en andere vervolgden vanwege de rassenwetten
- politieke tegenstanders van de nazi's
- mannen die de Arbeitseinsatz wilden ontlopen
- geallieerde piloten die uit de lucht waren geschoten.
Al deze mensen hadden hulp nodig in de vorm van onderduikadressen en voedselbonnen. De organisatie die zich hiervoor verdienstelijk maakte was de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers, kortweg LO genoemd. Belangrijke leiders van de LO waren mevrouw Helene. Th. Kuipers-Rietberg (verzetsnaam 'Tante Riek') en dominee F. Slomp ('Frits de Zwerver'). De organisatie, die een protestantse achtergrond had, zorgde voor onderduikadressen, voedselbonnen en valse persoonsbewijzen. Hiervoor was weer de Persoonsbewijzen Centrale (PBC) onmisbaar, want zonder persoonsbewijs kon je geen voedselbonnen krijgen. Van groot belang voor de financiering van het verzet was het Nationaal Steunfonds (NSF).
Gewelddadig verzet
Tot het najaar van 1944 bleef deze het gewelddadig verzet beperkt van omvang. Er was in Nederland geen sprake van een frontsituatie, zodat gewapend verzet weinig zinvol was. Toch waren enkele honderden personen bij deze vorm van verzet betrokken. Ze pleegden gewapende overvallen op gevangenissen om verzetsstrijders te bevrijden, of overvielen distributiekantoren om bonkaarten voor onderduikers te bemachtigen. Soms werden gevaarlijke personen geliquideerd. Bekend werd in dit verband Hannie Schaft ('het meisje met het rode haar').
De belangrijkste organisaties die zich met gewelddadig verzet bezighielden waren:
- de Landelijke Knokploegen (LKP), die over het algemeen nauw samenwerkten met de LO (zie hierboven)
- de Raad van Verzet (RvV), waarin met name communisten actief waren
- de Ordedienst (OD), waarin veel oud-officieren actief waren. Belangrijk doel van de OD was om aan het einde van de oorlog een eventueel gezagsvacuüm op te vullen. Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog waren in Europa verschillende revolutiepogingen ondernomen. Ook in Nederland leek toen een revolutie ophanden. De OD wilde dit voorkomen. De Koningin moest weer veilig op haar troon komen.
In 1944 bereidde men zich voor op de bevrijding van Nederland. De gewapende verzetsgroepen wilden hun hulp aan de geallieerden aanbieden. De LKP, RvV en OD werden in het najaar van 1944 samengevoegd tot de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten (de NBS of kortweg BS) en onder commando van Prins Bernhard geplaatst. De BS verleende op bescheiden schaal militaire hulp aan de geallieerden, met name door de inzet van het Regiment Stoottroepen. Na de bevrijding werden leden van de BS ingezet bij de gevangenneming en bewaking van Nederlanders die verdacht werden van collaboratie of oorlogsmisdaden.
Bijzondere vormen van verzet
Stakingen
Enkele keren kwam het tot een uiting van massaal verzet, die uniek was in het door Duitsland bezette Europa. De belangrijkste zijn:
- Februaristaking: het oppakken en wegvoeren van bijna 400 Joodse mannen was in februari 1941 de aanleiding voor het uitbreken van de Februaristaking. De staking begon in Amsterdam en breidde zich vooral in West-Nederland uit, maar werd hard neergeslagen door de Duitse bezetter.
- In 1943 kwam het opnieuw tot een staking die de Duitsers verraste. De zogeheten April-Meistaking was een uiting van protest tegen het in krijgsgevangenschap terugroepen van Nederlandse militairen die in 1940 naar huis gestuurd waren. De staking begon in Twente en breidde zich uit over grote delen van het land.
- De Grote Spoorwegstaking, die van september 1944 tot het einde van de oorlog duurde, kwam tot stand in opdracht van de Nederlandse regering in Londen, en in overleg met het geallieerde opperbevel. De staking belemmerde het Duitse troepenverkeer en ondersteunde zo de geallieerde luchtlandingen bij Arnhem.
Verzet op zee
Aan de strijd tegen de Duitsers namen onderdelen van de krijgsmacht deel die kans hadden gezien naar Engeland uit te wijken. Dit gold met name voor de Nederlandse marine. De Nederlandse koopvaardijvloot, die in mei 1940 grotendeels buitengaats was, leverde gedurende de oorlog een belangrijke bijdrage aan het transport voor de geallieerden.
Engelandvaarders
Tenslotte waren er na de capitulatie Nederlandse burgers die zich wilden inzetten voor de bevrijding van ons land door zich aan te sluiten bij militaire eenheden, die met name in Engeland werden gevormd. Zij heetten Engelandvaarders. De reis naar Engeland was moeilijk, zowel over land via Frankrijk en Spanje, als rechtstreeks met een zeilboot of vissersschip over de Noordzee (zie ook de zoekhulp Engelandvaarders over hoe u onderzoek doet naar deze personen). De bekendste Engelandvaarder is Erik Hazelhoff Roelfzema, die als soldaat van Oranje bekend werd door de verfilming van zijn daden.
Meer lezen?
Er is al veel literatuur verschenen over het verzet. Enkele (recentere) titels:
- Wikipedia pagina Nederlands Verzet in de Tweede Wereldoorlog
- Wally de Lang, De razzia's van 22 en 23 februari 1941 in Amsterdam (Amsterdam/Antwerpen 2021)
- Egbert van de Schootbrugge, De Tweede Wereldoorlog en het verzet (Utrecht 2018)
- Ad van Liempt (red.), De jacht op het verzet (Amsterdam 2013)
- Loe de Jong, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog (1969-1994)