Om de DUTO-functies in te richten die het DUTO-proces registreren ondersteunen, is het nodig om onderstaande modeleisen te implementeren.
Houd daarbij rekening met de prioritering op basis van de MoSCoW-methodiek (Must have, Should have, Could have, Won’t have) die is toegekend in de kolom “MoSCoW”. Deze weging is bedoeld ter referentie. Zie de gebruiksaanwijzing bij het ontwerpstelsel over de MoSCoW-prioritering. De modeleisen kunnen gelden voor een specifieke vakapplicatie, of voor een generieke DUTO-applicatie die DUTO-functionaliteit levert. Of voor een voorziening waarmee een aanbieder DUTO-processen uitvoert. Dat is afhankelijk van het gekozen implementatiepatroon.
ID | Eis | Functie | MoSCoW | Bronvermelding |
---|---|---|---|---|
R01 | Het moet mogelijk zijn om informatieobjecten en bijbehorende metagegevens rechtstreeks vanuit een interne of externe applicatie en/of voorziening in grote hoeveelheden tegelijk of individueel in te winnen. | Inwinning | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.1.4 |
R02 | Het moet mogelijk zijn om op elk aggregatieniveau een uniek identificatiekenmerk toe te wijzen aan informatieobjecten. Het kenmerk is uniek binnen de bijbehorende bron. | Metagegevens-beheer | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.2.2; NEN-ISO 15489-1:2016, 9.3; MDTO- identificatiekenmerk |
R03 | Het moet mogelijk zijn om vooraf te configureren welke metagegevenselementen bij een informatieobject worden vastgelegd. | Metagegevens-beheer | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.2.3 |
R04 | Het moet mogelijk zijn om bij creatie of opname van een informatieobject met metagegevens (conditionele) bewaartermijnen toe te kennen conform de vigerende selectielijst. | Metagegevens-beheer | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.2.1.1 |
R05 | Het moet mogelijk zijn om de inhoud van metagegevens op een geautoriseerde manier en volgens vastgesteld beleid te wijzigen. | Metagegevens-beheer | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.3.1.1 |
R06 | Het moet mogelijk zijn, indien er van digitale handtekeningen gebruik gemaakt wordt, om de metagegevens die het gebruik van een digitale handtekening registreren (datum, tijd en validatie) te documenteren. En blijvend bij het informatieobject op te slaan. | Metagegevens-beheer | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.3.1.5 |
R07 | Het moet mogelijk zijn om de metagegevens vast te leggen overeenkomstig één of meerdere vooraf vastgestelde metagegevensschema's. | Metagegevens-beheer | M | Archiefregeling art. 17; NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.2.1; NEN-ISO 15489-1:2016, 9.3 |
R08 | Het moet mogelijk zijn om bepaalde metagegevens handmatig in te voeren. | Metagegevens-beheer | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.2.4 |
R09 | Het moet mogelijk zijn om toegangs-, gebruiks- en beveiligingsmetagegevens te creëren en te onderhouden die beveiligde registraties van gebeurtenissen genereren voor informatieobjecten op elk aggregatieniveau. Daarmee kun je de toegang tot en het gebruik van informatieobjecten bijhouden (logging) en documenteren. | Metagegevens-beheer | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.4.2.3; NEN-ISO 16175-1:2020, R.3.1.4 |
R10 | Het moet mogelijk zijn om informatieobjecten en bijbehorende metagegevens op te nemen. | Opname | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.1.1 |
R11 | Het moet mogelijk zijn om het opnemen van informatieobjecten in gangbare, open bestandsformaten en/of oorspronkelijke bestandsformaten te ondersteunen. | Opname | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.1.5 |
R12 | Het moet mogelijk zijn om informatieobjecten en bijbehorende metagegevens op te slaan. | Opslag | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.3.2.1 |
R13 | Het moet mogelijk zijn om op verschillende aggregatieniveaus (Afgestemd op de behoefte van de organisatie of het proces) van informatieobjecten toegangsrechten toe te kennen. | Toegangs-beheer | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.4.2.1; NEN-ISO 16175-1:2020, 4.2.2; |
R14 | Het moet mogelijk zijn om de waarden van metagegevens en informatieobjecten te valideren aan de hand van vooraf vastgestelde schema’s en/of syntactische standaarden. | Validatie | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.2.5 |
R15 | Het moet mogelijk zijn om de integriteit van informatieobjecten en de bijbehorende metagegevens te valideren aan de hand van aanvullende criteria zoals checksums of elektronische handtekening. Dit met name bij inwinning en opname. | Validatie | M | NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.1.4; |
R16 | Het behoort mogelijk te zijn om gangbare formaten (of combinaties daarvan) voor elementen of eigenschappen van metagegevens (zoals XML) vast te leggen. | Metagegevens-beheer | S | NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.2.6 |
R17 | Het behoort mogelijk te zijn om informatieobjecten te verrijken of aan te passen met additionele metagegevens op een geautoriseerde manier. En volgens vastgesteld beleid. | Metagegevens-beheer | S | NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.2.8 |
R18 | Het behoort mogelijk te zijn om workflowgegevens (bijvoorbeeld resultaatgegevens zoals goedkeuring) die verband houden met informatie-objecten op te nemen en te relateren aan de desbetreffende informatieobjecten. | Metagegevens-beheer | S | NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.2.7 |
R19 | Het behoort mogelijk te zijn om informatieobjecten en bijbehorende metagegevens zowel in bulk als individueel op te nemen. De integriteit van de inhoud en structuur van informatieobjecten kan hierbij worden gegarandeerd. | Opname | S | NEN-ISO 16175-1:2020, R.1.1.4 |