Wat betekent de erfenis van het Nederlandse slavernijverleden voor mensen in het hier en nu? Negen persoonlijke geschiedenissen uit verschillende werelddelen laten dat vanaf 9 oktober in de pop-up tentoonstelling Erfenissen van de Nederlandse slavernij in het Nationaal Archief zien.
Negen persoonlijke verhalen
De handel in tot slaaf gemaakte mensen was een wereldwijd systeem. De negen verschillende verhalen komen dan ook uit verschillende delen van de wereld: van Suriname, Zuid-Afrika tot Nederland en Indonesië. Naast de negen panelen zijn er uitgebreidere online versies van de verhalen te bekijken op de webpagina negen verhalen.
De expositie geeft een beeld van verschillende aspecten van het Nederlandse koloniale- en slavernijverleden, waarvan het bronmateriaal in het Nationaal Archief te vinden is. Sommige van de negen persoonlijke verhalen in de tentoonstelling zijn nooit eerder verteld. Zo geeft de Zimbabwaanse sommelier Pardon Taguzu een beeld van de doorwerking van de slavernij in de vele wijngaarden in Zuid-Afrika. De Arubaanse tweelingzussen Ira en Ayra Kip vertellen over de stukgelopen zoektocht naar hun voorvaders. Kinderen van tot slaaf gemaakte moeders hadden volgens de toenmalige wet namelijk geen vaders. Hun namen werden daarom nergens genoteerd.
Of het verhaal over de Belanda Hitam (‘zwarte Hollanders’). Nederland ronselde tussen 1830 en 1872 mannen in West-Afrika om als militair te vechten in het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) in Indonesië. Ook komt Henrick van Asch van Wijck aan het woord. Hij is secretaris van de Insinger Stichting. De geschiedenis van de familie en naamgevers van de stichting is vervlochten met het Nederlandse slavernijverleden. De familie bezat plantages in Suriname, leverde bestuurders voor de West-Indische Compagnie (WIC) en vergaarde met deze en andere activiteiten haar vermogen. De Insinger Stichting werd door Marie Insinger in 1913 opgericht ten gunste van ‘godsdienstige en liefdadige instellingen die in Nederland of de voormalige koloniën werken.’
Samenwerking Nationaal Slavernijmuseum en Nationaal Archief
De pop-up tentoonstelling Erfenissen van de Nederlandse slavernij is een samenwerking van het Nationaal Slavernijmuseum in oprichting en het Nationaal Archief. Het is de tweede expositie in aanloop naar de opening van het Nationaal Slavernijmuseum in Amsterdam in 2030. Na afloop reist deze tentoonstelling naar andere plaatsen in Nederland, Caribisch Nederland en Suriname.
Peggy Brandon, kwartiermaker Nationaal Slavernijmuseum:
‘Waar anders dan in het Nationaal Archief kun je zo veel vinden over vier eeuwen Nederlands koloniaal en slavernijverleden? Het Nederlandse slavernijverleden is niet één verhaal maar bestaat uit talloze, verschillende en vooral heel persoonlijke ervaringen. Samen met het Nationaal Archief kunnen we die persoonlijke verhalen laten zien en ze voor altijd een plaats in de geschiedenis geven.’
Wanneer te zien?
De pop-up tentoonstelling Erfenissen van de Nederlandse slavernij - Negen verhalen is vanaf 9 oktober tot en met 12 januari 2025 gratis te bezoeken in het Nationaal Archief.