Srebrenica

10 juli 2020

Op 11 juli is het 25 jaar geleden dat de door Dutchbat beschermde enclave Srebrenica in Bosnië viel. Voor de Dutchbatveteranen en nabestaanden van de ruim 8.000 vermoorde moslimmannen een meer dan verschrikkelijk drama. Ook uit archieven blijkt hoeveel gevolgen deze mislukte VN-missie heeft. 

Dutchbat in een kwetsbare situatie

Eind 1993 besluit Nederland bij te dragen aan de VN-vredesmacht in Bosnië. Dutchbat arriveert in maart 1994. In december van dat jaar, maanden voor de val van Srebrenica, bespreekt het kabinet al evacuatiescenario’s voor de Dutchbatters, mocht het misgaan. De minister van Defensie, Joris Voorhoeve, noemt de situatie kwetsbaar in een ‘klein dal waar 44.000 moslims bijeengedreven zitten’. In 1995 verslechtert de situatie; de Bosnische Serviërs blokkeren bevoorrading en houden terugkerende Nederlandse verlofgangers tegen. In juni en juli omsingelt generaal Ratko Mladic de enclave en voert aanvallen uit. Ondertussen zoeken duizenden vluchtelingen bescherming in Srebrenica. 

Juli 1995

De lichtbewapende Dutchbatters, afgesneden van voedsel, brandstof en munitie, zijn geen partij voor het offensief van de Bosnische Serviërs. De door Dutchbat herhaaldelijk gevraagde luchtbescherming blijft uit. De enclave valt. In de dagen daarna vallen ruim 8.000 moslims in handen van de Bosnische Serviërs en worden vermoord. In een vergadering van de Veiligheidsraad op 12 juli 1994 wordt gesproken over het ‘invaluable humanitarian work’ van Dutchbat en ‘het moedige optreden van de Nederlandse peacekeepers tegen een overmacht’. De minister van Buitenlandse Zaken, Hans van Mierlo, meldt aan alle ambassades op 17 juli: ‘De Nederlandse militairen hebben al het onmogelijke gedaan om de val te voorkomen. (…) ‘Mladic is heer en meester over de gang van zaken’. 

Gevolgen 

De Dutchbatters keren eind juli terug naar Nederland en krijgen in de media veel kritiek over zich heen. Ze hebben de vluchtelingen niet kunnen beschermen, de moslims zouden onder de ogen van Dutchbat zijn geëxecuteerd. Dit laatste blijkt onjuist maar de toon is gezet. 
In oktober 1995 meldt de Sociale Coördinatie Commissie van Dutchbat dat zij veel psychische problemen bij de teruggekeerde Dutchbatters signaleert. ‘Deels te wijten aan de doorgemaakte situatie maar helaas voor een minstens even groot deel aan de negatieve berichtgeving omtrent Dutchbat.' Volgens de commissie ‘dweilen we met de kraan open’. Adequate opvang wordt gemist. 

Terugkeerdagen

Defensie maakt een plan voor betere nazorg. Er worden vanaf 1996 terugkeerdagen voor Dutchbatveteranen georganiseerd. Hoewel de opkomst laag is, spreken de deelnemers en organisatoren van een succes. De gesprekken over het onbegrip van de omgeving, het gevoel in de steek te zijn gelaten, de machteloosheid, angst en de posttraumatische stress zijn een eye opener. De contacten met andere veteranen, ook van eerdere VN-missies, zorgen voor begrip en herkenning. Veel deelnemers hadden zo’n bijeenkomst eerder gewild. 
Maar de zorgen blijven. Srebrenica heeft bij de Dutchbatters en de nabestaanden diepe sporen achtergelaten, tot op de dag van vandaag.

Nationaal Archief

2.19.231 Bond van Nederlandse Militaire Oorlogs- en Dienstslachtoffers, inv.nr. 1160, 1168
2.05.266 Nederlandse diplomatieke vertegenwoordiging in Kroatië, inv.nr. 209
2.02.05.02 Ministerraad, inv.nr. 7023