Archief
Titel
2.10.19.02 Inventaris van het digitaal duplicaat van het archief van de Algemene Leider van de Tweede Algemene Volkstelling van Suriname 1950, 1950 (1956)
Auteur
J.A.A. Bervoets, S.M. PereiraVersie
20-11-2019
Copyright
Nationaal Archief, Den Haag
1978 cc0Beschrijving van het archief
Naam archiefblok
Digitaal Duplicaat: Algemene Leider 2e Algemene Volkstelling Suriname (1950) Suriname / Volkstelling 1950 [digitaal duplicaat]
Periodisering
archiefvorming: 1950 oudste stuk - jongste stuk: 1950-1956
Archiefbloknummer
DDK23105Omvang
911 inventarisnummer(s); 67,00 meterTaal van het archiefmateriaal
Het merendeel der stukken is in het
Nederlands
Soort archiefmateriaal
Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.Archiefdienst
Nationaal ArchiefDe originelen bevinden zich in
Nationaal Archief van Suriname, ParamariboArchiefvormers
Algemeen Leider der tweede Algemene Volkstelling in Suriname Bureau Volkstelling Hr. Gemmink
Samenvatting van de inhoud van het archief
Archief bevat voornamelijk telkaarten , afkomstig van de Tweede Algemene Volkstelling in Suriname in 1950. Gegevens van de ondervraagden zijn gerangschikt naar district, geboortjaar, geslacht en etnische afkomst.Archiefvorming
Geschiedenis van de archiefvormer
De Tweede Algemene Volkstelling in Suriname in 1950
1. De voorbereiding op de Volkstelling
1.1 De Afkondiging van het besluit
Tijdens de opening van de Staten van Suriname in mei 1949 kondigde de gouverneur een volkstelling aan ter uitvoering van het gouvernementsbesluit van 29 november 1917, Gouvernementsblad nr. 80 inzake de samenstelling van een bevolkingsregister. De
landsverordening tot deze volkstelling werd afgekondigd op 1 oktober 1949, Gouvernementsblad nr. 110; tevens werd een woningtelling, een landbouwtelling en een talentelling afgekondigd op dezelfde datum, Gouvernementsblad nr. 111 .
1.2 De Commissie van coördinatie ten behoeve van de Tweede Algemene Volkstelling
Bij gouvernementsresolutie van 4 juni 1949, nr. 2444, werd een werkcommissie ingesteld, die de volkstelling moest voorbereiden. Deze werkcommissie voor volkstelling 1950 bracht in augustus een pre-advies uit over de opzet van deze telling, aan de hand waarvan de volkstelling werd opgezet. Zij stelde voor om een algemene leider aan te stellen in de persoon van J. Gemmink en de telling gedeeltelijk te financieren uit het op 1 augustus 1947 opgerichte Surinaams Welvaartsfonds. Gemmink werd aangesteld bij gouvernementsresolutie van 22 oktober 1949, nr. 1325 SWF, en zijn Bureau Volkstelling 1950 ving op 1 november daaropvolgend zijn werkzaamheden aan. De adviescommissie zette haar werkzaamheden voort onder de naam Commissie van coördinatie ten behoeve van de Tweede Algemene Volkstelling, en oefende diepgaande invloed uit op de samenstelling van de vragenlijsten bij de diverse tellingen. Zij onderzocht welke onderzoekspunten voor de landsdepartementen van belang waren en bracht hierover advies uit aan de algemene leider. Op 22 september 1950 werd door de algemene leider en de Coördinatiecommissie de eindredactie van de telkaarten aan de landsregering voorgelegd, die bij landsbesluit van 18 oktober 1950, Gouvernementsblad nr. 112, werd vastgelegd.
2. De gevraagde gegevens
De gevraagde gegevens, vervat in 41 hoofdvragen, waren:
1.Voor alle personen:
landsaard; leeftijd (geboortedatum); geslachts-, familie- of eigennaam in 1950; geslachts-, familie- of eigennaam in 1921 met nadere gegevens over eventuele naamsverandering; voornamen; woonplaats op het teltijdstip; land van geboorte; nationaliteit; geboortedatum; persoonlijke staat; landsaard van ouders en grootouders; de verblijfplaats op 31 oktober 1950; de woonplaatsen sedert 1921 op district en jaar nauwkeurig met redenen van migratie; godsdienst; ziekten of gebreken; genoten onderwijs; naam van de vader en de moeder met geboortedata;
2. Voor personen, ouder dan 14 jaar en gehuwde vrouwen:
naam van echtgenoot/echtgenote met eventuele huwelijksdatum; burgerlijke staat of copulatieverband met gegevens over persoonlijke staat, godsdienst en geboortejaar van de echtgenoot/echtgenote; gegevens over verwekte kinderen en hun onderling familieverband; ingeval van invaliditeit; middelen van bestaan; lidmaatschap van verenigingen; genoten vakopleiding; beroep, met gegevens over beroep van de ouders en eigen nevenberoepen; werksituatie op 31 oktober 1950 met eventuele gegevens over werkgevers of werknemers; financieel inkomen; verleende ondersteuning aan anderen;
3. Voor gezinshoofden:
naam met voornaam, burgerlijke staat enz.; woonadres op 31 oktober 1950; namen van inwonende gezinsleden met gegevens over de familiebetrekkingen en persoonlijke gegevens; ligging van de woning; zakelijk recht ten aanzien van de bouwgrond; omschrijving van de woning (fundering, etages, materiaal, sanitair, e.d.); bedrijfsruimte in de woning; kosten van huur of hypotheek; indeling woning; gezinsinkomen; huishoudelijk personeel.
3. Het verloop van de telling
3.1 De volkstelling
Op 1 november 1950 nam de telling van individuele bevolkingsleden, woningen en gezinnen een aanvang. De telling kon slechts nauwkeurig geschieden in controleerbare en bereikbare nederzettingen. Vandaar, dat het grondgebied van Suriname werd onderverdeeld in een telgebied en een sampling-gebied. In het laatste gebied werd de aan te treffen bevolking (in hoofdzaak Bosnegers en Indianen in stamverband) globaal geteld. Het telgebied werd onderverdeeld in 19 hoofdressorten, die elk werden onderverdeeld in een variërend aantal telressorten van 200 personen elk. Reeds vanaf 14 maart 1950 was Gemmink doende geweest om een duizendtal tellers in vijf cursussen op te leiden, maar slechts de helft van het noodzakelijke aantal bleek geschikt. Bovendien bleek de telproductie in de planning per mandag aanzienlijk te zijn overschat. De tellingen duurden daardoor langer en nieuw personeel moest worden aangetrokken.
3.2 De Landbouwtelling
Op 8 januari 1951 werd met de landbouwtelling een aanvang gemaakt. Deze moest wegens conflicten met de tellers over de bezoldiging worden afgebroken.
3.3 Het einde van de telling
Op 20 januari 1951 werden de werkzaamheden van het Bureau Volkstelling opgeschort. Toen in juli 1951 door de gouvernementsaccountantsdienst werd geconstateerd, dat de door het Surinaams Welvaartsfonds begrote kosten aanzienlijk werden overschreden, besloot de landsregering alle bemoeienissen met dit bureau stop te zetten.
4. De verwerking van de gegevens van het basismateriaal
4.1 De betrouwbaarheid van de gegevens
Over de betrouwbaarheid van het basismateriaal werd op 7 maart 1952 door het Centraal Bureau voor de Statistiek een positief oordeel uitgesproken. Het percentage fouten in de volledigheid van de opgave werd geraamd op 1%, en in de juistheid van de beantwoording der vragen op 3%, 'waarbij dit percentage voor de demografische gegevens aanmerkelijk lager ligt dan voor de sociaal-economische gegevens'
4.2 Bewerking van het Basismateriaal
4.2.1 De publicaties van het C.B.S.
Begin 1954 werd de sortering van het basismateriaal van de telling door het C.B.S. voltooid en konden tabellen worden opgesteld die voor publicatie van de resultaten zouden worden uitgewerkt. Voorzien werd in 24 delen, waarvan de eerste tien de tabellen van de personentelling, 'de eigenlijke volkstelling', zouden bevatten, de overige de uitwerking op sociaal-economisch gebied (godsdienst, inkomen, gezondheidstoestand, beroep). Uiteindelijk verschenen in de jaren 1954-1956 de delen 1-8 en 10, (deel 9, de telling in het 'sampling-gebied' van Bosnegers en Indianen, verscheen niet), en de delen 23 (woningtelling) en 24 (gezinstelling).
4.2.2 Catalogus Landbouwhogeschool Wageningen
De tabellen, die in de overige delen zouden worden verwerkt bevonden zich in 1954 ter microfilming bij het Centraal Bureau voor de Statistiek. De Afdeling Sociologie en Sociografie van de Niet-Westerse gebieden van de Landbouwhogeschool te Wageningen bestelde een set microfilms en vervaardigde in 1966 een catalogus op deze set.
5. De verwerking van het overige materiaal
5.1 Materiaal afkomstig uit de boedel van het Welvaartsfonds
Ondanks de afgebroken samenwerking met de landsregering, wilde de gouverneur-beheerder van het Surinaams Welvaartsfonds echter de verwerking van de verkregen resultaten wel voortzetten. Dit leidde tot een besluit van het Ministerie van Uniezaken en Overzeese Rijksdelen om Gemmink met het materiaal naar Nederland te laten reizen, teneinde hem in staat te stellen om het in samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek in Den Haag nader uit te werken. Eerdere pogingen tot verwerking door het coördinatiebureau in Suriname mislukten door het ontbreken van technische apparatuur en statistische know-how.
In 1956 werd de liquidatie van het Surinaams Welvaartsfonds voltooid. De landsregering en de gouverneur besloten het materiaal niet meer te verwerken in het bevolkingsregister van Suriname. Onderhandelingen tussen de heer Gemmink, de landsregering van Suriname en het Ministerie van Overzeese Rijksdelen leidden op 1 november 1956 tot het besluit van de landsregering om het materiaal na december 1956 te doen overdragen aan het Centraal Bureau voor de Statistiek in Den Haag, hetgeen tevens de beëindiging van Gemminks werkzaamheden als algemeen leider van de volkstelling inhield. ( Missive van de gouverneur van Suriname aan de minister van Overzeese Rijksdelen, 5 november 1956, nr. 1751 kabinet (archief van de beheerder van het Surinaams Welvaartsfonds inventarisnummer 90. )5.1.1 Publicaties Gemmink
Gemmink maakte na de beëindiging van zijn werkzaamheden als algemeen leider van de volkstelling, verscheidene persoonlijke studies naar aanleiding van de resultaten, die gedeeltelijk met steun van de Stichting voor Culturele Samenwerking met Suriname en de Nederlandse Antillen werden gepubliceerd. ( In een reeks socio-demografische studies verschenen van de hand van Gemmink: ) ( Reproductiepatronen binnen een raciaal-cultureel heterogene bevolking, Utrecht, februari 1966. ) ( Copulatiepatronen bij raciale en culturele assimilatie. Utrecht, augustus 1970. ) ( Een Nederlands kolonisten-geslacht in Suriname. 1805-1950. Utrecht, september 1971. ) ( De nakomelingschap van een Surinaamsche slavin. 1787-1950. Zuidwolde, november 1976. ) Kaart van Suriname
Geschiedenis van het archiefbeheer
In 1977 werd het archief door de heer Gemmink overgedragen aan het Algemeen Rijksarchief, met dien verstande dat het te gelegener tijd naar Suriname zal worden overgebracht . ( Correspondentie van de Tweede Afdeling van het Rijksarchief, 1976 D 1749, 1977 D 9.17, 9.58. ) Inbewaringgegeven (door rijk aan gemeente, of andersom)
Inhoud en structuur van het archief
Inhoud
Het hier beschreven archief behelst hoofdzakelijk het basismateriaal van de volkstelling, dat na de overkomst van Gemmink naar Nederland in het Centraal Bureau voor de Statistiek werd verwerkt. Voorzover er verwerkt materiaal in aanwezig is, betreft het vermoedelijk pogingen tot verwerking, die in Suriname werden ondernomen in samenwerking met de Coördinatiecommissie.
Verantwoording van de bewerking
In 1978 werd door S.M. Pereira, medewerker van het hulpdepot van het Algemeen Rijksarchief in Schaarsbergen een inventaris van het bestand voltooid, die door drs. J.A.A. Bervoets, chartermeester I van de Tweede Afdeling van het Algemeen Rijksarchief, van een inleiding werd voorzien.
Ordening van het archief
Het basismateriaal werd in het Centraal Bureau voor de Statistiek geordend. Oorspronkelijk bestond een vragenformulier uit een 'gezinsomslag' van vier pagina's, met hierin persoonskaarten voor het aantal aanwezige gezinsleden. De persoonskaarten waren rood voor mannen, geel voor vrouwen. De gezinsomslag bevatte op het linkerblad vragen ten aanzien van de personen van het gezin, terwijl op het rechterblad ook vragen over de woning werden gesteld en de onderlinge relatie van de bewoners. Dit formulier werd nu uit elkaar gehaald, waarbij onderscheid werd gemaakt tussen de personentelling (de persoonskaarten), de gezinstelling (de linkerhelft van de omslag) en de woningtelling (de rechterhelft van de omslag), die ieder in een aparte afdeling werden geborgen.
De persoonskaarten werden geborgen per district en vervolgens per landsaard. Maakte de vragenlijst oorspronkelijk onderscheid in negen categorieën (neger, kleurling, Hindoestaan, Indonesiër, Chinees, Europeaan, Indiaan, bosneger en overige - o.m. joden, Arabieren, 'onbekend'), Gemmink maakte gradaties in de vermenging tussen blanken en negers door onderscheid te maken tussen Europeanen (volbloed blanken), negers (volbloed negers), kleurlingen (afstammelingen van blanken en negers), creolen (afstammelingen van kleurlingen) en Surinamers (afstamming onbekend), waardoor het aantal 'landsaarden' toenam tot twaalf.
Voor de ordening van de telkaarten, die uit de gezinsomslag waren verkregen, werd gebruik gemaakt van een door Gemmink en het Centraal Bureau voor de Statistiek vastgestelde indeling van het Surinaamse telgebied buiten Paramaribo in 'sociaal-economische gebieden', die elk een cijfer kregen en die zich daaromheen bevindende 'perifere gebieden'. Het sampling-gebied werd in 'bosland-gebieden' ingedeeld.
Deze ordening bleef gehandhaafd toen Gemmink na de beëindiging van zijn werkzaamheden het materiaal voor persoonlijke studie gedeeltelijk te zijnen huize deponeerde en gedeeltelijk in een ruimte in Utrecht, die tijdens zijn werkzaamheden met het Centraal Bureau voor de Statistiek als zijn kantoor had gediend. Daar waren de kaarten voor wetenschappelijk onderzoek toegankelijk.
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Deels openbaar, deels beperkt openbaar (B). Genealogisch onderzoek is niet mogelijk, tenzij het om telkaarten gaat van personen die langer dan 100 jaar geleden geboren zijn. Deze kaarten zijn in principe openbaar. Zie voor de precieze bepalingen en opgave van inventarisnummers de aanvraaginstructie van de inventaris.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
- Creëer een account of log in.
- Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
- Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Digitaal Duplicaat: Algemene Leider 2e Algemene Volkstelling Suriname (1950), nummer toegang 2.10.19.02, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Suriname / Volkstelling 1950 [digitaal duplicaat], 2.10.19.02, inv.nr. ...
Verwant materiaal
Inventarisnummers van dit archief zijn in kopievorm beschikbaar
Een uitgebreider overzicht van de geschiedenis van de volkstelling van 1950 is opgenomen in het jaarverslag van het Surinaams Welvaartsfonds over 1954, tevens eindverslag. Een tekst hiervan bevindt zich in het archief van de beheerder van het Surinaams Welvaartsfonds, inventarisnummer 7.
De tekst van het pre-advies bevindt zich in het archief van de beheerder van het Surinaams Welvaartsfonds, inventarisnummer 84.
Een vragenlijst met instructie bevindt zich in het archief van de beheerder van het Surinaams Welvaartsfonds, inventarisnummer 84. Deze dient ook ter inleiding op de catalogus van het verzamelde materiaal, samengesteld door de Afdeling Sociologie en Sociografie van de Niet-Westerse gebieden van de Landbouwhogeschool in Wageningen.
Bijlagen
Verklaring van enkele omschrijvingen op de telkaarten
De omschrijvingen worden verklaard in de volgorde waarin zij op de telkaart worden aangetroffen.
1. DE PERSOONSKAARTEN
W.T.Z.:
- W = de woonplaats van ondervraagde bevindt zich binnen het telressort van de teller.
- T = de woonplaats van de ondervraagde bevindt zich buiten het telressort van de teller; ondervraagde verblijft hier tijdelijk.
- Z = de ondervraagde heeft geen vaste woonplaats; hij is zwervend.
vraag 7 :Woondistrict
- = Paramaribo;
- = district Suriname;
- = district Saramacca;
- = district Commewijne;
- = district Coronie;
- = district Nickerie;
- = district Marowijne.
Vergelijk ook vraag 14, waar deze aanduidingen voluit omschreven zijn. vraag 5 :Laatste naamswijziging, door:
- E.V.M. = door erkenning van de vader en de moeder.
- E.V. = door erkenning van de vader.
- E.M. = door erkenning van de moeder.
- W.H. = door wettiging van een huwelijk.
De cijfers in de marge geven de leeftijd van de ondervraagde op 1 november 1950 aan. vraag 11:
- W.G. = wettig gehuwd.
- N.E. = niet erkend.
- Onb. = onbekend.
vraag 12: assimiliatie
gevraagd wordt: de landsaard van
- de grootvader van vaderszijde,
- de grootmoeder van vaderszijde,
- de grootvader van moederszijde,
- de grootmoeder van moederszijde, e. de vader, f. de moeder.
De ingevulde cijfers komen overeen met de code in de rechtermarge. vraag 20:
- Gehuwd B.W. = gehuwd volgens het Burgerlijk Wetboek.
- Gehuwd A.H.R. = gehuwd volgens de Aziatische huwelijksregeling.
- Wed. = weduwe.
- Gesch. = het huwelijk is wettelijk na echtscheiding ontbonden.
- Verst. = verstoten; het huwelijk/de samenwoning is ontbonden.
- Gesch. van T. en B. = gescheiden van tafel en bed (alleen na wettig huwelijk).
2. DE GEZINSKAARTEN
Landsaard:
- = neger.
- = kleurling.
- = hindostaan.
- = indonesiër.
- = chinees.
- = europeaan.
- = indiaan.
- = bosneger.
- = overige.
Vergelijk hierbij de uitleg van de codes op de persoonskaarten, waarnaar de gezinskaart verwijst. Woondistrict:
- = Paramaribo.
- = district Suriname.
- = Saramacca.
- = district Commewijne.
- = district Coronie.
- = district Nickerie.
- = district Marowijne.
3. DE WONINGKAARTEN
vraag 9: enkele afkortingen.
- Rest. enz. = restaurant, eethuis, bar, dansgelegenheid, enz.
- Mag. = magazijn of opslagplaats.
- Ver. Lok. = verenigingslokaal.
- Ind. = industriebedrijf.
- Ambt. = uitoefening ambacht.
vraag 7: toelichting van enkele rechten in de telinstructie
- recht van eigendom: allodiaal eigendomsrecht of eigendomsrecht volgens het Burgerlijk Wetboek.
- recht van erfpacht: de rechten op de grond, ontleend aan een erfpachtsakte.
- recht van huur: de rechten ontleend aan een mondelinge of schriftelijke huurovereenkomst met het goevernement (overeenkomsten met particulieren worden vermeld in vraag 10).
- recht van opstal: uitsluitend het recht om op de grond te mogen bouwen.
- recht van gebruik: het beschikkingsrecht van de grond, dat uitsluitend bestaat uit het recht van gebruik op grond van de Agrarische Verordening.
vraag 3: (achterzijde woningkaart) over het inwonend gezin
Enkele bijzondere onderscheidingen:
- 11. een pleegkind is een minderjarige, waarvan het gezinshoofd de ouderlijke verzorging op zich heeft genomen.
- 12. een kweekje is een niet verwante minderjarige, die ter verzorging in het gezin van het gezinshoofd is opgenomen.
- 13. een voogdijkind is een minderjarige die door de voogdijraad aan het gezinshoofd ter verzorging in familieverband is toevertrouwd.