Archief
Titel
2.09.132 Inventaris van het archief van de vergadering van Procureurs-Generaal van het Ministerie van Justitie, (1935) 1976-1986 (1994)
Auteur
Doc-DirektVersie
29-10-2024
Copyright
Nationaal Archief, Den Haag
(c) 2024 cc0Beschrijving van het archief
Naam archiefblok
Ministerie van Justitie, Vergadering van Procureurs-Generaal Jus / Procureurs-Generaal
Periodisering
archiefvorming: merendeel 1976-1986 oudste stuk - jongste stuk: 1935-1994
Archiefbloknummer
J59Omvang
772 inventarisnummer(s) 24,30 meterTaal van het archiefmateriaal
Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands
Soort archiefmateriaal
Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten. Geen bijzondere handschriften.Archiefdienst
Nationaal Archief, Den HaagLocatie
Den HaagArchiefvormers
Vergadering Procureurs-generaal (, 1935 - 1995)Samenvatting van de inhoud van het archief
In de vergaderingen kwamen aan de orde adviezen aan de minister over projecten van wetgeving, coördinatie van het beleid van het OM inzake opsporing, vervolging en strafvordering en organisatorische en personeelszaken. De vergadering hield zich ook bezig met beleid in strafrechtelijk controversiële kwesties, zoals euthanasie. Verder was er contact met de BVD inzake de staatsveiligheid.Archiefvorming
Geschiedenis van de archiefvormer
De organisatie van het Openbaar Ministerie (OM) dateert uit de negentiende eeuw en is van Franse herkomst. Het OM maakt deel uit van de rechterlijke macht en staat onder leiding van de minister van Justitie, die politiek hiervoor verantwoordelijk is tegenover de Eerste en Tweede Kamer. Anders dan de zittende magistratuur (de rechters) is de staande magistratuur, waarmee het OM ook wel wordt aangeduid, niet onafhankelijk van de uitvoerende macht, i.c. de minister van Justitie. Het OM vertegenwoordigt de overheid bij de gerechten. Dat het OM deel uitmaakt van de rechterlijke macht wordt o.m. weerspiegeld in de organisatie van het OM, waarbij de indeling van de gerechten leidend is. Heden ten dage heeft het OM vijf ressortparketten, bij ieder gerechtshof één, en negentien arrondissementsparketten bij de rechtbanken. Sinds 1848 is het aantal gerechten en daarmede de parketten van de ambtenaar bij het openbaar ministerie, steeds meer geconcentreerd tot het huidige aantal.
Aan het hoofd van elk ressort stond tot 1999 een procureur-generaal, die leiding gaf aan het OM binnen zijn ressort. Tot 1957 waren er aan de kantongerechten parketten van de ambtenaar bij het Openbaar Ministerie verbonden. Na de opheffing van die functie werden de kantongerechten door de arrondissementsparketten bediend. In de periode tussen 1977 en 1996 kende het Openbaar Ministerie bij de kantongerechten ook de figuur van de verkeersschout. Dat was een specialist op het gebied van het wegverkeer. Hij oefende de bevoegdheden van de officier van Justitie uit met betrekking tot verkeersrechterlijke overtredingen. Tot de reorganisatie van het OM in de periode 1995-1999 werd het OM aangestuurd door de minister van Justitie en, ieder in hun eigen ressort, door de procureurs-generaal.
Elk arrondissementsparket had - en heeft nog - aan het hoofd een hoofdofficier van Justitie aan wie de leden van het parket ondergeschikt waren/zijn.
De procureur-generaal was belast met de uitoefening en het beleid van de criminele justitie en hij diende te waken voor de `richtige vervolging van die strafbare feiten waarvan rechtbanken en kantongerechten binnen zijn ressort, kennis nemen’ (artikel 8 en 140 Wetboek van Strafvordering, d.d. 15 januari 1921). Ook had de procureur-generaal de zorg voor de handhaving en uitvoering van de wetten en reglementen bij het gerechtshof, de rechtbanken en kantongerechten in zijn ressort. De procureur-generaal kon de hoofden van de arrondissementsparketten bevelen geven.
Tussen de procureurs-generaal en de hoofden van de arrondissementsparketten bestond dus een hiërarchische relatie. De hoofden van de parketten rapporteerden aan de procureur-generaal, die op zijn beurt aan de minister rapporteerde.
Tot ca. 1974 verliepen de contacten tussen de procureurs-generaal en de hoofdofficieren van Justitie voornamelijk bilateraal. Daarna verliep het contact ook door middel van de ressortsvergadering.
Het contact tussen de minister van Justitie en de procureurs-generaal verliep via de vergadering van procureurs-generaal.
De in de jaren dertig van de vorige eeuw gestarte Vergadering van procureurs-generaal, die onder leiding van de secretaris-generaal van het ministerie van Justitie kwam te staan, ontwikkelde zich langzamerhand van een bijeenkomst waarin de wederzijdse informatie centraal stond tot een college dat het beleid van het OM ontwikkelde en gestalte gaf. De vergadering werd gevoed door afdelingen van het ministerie van Justitie maar later ook door een groot aantal beleidsadviesorganen op ressort en landelijk niveau. De vergadering van procureurs-generaal profileerde zich ook aan de buitenwacht als leidinggevend orgaan door middel van de uitgave van jaarverslagen, waarin ook de beleidsvoornemens werden vastgelegd.
Tot de invoering van de Politiewet 1993 was de procureur-generaal ook fungerend directeur van politie. Hij was belast met de zorg voor en met het gezag over de Rijkspolitie.
Vergadering van procureurs-generaal
Deze (tweewekelijkse) vergadering is ontstaan in de jaren dertig. De vergadering werd voorgezeten door de secretaris-generaal van het ministerie van Justitie. Lid waren de procureurs-generaal, alsook de directeur-generaal Politie en Vreemdelingenzaken van het ministerie van Justitie. Aan de orde kwamen adviezen aan de minister over projecten van wetgeving, coördinatie van het beleid van het OM inzake opsporing, vervolging en strafvordering en organisatorische en personeelszaken. De vergadering hield zich ook bezig met beleid in strafrechtelijk controversiële kwesties en met de staatsveiligheid. In de loop van de tijd ging de vergadering van procureurs-generaal zich steeds meer leidinggevend opstellen. Het zwaartepunt in de beleidsbepaling verschoof van ministerie naar OM. In 1990 verscheen een eerste beleidsplan van het OM Strafrecht met beleid. Overigens verscheen dit plan gelijktijdig met het beleidsplan van het ministerie Recht in beweging. In 1995 werd de Vergadering overbodig door de instelling van het College van Procureurs-Generaal.
Geschiedenis van het archiefbeheer
De verwerving van het archief
Het archief is in 2024 door Minister van Justitie overgebracht naar het Nationaal Archief, krachtens artikel 12 van de Archiefwet 1995.
Inhoud en structuur van het archief
Inhoud
Dit archief bevat de neerslag van de Vergadering van Procureurs-Generaal.
Selectie en vernietiging
Voor de selectie van dossiers vóór 1945 is geen gebruik gemaakt van de selectielijsten. Deze dossiers zijn integraal bewaard.
Voor de selectie van dossiers ná 1945 is gebruik gemaakt van de volgende selectielijsten:
- Selectielijst (153) voor de neerslag van de handelingen van de minister van Justitie en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Rechtshandhavingsbeleid Openbaar Ministerie vanaf 1950, vastgesteld bij beschikking van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de minister van Justitie, nr. 14 oktober 2005/Nr. C/S&A/05/2036; gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 2 december 2005, nr. 235
- Selectielijst (143) voor de neerslag van de handelingen van de minister van Justitie en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Organisatie Rijksoverheid vanaf 1945, vastgesteld bij beschikking van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, en de minister van Justitie, 11 september 2007/Nr. C/S&A/07/2239; gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 15 oktober 2007, nr.199
Aanvullingen
Er worden op dit archief geen aanvullingen verwacht.
Verantwoording van de bewerking
Gezien bovenstaande taken van de vergadering van procureurs-generaal komen bijna alle archiefwaardige documenten voor bewaring in aanmerking. Niet archiefwaardige documenten (bijv. kopieën en dubbele exemplaren van de notulen) komen voor vernietiging in aanmerking. Bij het begin van de bewerking werd de omvang van het archief geschat op ca. 50 meter. Dit werd mede veroorzaakt door het feit dat er veel losse dossiers waren aangeleverd. Uiteindelijk bleek het te bewerken archief 43,3 meter groot te zijn. Daarvan is uiteindelijk 30 meter als te bewaren aangemerkt. De omvang van de te vernietigen stukken bedraagt 11,6 meter. Het archief loopt over de periode 1935 - 1994 (1995). Het archief ná 1994 omvat 1,7 meter
Ordening van het archief
Voor dit bestand is een klassieke inventaris vervaardigd. De oude orde is overgenomen. De opbouw van deze toegang is: notulen/vergaderstukken en het archief van de secretaris. Apart opgenomen is een rubriek over de staatsveiligheid. Overigens is ook tijdens een aantal vergaderingen van het college daarover gesproken, zie hiervoor inv.nrs. 230, 234, 235, 237, 240, 245, 290 en 308. In het merendeel van de bescheiden komen persoonsnamen voor. Dit zijn niet alleen namen van de leden van het college en van anderen binnen de rechterlijke macht, maar ook van personen daarbuiten.
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Deels openbaar, deels beperkt openbaar (B). De stukken met een openbaarheidsbeperking zijn dat omwille van de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer of in verband met het belang van de staat en zijn bondgenoten. De stukken uit deze laatste categorie hebben een extra kenmerk gekregen, het betreft inv.nrs. 290, 308 en 772.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopieëren, niet aan beperkingen onderhevig. Voor over bekend zijn er geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van kwetsbare of slechte materiële staat.
Andere toegang
Voor dit archief is geen andere toegang beschikbaar.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
- Creëer een account of log in.
- Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
- Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Ministerie van Justitie, Vergadering van Procureurs-Generaal, nummer toegang 2.09.132, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Jus / Procureurs-Generaal, 2.09.132, inv.nr. ...
Verwant materiaal
Niet van toepassing.
Bewaarplaats van originelen
Niet van toepassing.
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Afgescheiden archiefmateriaal
Uit dit archief is geen materiaal afgescheiden.
Niet van toepassing.
Bijlagen
Geen bijlagen.