Archief
Titel
2.06.187 Inventaris van het archief van het Directoraat-Generaal voor Energie en Telecom en diens rechtsvoorgangers van het ministerie van Economische Zaken, (1934) 2000-2009
Auteur
Doc-DirektVersie
27-03-2024
Copyright
Nationaal Archief, Den Haag
2019 cc0Beschrijving van het archief
Naam archiefblok
Ministerie van Economische Zaken: Directoraat-Generaal voor Engerie en Telecom EZ / DG Energie en Telecom
Periodisering
archiefvorming: 2000-2009 oudste stuk - jongste stuk: 1934-2009
Archiefbloknummer
E40Omvang
1942 inventarisnummer(s) 53,60 meterTaal van het archiefmateriaal
Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands
Soort archiefmateriaal
Normaal geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften. Het archief bevat cd-roms en diskettes.Archiefdienst
Nationaal Archief, Den HaagLocatie
Den HaagArchiefvormers
Ministerie van Economische Zaken / Directoraat-Generaal van de Industrialisatie en Energievoorziening (1962-1964) Ministerie van Economische Zaken / Directoraat-Generaal voor de Energievoorziening (1965-1977) Ministerie van Economische Zaken / Directoraat-Generaal voor Energie (1978-2000) Ministerie van Economische Zaken / Directoraat-Generaal voor Marktordening en Energie (2001-2003) Ministerie van Economische Zaken / Directoraat-Generaal Energie (2004-2005)Samenvatting van de inhoud van het archief
Het archief bevat de neerslag van de taken van het Directoraat-Generaal Energie en Telecom van het ministerie van Economische Zaken. Het betreft onder andere: het voorbereiden en mede ontwikkelen van wet- en regelgeving inzake energie en telecom, zowel nationaal als internationaal: toezicht op kernenergie, milieu en energie; exploitatie door het verstrekken van vergunningen voor de winning van aardolie- en aardgas; het sluiten van samenwerkingsovereenkomsten; het laten verrichten van onderzoek naar allerlei vormen van energieArchiefvorming
Geschiedenis van de archiefvormer
Het Directoraat-Generaal voor Energie en Telecom (hierna: DGET) is binnen de looptijd van het te bewerken archief een aantal keer gereorganiseerd voordat het DGET werd. Met deze reorganisaties veranderden de onderliggende onderdelen mee, maar niet altijd. Sommige directies bleven na reorganisatie onder dezelfde naam bestaan. Om herhaling te voorkomen, worden in het hiernavolgende overzicht alle onderdelen eenmaal uitgebreid beschreven, met bijbehorende perioden, en daar waar nodig slechts aangehaald. Daarom kan het zijn dat een beschreven onderdeel qua periode buiten de periode van het bovenliggende Directoraat-Generaal valt. 1962 is het startjaar dat vaker voorkomt. Daarom worden hieronder de taken van DGET vanaf dat jaar beschreven.
Directoraat-Generaal van de Industrialisatie en Energievoorziening 1962-1964
Centraal orgaan, belast met de zorg voor de industrialisatie en energievoorziening. Vóór 1962 was deze DG nog een directie.
Het DG bestond in deze periode uit de volgende onderdelen:
Directie Internationale Industriële Zaken en Bedrijfspolitiek
- Onderzoek en behandeling van internationale vraagstukken, voor zover van belang voor de industriële ontwikkeling, o.m. met betrekking tot de Nederlands-Belgisch-Luxemburgse Economische Unie (BENELUX), de OESO, de EEG en Euratom;
- Behandeling van aangelegenheden van bedrijfspolitiek, o.a. de uitvoering Bedrijfsvergunningenwet 1954 en kwesties in verband met het industriële eigendom.
Directie Financiering en Deelnemingen
- Het behandelen van financieringsvraagstukken, die direct of indirect voor de industrie van belang zijn;
- De voorbereiding en uitvoering van maatregelen m.b.t. de financiering van de industrie;
- Het toezicht op deelnemingen van de Staat en industriële ondernemingen en de voorbereiding van eventuele nieuwe deelnemingen;
- Kredietverlening ten behoeve van de technische ontwikkeling;
- Behandeling van garantieaanvragen m.b.t. industriefinanciering.
Directie Kernenergie
- Coördinatie en behandeling van alle vraagstukken betrekking hebbend op het te voeren beleid op het gebied van de kernsplitsing;
- De voorbereiding en de uitvoering van de nodige wettelijke regelingen, alsmede het toezicht op de uitvoering daarvan.
Directie Algemene Industrialisatie-aangelegenheden
- Het behandelen van de problemen van algemene aard op het gebied van de industrialisatie en het overheidsbeleid terzake;
- Het uitvoering geven aan het industrialisatiebeleid op die punten, die niet onder één van de andere onderdelen van Industrialisatie en Energievoorziening ressorteren.
Onder deze directie vielen twee hoofdafdelingen, te weten:
- Hoofdafdeling Industrialisatiepolitiek
- Bestudering van vraagstukken op algemeen economisch terrein (o.a. fiscale, monetaire en sociale kwesties) voor zover deze voor de industrialisatie van belang zijn;
- Het opstellen van nota's en kamerstukken over de industrialisatie;
- Het volgen van de ontwikkeling der industriële investeringen en het maken van prognoses en realisatieberekeningen dienaangaande;
- Het adviseren omtrent het inzake de bevordering van de industrialisatie te voeren beleid.
- Hoofdafdeling Technische Ontwikkeling en Produktiviteit.
- Bestudering en behandeling van aangelegenheden inzake het technisch-wetenschappelijk speurwerk en de technische, technisch organisatorische en bedrijfseconomische voorlichting aan de industrie;
- De bevordering van de uitwisseling van technische en wetenschappelijke gegevens;
- Het behandelen van aangelegenheden betreffende de Rijksnijverheidsdienst en het
Rijksbureau voor Onderzoek van Handelswaren; - Contact o.m. met het TNO, het Nederlands Normalisatie Instituut, NIVE, NIDER, COP en diverse productiviteitscentra;
- Vraagstukken met betrekking tot de behoefte, de scholing en de vorming van technisch en natuurwetenschappelijk personeel;
- Bijzondere vraagstukken op industrialisatiegebied, voor zover daarvoor geen ander onderdeel is aangewezen.
Directeur voor de Industriële Ontwikkeling (Algemeen Adviseur voor Industriële projecten)
Onder deze directeur vielen twee hoofdafdelingen, te weten:
- Hoofdafdeling Industriële Ontwikkeling
- Het adviseren over maatregelen, welke de ontwikkeling van de industrie kunnen bevorderen;
- Het bevorderen van de totstandkoming van industriële projecten, zowel van binnen- als van buitenlandse herkomst;
- Het verstrekken van voorlichting aan buitenlandse industriële ondernemers over de vestigingsmogelijkheden in Nederland.
- Hoofdafdeling Regionale Industriële Zaken
- Het bevorderen van de doelmatige spreiding van de industrie;
- De voorbereiding en uitvoering van maatregelen ter bevordering van de decentralisatie der industriële werkgelegenheid, in het bijzonder ter stimulering van de industrialisatie in de probleemgebieden;
- De behandeling van industriële aangelegenheden in het kader van het ruimtelijk beleid;
- Het uitvoeren van, c.q. leidinggeven aan onderzoekingswerk op het gebied der regionale industriële ontwikkeling, het verzamelen van gegevens over de industriële vestigingsmogelijkheden
- Het verstrekken van voorlichting bij de keuze van de vestigingsplaats voor industriële bedrijven.
Directie Elektriciteitsvoorziening
- Het bevorderen van een doelmatige, veilige en economische elektriciteitsvoorziening;
- Het behandelen van goedkeuringsaanvragen ingevolge verleende concessies voor de aanleg en exploitatie van elektriciteitswerken;
- Toepassing van veiligheidsvoorschriften, krachtens het Elektriciteitsbesluit ex artikel 12 van de Elektriciteitswet;
- Het medewerken aan nationale en internationale organisaties op het terrein van de elektriciteitsvoorziening.
Directie Gasvoorziening
- Het bevorderen van een doelmatige, veilige en economische gasvoorziening;
- Het houden van toezicht op het door het Staatsgasbedrijf gevoerde beleid;
- Het medewerken aan nationale en internationale organisaties op het terrein van de gasvoorziening.
Directoraat-Generaal voor de Energievoorziening 1965-1977
Centraal orgaan, belast met de zorg voor de energievoorziening.
Het DG bestond in deze periode uit de volgende onderdelen:
Directie Gasvoorziening
- Het bevorderen van een doelmatige, veilige en economische gasvoorziening;
- Het voorbereiden en t.z.t. het uitvoeren van wettelijke maatregelen op het gebied van de gasvoorziening;
- Het medewerken aan nationale en internationale organisaties op het terrein van de gasvoorziening.
Directie Elektriciteitsvoorziening (zie hierboven)
Directie Mijnwezen
- Voorbereiding van wettelijke maatregelen voor het mijnwezen, zowel m.b.t. het Nederlands territoir als het Continentaal Plat;
- Toepassing en uitvoering van de mijnwetten en besluiten: o.a. de Mijnwet 1810 (Bulletin des Lois 285), de Mijnwet 1903 (Stb. 1904, 73), het Mijnreglement 1939 (stb. 568), het Elektronisch mijnreglement 1947 (Stb. H 152) en het Groevenreglement 1947 (Stb. H27);
- De verlening van mijnbouwrechten en onderhandelingen over exploitatie-contracten;
- Uitvoering van de Onteigeningswet voor zover het mijnwezen betreft;
- Toepassing en uitvoering van het Mijnstatuut 1954 (Stb. 463);
- Behandeling van vraagstukken betreffende de sociale verzekering voor wat betreft de mijnindustrie;
- Uitvoering van de wet ter voorziening in de dekking der lasten voortvloeiende uit de herziene pensioenregeling voor mijnwerkers (Stb. I 280) en van de wet houdende maatregelen ter voorziening in de middelen, benodigd voor een vermindering van de sociale lasten van de steenkolenmijnindustrie in Limburg (Stb. 1964, 325);
- Behandeling van vraagstukken het beheer van de Staatsmijnen in Limburg betreffende;
- De zaken betreffende de Internationale Arbeids-Organisatie en internationale verdragen voor zover het mijnwezen betreft;
- Mijnraad, Staatstoezicht op de Mijnen, Mijnindustrieraad, Algemeen Mijnwerkersfonds, Beambtenfonds voor het Mijnbedrijf en de Geologische Stichting.
Onder deze directie vielen de Afdeling Mijnwetgeving en Concessiebeleid en de Afdeling Sociale en Economische Vraagstukken. Directie Kolen en Aardolie
- Het voeren van en adviseren omtrent het beleid m.b.t de voorziening met kolen en aardolie en inzake de instandhouding en ontplooiing van de industriële activiteit m.b.t. deze producten;
- Het medewerken aan nationale en internationale organisaties op het terrein van de voorziening van kolen en aardolie.
Onder deze directie vielen de Afdeling Kolen en de Afdeling Aardolie.
Directie Kernenergie
- Coördinatie en behandeling van alle vraagstukken betrekking hebbend op het te voeren beleid op het gebied van kernenergie;
- De voorbereiding en de uitvoering van de nodige wettelijke regelingen, alsmede het toezicht op de uitvoering daarvan.
Hoofdafdeling Energiepolitiek
- Beleidsvraagstukken m.b.t. de algemene energiepolitiek;
- Coördinatie van het beleid m.b.t. de onderscheiden energiedragers;
- Internationale energievraagstukken; in het bijzonder in de E.G.K.S., O.E.S.O. en E.E.G, benevens de coördinatie m.b.t. industriële vraagstukken in E.G.K.S.-verband.
Onder deze hoofdafdeling vielen de Afdeling Coördinatie en Algemene Energieprognoses en de Afdeling Internationale Energievraagstukken. In 1972 gaan de directies Elektriciteitsvoorziening en Kernenergie over in de Directie Elektriciteit en Kernenergie.
In 1975 verandert de Hoofdafdeling Energiepolitiek in de Directie Algemeen Energiebeleid.
Directoraat-Generaal voor Energie 1978-2000
Centraal orgaan dat is belast met de zorg voor de energievoorziening. In 1978 ingesteld als DG Energie, voorheen bekend als DG Energievoorziening.
Het DG bestond in deze periode uit de volgende onderdelen:
Algemeen Secretariaat DGE 1978-1992
- Behandelen van aangelegenheden op het gebied van personeel, organisatie, formatie en automatisering voor het Directoraat-Generaal voor Energie.
Na 1992 is het Algemeen Secretariaat geïntegreerd in het Directoraat-Generaal. Directie Mijnwezen 1965-1978
- Voorbereiding van wettelijke maatregelen voor het mijnwezen, zowel m.b.t. het Nederlands territoir als het continentaal plat;
- Toepassing en uitvoering van de Mijnwetten en -besluiten;
- De verlening over exploitatiecontracten;
- Behandeling van vraagstukken betreffende de steenkolenmijnindustrie;
- Staatstoezicht op de Mijnen, Rijks Geologische Dienst, Mijnraad.
Deze directie werd opgevolgd door de Directie Mijnwezen en Kolen 1979-1982
- Voorbereiden van wettelijke maatregelen voor het mijnwezen, zowel m.b.t. het Nederlands territoir als het continentaal plat;
- Het doen van diverse toepassingen en uitvoeringen van de Mijnwet, Mijnreglement, en Groevenreglement;
- De verlening van en adviseren omtrent het beleid m.b.t. kolen;
- Coördinatie beleid op het gebied van milieu en ruimtelijke ordening;
- Het deelnemen aan de activiteiten van nationale en internationale organisaties op deze terreinen;
- Behandeling van vraagstukken betreffende de afwikkeling van de steenkolenmijnindustrie, het Staatstoezicht op de Mijnen, de Rijks Geologische Dienst en de Mijnraad.
Deze directie werd opgevolgd door de Directie Algemeen Energiebeleid en Mijnwezen 1983-1989
- Behandelen en coördineren van de hoofdlijnen van het energiebeleid;
- Ondersteuning bij de beleidsvoorbereiding binnen het directoraat-generaal met behulp van statistische informatie, energiemodellen en -scenario's;
- Behandelen van begrotingszaken en parlementaire aangelegenheden;
- Zorgdragen voor de positie van het energiebeleid ten opzichte van andere doelstellingen van het overheidsbeleid;
- Verzorgen van contacten met nationale en internationale organisaties op deze terreinen;
- Voorbereiden en uitvoeren van het beleid inzake de opsporing en winning van delfstoffen op het Nederlandse territoir en het continentaal plat;
- Volgen van de beleidsontwikkelingen op het gebied van de ruimtelijke ordening en de milieuhygiëne, in het bijzonder waar het gaat om de raakvlakken met het energiebeleidsterrein;
- Coördineren binnen het directoraat-generaal Energie van de behandeling van alle aangelegenheden op het energie-beleidsterrein met raakvlakken op ruimtelijke ordening en milieugebied.
Deze directie werd opgevolgd door de Directie Mijnwezen en Aardolie 1990-1991
- Voorbereiden en uitvoeren van het beleid inzake de opsporing en winning van delfstoffen op het Nederlands territoir en het continentaal plat;
- Voeren van en adviseren omtrent het beleid met betrekking tot aardolie en aardolieproducten en inzake de instandhouding en ontplooiing van industriële activiteiten en daarop aansluitende handelsactiviteiten ten aanzien van deze producten;
- Deelnemen aan de activiteiten van nationale en internationale organisaties op het terrein van aardolie en aardolieproducten;
- Fungeren als centraal punt voor de pijpleidingsproblematiek;
- Behartigen van specifieke oliebeleidsbelangen in internationale fora en bilaterale contacten.
Deze directie werd opgevolgd door de Directie Olie en Gas (EOG) 1992-2000
- Bevorderen van een optimale ontwikkeling en exploitatie van de Nederlandse natuurlijke rijkdommen en verantwoord gebruik van de diepe ondergrond, een efficiënt georganiseerde en ongestoorde olie- en gasvoorziening;
- Beperking van de belasting van het milieu bij winning, verwerking en verbruik van olie en gas;
- Zorgdragen voor zodanige randvoorwaarden dat de aardolie-industrie en handel zich in internationale concurrentie kunnen ontplooien.
Directie Kolen en Aardolie 1965-1978
- Het voeren van en adviseren omtrent het beleid m.b.t. de voorziening met kolen en aardolie en inzake de instandhouding en ontplooiing van de industriële activiteit en de daarop aansluitende handelsactiviteit;
- Het medewerken aan nationale en internationale organisaties op het terrein van de voorziening van kolen en aardolie.
Deze directie werd opgevolgd door de Directie Mijnwezen en Kolen (zie hierboven) en de Directie Aardolie 1979-1989
- Voeren van en adviseren omtrent het beleid met betrekking tot aardolie en aardolieproducten en inzake de instandhouding en ontplooiing van industriële activiteiten en daarop aansluitende handelsactiviteiten ten aanzien van deze producten;
- Deelnemen aan de activiteiten van nationale organisaties op het terrein van aardolie en aardolieproducten;
- Centraal punt pijpleidingsproblematiek;
- Coördineren van het energiebeleid ten aanzien van onder meer IEA, EG en BENELUX en behartigen van specifieke oliebeleidsbepalingen in internationale fora en bilaterale contacten;
- Initiëren van en bijdragen aan de exportbevorderingsactiviteiten op energiebeleid;
- Analyseren van de energiedimensie in de relatie met de Derde Wereld en van de ontwikkelingen op de internationale oliemarkt.
Deze directie werd opgevolgd door de Directie Mijnwezen en Aardolie (zie hierboven). Directie Energiebeleid (ook bekend als Directie Algemeen Energiebeleid) 1975-1982
- Beleidsvraagstukken m.b.t. het algemeen energiebeleid;
- Coördinatie van het beleid m.b.t. de onderscheiden energiedragers;
- Internationale energievraagstukken, in het bijzonder in de EG, IEA, OESO en ICE;
- Overige vraagstukken m.b.t. energie-research.
Deze directie werd opgevolgd door de Directie Algemeen Energiebeleid en Mijnwezen (zie hierboven) en vervolgens door de Directie Mijnwezen en Aardolie (zie hierboven) en de Directie Algemeen Energiebeleid (EB) 1990-2000
- Behandelen en coördineren van de hoofdlijnen van het energiebeleid;
- Ondersteunen bij de beleidsvoorbereiding binnen het directoraat-generaal met behulp van statistische informatie, energiemodellen en scenario's;
- Behandelen van begrotingszaken en parlementaire aangelegenheden;
- Zorgdragen voor de positie van het energiebeleid ten opzichte van andere doelstellingen van het overheidsbeleid;
- Verzorgen van contacten met nationale en internationale organisaties op deze terreinen;
- Volgen van de beleidsontwikkelingen op het gebied van de ruimtelijke ordening en de milieuhygiëne, in het bijzonder waar het gaat om de raakvlakken met het energiebeleidsterrein;
- Coördineren van het energiebeleid ten aanzien van onder meer IEA, EG en Benelux;
- Coördineren binnen het directoraat-generaal voor Energie van de behandeling van alle aangelegenheden op het energiebeleidsterrein met raakvlakken op ruimtelijke ordenings- en milieugebied.
Directie Elektriciteit (EE; ook bekend als Directie Elektriciteit en Kernenergie) 1975-2000
- Het bevorderen van een doelmatige elektriciteitsvoorziening tegen zo laag mogelijke maatschappelijke kosten;
- Coördinatie van het beleid op het gebied van de kernenergie;
- Het voorbereiden en uitvoeren van de nodige wettelijke regelingen, alsmede
- Het medewerken aan nationale en internationale organisaties op het onderhavige gebied.
Directie Gas (ook bekend als Directie Gasvoorziening) 1975-1991
- Het bevorderen van een doelmatige, veilige en economische gasvoorziening;
- Het voorbereiden en t.z.t. het uitvoeren van wettelijke maatregelen op het gebied van de gasvoorzieningen;
- Het medewerken aan nationale en internationale organisaties op het terrein van de gasvoorziening.
Deze directie werd opgevolgd door de Directie Olie en Gas (zie hierboven). Directie Energiebesparing en Duurzame Energie (EBD; ook bekend als Directie Energiebesparing en Diversificatie) 1983-2005
Vorming en implementatie van het beleid gericht op:
- Een grotere inzet van nieuwe energiebronnen als zon, wind, waterkracht en biomassa;
- Kolen in de Nederlandse energievoorziening;
- Stimulering van energiebesparing;
- Bevorderen van onderzoek en ontwikkeling op bovengenoemde terreinen;
- Behandeling van vraagstukken betreffende de afwikkeling van de sluiting van de steenkolenmijnen;
- Deelname aan activiteiten van nationale en internationale organisaties en instellingen op bovenvermelde gebieden.
Deze directie werd in 2006 opgevolgd door de Directie Energie en Duurzaamheid (zie hieronder onder Directoraat-Generaal voor Energie en Telecom).Directoraat-Generaal voor Marktordening en Energie (DGME) 2001-2003
Bijdragen aan duurzame economische groei door:
- Creëren en ordenen van markten, inclusief de energiemarkten;
- Stimuleren van de totstandkoming van een duurzame energiehuishouding, onder andere door het bevorderen van energiebesparing en duurzame energie.
Het DG bestond in deze periode uit de volgende onderdelen: Directie Energiemarkt (EM) 2001-2016
- Het monitoren en toezicht houden op de energiemarkt;
- Het zorg dragen voor een adequate marktordening;
- Het bevorderen van een internationaal level playing field;
- Het bevorderen van de leverings- en voorzieningszekerheid;
- Het zorg dragen voor het gasgebouw;
- Het zorg dragen voor het mijnbouwklimaat;
- Het uitvoeren van de mijnbouwwetgeving.
Directie Energieproductie (EP) 2001 -2005
Deze directie hield zich bezig met de volgende onderwerpen:
- Delfstoffenwinning;
- Mijnwetgeving;
- Gasunie en EBN;
- Gasbaten;
- Beleid en randvoorwaarden energieproductie;
- Duurzame energie;
- Kernenergie.
Stafbureau DGME 2001-2003
- Behandelen van aangelegenheden op het gebied van personeel, organisatie, formatie, automatisering en financiële zaken voor het Directoraat-Generaal.
Directie Marktwerking (MW) 1992-2010
Deze directie ressorteerde eerst onder het Directoraat-Generaal voor Diensten, Midden- en Kleinbedrijf en Ordening en is een samenvoeging van de Directies Mededinging en Consumenten en Marktbeleid.
De directie had de volgende taken:
- Bevorderen van een vrije en evenwichtige werking van de markteconomie door het wegnemen van belemmeringen in de vorm van regels, afspraken en gedragingen in zowel publieke als private sfeer die niet in het algemeen belang zijn;
- Het voorkomen c.q. tegengaan van niet gewenste of niet aanvaardbare gevolgen van een vrije marktwerking;
- Het beleidsterrein van de directie bestrijkt niet alleen de nationale markt, maar ook de internationale - en met name de Europese - markt.
De directie werd in 2008 opgevolgd door de Directie Europa, Mededinging en Consumenten, vallend onder het Directoraat-Generaal Economische Politiek.
Directie Energiestrategie en Verbruik (ESV) 2001-2005
Deze directie hield zich bezig met de volgende onderwerpen:
- Lange termijn energiebeleid;
- Energiebesparing gebouwde omgeving;
- Onderzoek en technologie;
- Milieu en klimaat;
- Scenario's/Energierapportage;
- Internationaal;
- Fiscale en parlementaire zaken;
- Juridische coördinatie.
Directie Energiebesparing en Duurzame Energie (zie hierboven)
Directoraat-Generaal Energie (DGE) 2004-2005
Bijdragen aan duurzame economie door:
- Creëren en ordenen van markten, inclusief de energiemarkten;
- Stimuleren van de totstandkoming van een duurzame energiehuishouding, onder andere door het bevorderen van energiebesparing en duurzame energie.
Het DG bestond in deze periode uit de volgende onderdelen: Directie Energiemarkt (zie hierboven)
Directie Energieproductie (zie hierboven)
Directie Energiestrategie en Verbruik (ESV) (zie hierboven)
Directie Energiebesparing en Duurzame Energie (zie hierboven)
Directoraat-Generaal voor Energie en Telecom (DGET) 2006-2010
Het Directoraat-Generaal voor Energie en Telecom is een samenvoeging van het Directoraat-Generaal Energie en het Directoraat-Generaal Telecommunicatie en Post (van de ministeries van Verkeer en Waterstaat en EZ).
Het DG draagt bij aan een duurzame economische groei, door
- Het scheppen van voorwaarden voor een doelmatige en duurzame energiehuishouding;
- Goed functionerende netwerken en slim gebruik van hoogwaardige elektronische apparatuur.
Het DG bestond in deze periode uit de volgende onderdelen: Directie Energiemarkt (zie hierboven)
Directie Telecommarkt (TM) 2006-heden
- Het zorg dragen voor marktwerkingsbeleid voor de telecommunicatiesector en strategievorming;
- Het zorg dragen voor elektronische communicatieregelgeving (inclusief nummers, toezicht en uitvoering);
- Het zorg dragen voor frequentie- en antennebeleid;
- Het zorg dragen voor internetdomeinnamenbeleid;
- Het zorg dragen voor omroepdistributiebeleld en mobiele toepassingen;
- Het zorg dragen voor beleid voor veiligheid en continuïteit;
- Het zorg dragen voor beleid voor het borgen van elektronische privacy en veilig elektronisch zakendoen.
Directie ICT en Toepassing (ook bekend als Directie ICT) 2006-2010
De Directie ICT en Toepassing is de opvolger van de Directie Ontwikkeling en Toepassing van het Directoraat-Generaal Telecommunicatie en Post. De directie had de volgende taken:
Tot stand brengen van een excellente basis voor ICT door:
- Bevorderen van samenhang en integratie van het overheidsbrede ICT-beleid en het stimuleren van elektronische dienstverlening door de overheid aan bedrijven;
- Stimuleren van kennisontwikkeling op het gebied van ICT-technologie en ICT-toepassingen;
- Verbeteren van de randvoorwaarden voor de informatiemaatschappij.
Directie Energie en Duurzaamheid (ED) 2006-2016
- Het stimuleren van duurzame energie;
- Het zorg dragen voor energiebesparing, met name in de industrie;
- Het zorg dragen voor emissiehandel en CCS;
- Het zorg dragen voor energie-innovatie;
- Het zorg dragen voor kernenergiebeleid exclusief nucleaire veiligheid.
Directie Coördinatie Strategie en Internationaal 2006-2007
- De coördinatie van het ICT-beleid;
- Het coördineren van de DG-brede strategieontwikkeling;
- Het borgen van kennis en resultaten van onderzoeksactiviteiten;
- Het coördineren van de inbreng van het directoraat-generaal voor zowel EU- als mondiaal beleid;
- Het bevorderen van de internationale voorzieningszekerheid en het bijdragen aan het internationale oliecrisisbeleid;
- Het coördineren van zaken op het gebied van ruimtelijke ordening en vitale infrastructuur.
Programmadirectie Energietransitie 2007-2010
De ministeries van Economische Zaken (EZ), Verkeer en Waterstaat (VenW), Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), Ontwikkelingssamenwerking (BuZa), Financiën (Fin) en Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) hebben in 2006 voor vijf jaar een interdepartementale programmadirectie ingesteld, welke als taak had concreet vorm te geven aan het energietransitiebeleid van de rijksoverheid, onder meer door energietransitiethema's te benoemen, platforms in te stellen en in samenwerking met de betrokken ministeries voorstellen te doen teneinde het overheidsbeleid transitiebevorderend in te richten.
Onder energietransitie werd in dit kader verstaan het structureel maatschappelijk veranderingsproces naar een duurzame energiehuishouding, waarbij uitgegaan wordt van duurzaamheid in brede zin met inbegrip van energie gerelateerde onderwerpen zoals biobased economy en duurzame mobiliteit.
Onder platform werd in dit kader verstaan een door de programmadirectie ingesteld publiek-privaat samenwerkingsverband dat ten aanzien van één of meer energietransitiethema's visies ontwikkelt, activiteiten van marktpartijen stimuleert en de betrokken ministeries aanbevelingen doet over de uitvoering van het energietransitiebeleid.
DGET en diens taakvoorgangers hadden daarnaast nauwe contacten met de Mijnraad en het Staatstoezicht op de Mijnen (SODM).
Geschiedenis van het archiefbeheer
Het archief is overgebracht naar en beheerd in het depot van de Centrale Archief Selectiedienst (CAS) in Winschoten. Na opheffing van de CAS nam Doc-Direkt het beheer van de archieven in Winschoten over.
De verwerving van het archief
Het archief is in 2019 door Minister van Economische Zaken en Klimaat overgebracht naar het Nationaal Archief, krachtens artikel 12 van de Archiefwet 1995
Inhoud en structuur van het archief
Inhoud
Het archief bestaat uit de neerslag van de taken van Directoraat-Generaal Energie en Telecom en bestaat uit beleids- en uitvoeringsarchief. Het archief bevat verslagen van vergaderingen, dossiers met wetgeving, beleidsplannen en onderzoeken. Ook zijn er dossiers inzake energieprojecten en vergunningverlening voor de exploitatie van aardolie en aardgas.
Selectie en vernietiging
De selectie heeft plaatsgevonden aan de hand van het volgende vastgestelde basis selectie document:
- Generieke lijst Economische Zaken en Klimaat (BSD 210), Stcrt 9 augustus 2018, nr. 44.941.
Een aantal dossiers inzake bodemdaling zijn bewaard op grond van artikel 5e van het Archiefbesluit 1995.
Aanvullingen
Voor dit archief worden geen aanvullingen verwacht
Verantwoording van de bewerking
In 2018 en 2019 is het archief van het directoraat-generaal Energie en Telecom en voorgangers bewerkt door Doc-Direkt in Rijswijk. Deze bewerking sluit aan op een eerdere bewerking van archiefblokken van het Directoraat-Generaal Energievoorziening uit de periode 1966-1999, toegang 2.06.5289. Tijdens de schouw is echter gebleken dat de te bewerken archiefblokken van DGET archiefbescheiden van vóór 2000 bevatten. Die zijn ten behoeve van de eerdere bewerking niet ter bewerking aangeboden, maar later in beheer bij Doc-Direkt gegeven. Deze archiefbescheiden zullen in onderhavige bewerking worden opgenomen.
Bij aanvang van de bewerking was de omvang 188,25 meter, waarvan 49,125 meter wordt bewaard. Er is 1,625 meter archief dat op termijn wordt vernietigd en er is geen vreemd archief van andere instellingen aangetroffen. 6,25 meter archief met betrekking tot Raden van Commissarissen van bedrijven waar Economische Zaken in was vertegenwoordigd, is teruggestuurd naar de zorgdrager. Dit op verzoek van Economische Zaken die deze stukken achter de hand wil houden. Volgens de selectielijst zou het moeten worden vernietigd. Er is 131,25 meter vernietigd.
In het archiefbestand zijn een aantal archiefdozen aangetroffen met losse documenten op nummervolgorde. Binnen deze documenten bevinden zich veel beleidsstukken. Aangezien Doc-Direkt selecteert op dossierniveau is besloten om deze verzameling losse documenten in zijn geheel op te nemen in de toegang.
Alle stukken zijn van nietjes, plakband en overige hechtmiddelen ontdaan en verpakt in zuurvrije omslagen en zuurvrije archiefdozen. Ze zijn daarna genummerd volgens de inventaris. De omslagen en dozen zijn voorzien van etiketten. Van de te vernietigen stukken zijn vernietigingslijsten opgesteld en deze zijn aan het ministerie van Economische Zaken en Klimaat overgedragen.
Ordening van het archief
Het archief is grotendeels primair geordend op onderwerp en secundair is er sprake van een chronologische ordening.
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het Auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van kwetsbare of slechte materiële staat.
Andere toegang
Voor dit archief is geen andere toegang beschikbaar
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
- Creëer een account of log in.
- Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
- Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Ministerie van Economische Zaken: Directoraat-Generaal voor Engerie en Telecom, nummer toegang 2.06.187, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, EZ / DG Energie en Telecom, 2.06.187, inv.nr. ...
Verwant materiaal
Bewaarplaats van originelen
Niet van toepassing
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Afgescheiden archiefmateriaal
Niet van toepassing
Inventaris van het archief van het Directoraat-Generaal Energievoorziening van het Ministerie van Economische Zaken, 1966-1999.
Bijlagen
Geen bijlagen