Dries van Agt: geacht en veracht

Dries van Agt en vrouw voor stembureau
9 februari 2024

Dries van Agt, de op maandag 5 februari overleden oud-partijleider van het CDA, was in de jaren zeventig en tachtig beeldbepalend voor de Nederlandse politiek. Eerst als minister van Justitie in het kabinet-Den Uyl (1973 – 1977) en later als premier tussen 1977 en 1982. ‘Hij was als politicus volslagen eigenzinnig,’ zegt diens biograaf Peter Bootsma. ‘Een man die in zijn politiek een scherp oog had voor de persoonlijke relatie en die besefte dat politiek onderling vertrouwen en geven en nemen was, omdat je daarna ook nog als mensen door één deur moest kunnen.’

Onvoorwaardelijke steun, maar ook afkeer

Van Agt hoort bij de politiek van de twintigste eeuw, toen partijen in de Tweede Kamer zo groot konden zijn dat je aan twee fracties genoeg had voor een ruime meerderheid. Een partijleider als Van Agt wist dat hij wel kon rekenen op de onvoorwaardelijke steun van zijn eigen CDA en van zijn kiezers. Tegelijkertijd wist Van Agt als geen ander dat hij ook mocht rekenen op de onvoorwaardelijke afkeer van hen die geen CDA stemden. 

Imago

In het archief van de Rijksvoorlichtingsdienst (RvD) 1945-2000, dat sinds kort bij het Nationaal Archief te bekijken is, vinden we een onderzoek uit 1976 over het imago van politici (inventarisnummer 4050). Hierin werden 100 mensen gevraagd naar hun mening over politici. Eén van deze politici was Van Agt, die toen nog minister van Justitie was. Uit de antwoorden op de vraag: ‘Ik noem u de naam Van Agt. Hoe reageert u daarop?’ blijkt dat Van Agt heel uiteenlopende gevoelens kon oproepen. Hij werd geliefd én veracht. 

Voorstanders van Van Agt prijzen zijn bekwaamheid en intelligentie. Of, zoals één van de ondervraagden het uitdrukt: ‘Bekwaam en integer man. Hij weet in moeilijke omstandigheden (het) hoofd koel te houden’. Of, zoals een ander zegt: ‘Een buitengewoon gewetensvolle man’. Tegenstanders dachten daar heel anders over. Vooral het anti-abortusstandpunt van Van Agt kon op veel kritiek rekenen. Een tegenstander formuleert het als volgt: ‘Ontzettend katholiek om te horen én om te zien. Z’n katholiek-zijn ligt er bovenop. Hiermee houdt vermoedelijk ook verband ’t fel tegen abortus zijn.’ Een ander is nog stelliger: ‘Een grote slappeling.’

Zelf op zoek?

Bekijk voor het imago-onderzoek en andere stukken over overheidscommunicatie: Archief Rijksvoorlichtingsdienst (RVD), 1945-2000 (archiefnummer 2.03.08).

Bekijk foto’s van Dries van Agt in de fotocollectie