Archief
Titel
3.11.23 Inventaris van het archief van de Grondkamer voor Zuid-Holland van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 1945-1966
Auteur
Doc-DirektVersie
30-07-2024
Copyright
Nationaal Archief, Den Haag
2022 cc0Beschrijving van het archief
Naam archiefblok
Grondkamer voor Zuid-Holland Grondkamer voor Zuid-Holland LNV / Grondkamer ZH Grondkamer Zuid-Holland
Periodisering
oudste stuk - jongste stuk: 1945-1966
Archiefbloknummer
38373Omvang
77 inventarisnummer(s) 4,90 meterTaal van het archiefmateriaal
Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands
Soort archiefmateriaal
Normale geschreven en getypte documenten, geen bijzondere handschriften. Het archief bestaat uit verslagen van vergaderingen.Archiefdienst
Nationaal Archief, Den HaagLocatie
Den HaagArchiefvormers
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit / Grondkamer voor Zuid-Holland (1945-1966)Samenvatting van de inhoud van het archief
Het archief bevat verslagen van vergaderingen van de Grondkamer voor Zuid-Holland over de periode 1945-1966.Archiefvorming
Geschiedenis van de archiefvormer
De precieze datum van oprichting van de grondkamers is niet bekend. Bij het Pachtbesluit-1941 (art. 47) werd per provincie een grondkamer ingesteld en gedefinieerd als een rechtspersoonlijkheid bezittend publiekrechtelijk lichaam. De grondkamer was de opvolger van het Pachtbureau (Pachtwet-1937, art. 59, lid 1). Dit bureau was in 1938 door de landbouworganisaties en de verenigingen van grondbezitters gesticht en door de minister van Landbouw erkend als Pachtbureau ( Pachtbesluit-1941, art. 85, met toelichting door S. Leeuwrik, 1947 ) . De taak van het Pachtbureau was om goede pachttoestanden bevorderen. De taken van de grondkamer werden ten opzichte van die van het Pachtbureau uitgebreid ( Pachtbesluit-1941, art. 49 ) :- belast met de beoordeling, goedkeuring, wijziging of nietigverklaring van pachtovereenkomsten;
- goede pachttoestanden bevorderen, met name door het geven van adviezen;
- als scheidsman optreden, indien de partijen bij een pachtovereenkomst dit gemeenschappelijk verzoeken;
- uitvoering van opdrachten, die met de beschikking over en het gebruik van landbouwgrond verband houden, als de ministers van Justitie en Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit hierom zouden vragen.
Met de Pachtwet-1958 bleven de grondkamers bestaan (art. 72) en werden de taken beperkter, omdat de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit de grondkamers aan regels bond (zie artikel 4, lid 2). Aan de grondkamers (en in tweede instantie de Centrale Grondkamer) werd de taak opgedragen om de Pachtwet uit te voeren. De grondkamers hadden de volgende taken:
- belast met de toetsing van pachtovereenkomsten (art. 2, 5, 6 en 7)
- belast met de behandeling van verzoeken ter zake van:
- een kortere duur (art. 12)
- een niet in geld vastgestelde pachtprijs (art. 13)
- periodieke herziening van de pachtprijs (art. 19)
- ontheffing van de herbouwplicht (art. 29)
- machtiging van de pachter tot verandering van bestemming, inrichting of gedaante van het gepachte, machtiging van de verpachter tot het aanbrengen van verbeteringen (art. 30)
- periodieke herziening van de overige inhoud van de overeenkomst (art. 33)
- het vaststellen van de waarde van het verpachte met het oog op het voorkeursrecht van de pachter en andere verzoeken in verband met het voorkeursrecht (art. 56c, e en f)
- het houden van openbare verpachtingen (art. 59)
- door publiekrechtelijke lichamen te sluiten overeenkomsten (art. 62 en 63)
- het aanstellen van zetboeren (art. 65)
- gras- en hooiverkoop en inscharing (art. 66)
- zekere verordenende bevoegdheid, cq. vaststelling algemene voorschriften
- zie art. 4: provinciale pachtnormen
- zie art. 58: verlaging van de grens van percelen, die gedeeltelijk buiten de wet vallen
- zie art. 67-69: voorschriften betreffende verkoop van hooi en gras, inscharing en naweide.
De grondkamers waren niet onderworpen aan de instructies van de minister en waren hem geen rekenschap verschuldigd. Dit was ook onder het Pachtbesluit 1941 het geval. Toen hadden de grondkamers voor een belangrijk deel het pachtprijsbeleid en het beleid ten aanzien van de landbouwkundige toetsing van de pachtovereenkomst in handen. De minister kon enkel richtlijnen stellen, die de grondkamers, bij de beoordeling van de pachtovereenkomst, tot leidraad konden dienen ( Pachtbesluit-1941, art. 49, lid 5 ) . Het zo juist geschetste bezwaar, dat het pachtprijsbeleid en een gedeelte van het landbouwbeleid aan de zeggenschap van de minister werden onttrokken, werd getracht in de Pachtwet 1958 te ondervangen. De grondkamers werden aan wettelijke voorschriften gebonden, die aanmerkelijk minder speelruimte lieten dan het Pachtbesluit. Aan de onafhankelijkheid van de grondkamers ten opzichte van de minister werd in de Pachtwet 1958 niet getornd. Op veel punten werd de positie van de grondkamers zelfs in overeenstemming gebracht met die van de rechter. Zo werd de procedure voor de grondkamer in veel opzichten van dezelfde waarborgen voor partijen voorzien als de procedure voor de gewone rechter. Ondanks hun onafhankelijkheid behoorden de grondkamers niet tot de rechterlijke macht. Zij vormden dus geen rechterlijke colleges en oefenden geen eigenlijke rechtspraak uit. Hun beslissingen waren geen vonnissen, maar administratieve beschikkingen ( Pachtwet-1958, uitgave Kluwer, p. 703 en 704 ) . In 1998 werd het aantal grondkamers teruggebracht naar vijf ( te weten: Grondkamer Noord (provincies: Drenthe, Groningen, Friesland), Grondkamer Oost (provincies: Gelderland, Overijssel), Grondkamer Zuid (provincies: Noord-Brabant, Limburg), Grondkamer Noord-West (provincies: Noord-Holland, Utrecht, Flevoland), Grondkamer Zuid-West (provincies: Zuid-Holland, Zeeland) ) . Bronnen:
- Basis Selectiedocument Pachtaangelegenheden 1945 -
- Pachtbeleid. Institutioneel onderzoek naar het beleidsterrein pachtaangelegenheden 1945-1993
Geschiedenis van het archiefbeheer
De archieven zijn in 1999 door het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te Den Haag overgebracht naar de Centrale Archief Selectiedienst te Winschoten. Voorafgaande aan de overdracht heeft een materiële toets plaatsgevonden, waarbij geen schade is aangetroffen. De archieven zijn door de Centrale Archief Selectiedienst bewerkt in 2008.
De verwerving van het archief
Het archief is in 2022 door Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit overgebracht naar het Nationaal Archief, krachtens artikel 12 van de Archiefwet 1995
Inhoud en structuur van het archief
Inhoud
Het archief bevat verslagen van vergaderingen van de Grondkamer voor Zuid-Holland.
Selectie en vernietiging
De archiefbescheiden zijn gewaardeerd aan de hand van de Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Pachtaangelegenheden over de periode vanaf 1945. Op grond van handeling 138 (Het beslissen ten aanzien van alle ingekomen verzoeken in verband met wijziging van pachtcontract bij vergadering van de grondkamers per rechtsgebied) en handeling 161 (Het voorbereiden, vaststellen en evalueren van het eigen beleid ten aanzien van pachtaangelegenheden) zijn de stukken voor permanente bewaring aangewezen. Er zijn geen stukken vernietigd.
Aanvullingen
Het archief van de Grondkamer voor Zuid-Holland kan als afgesloten worden beschouwd, daar de provinciale grondkamers per 1 januari 1998 zijn opgegaan in regionale Grondkamers. Grote delen van het archief ontbreken, dit geldt met name voor stukken uit de periode 1942-1944 en 1967-1997. Deze kunnen later aan de inventaris worden toegevoegd.
Verantwoording van de bewerking
Als basis voor de bewerking werd een Archiefbewerkingsplan (ABP) opgesteld, dat in november 2008 werd ondertekend door de Centrale Archief Selectiedienst en het Nationaal Archief. Hierin zijn de afspraken met betrekking tot de selectie, ontsluiting, materiële verzorging en overbrenging geregeld.
Het archiefblok Provinciale Grondkamers bestond uit vergaderstukken van de provinciale kamers en registers waarin het administratieve proces dat een aanvraag doorliep werd bijgehouden. Tijdens de bewerking zijn van de Grondkamer voor Zuid-Holland alleen verslagen van vergaderingen aangetroffen.
Ten behoeve van de overbrenging naar het Nationaal Archief zijn de volgende stappen uitgevoerd:
- alle ijzerwerk (paperclips, nietjes, hechtmechanieken e.d.) is verwijderd;
- foto's, lichtdrukken en andere materialen die aan sterkere chemische reacties dan goed papier - onderhevig zijn, zijn voorzien van afzonderlijke fourflaps;
- omslagen, archiefdozen en etiketten voldoen aan de ICN-kwaliteitseis.
Ordening van het archief
Het archief bevat alleen verslagen van vergaderingen van de Grondkamer voor Zuid-Holland. Deze zijn chronologisch in een reeks geplaatst.
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit de archieven is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van kwetsbare of slechte materiële staat.
Andere toegang
Voor dit archief is geen andere toegang beschikbaar.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
- Creëer een account of log in.
- Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
- Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Grondkamer voor Zuid-Holland Grondkamer voor Zuid-Holland, nummer toegang 3.11.23, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, LNV / Grondkamer ZH Grondkamer Zuid-Holland, 3.11.23, inv.nr. ...
Verwant materiaal
Bewaarplaats van originelen
Niet van toepassing.
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Afgescheiden archiefmateriaal
Niet van toepassing.
- Inventaris van het archief van de Grondkamer voor Drenthe van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 1937-1990; Drents Archief, toegangsnummer 0964
- Inventaris van het archief van de Grondkamer voor Flevoland van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 1988-1992; Het Flevolands Archief, toegangsnummer 0052
- Inventaris van het archief van de Grondkamer voor Friesland van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 1941-1991; Tresoar, toegangsnummer 1806
- Inventaris van het archief van de Grondkamer voor Gelderland van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 1949-1992; Gelders Archief, toegangsnummer 3154
- Inventaris van het archief van de Grondkamer voor Groningen van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 1942-1992; Groninger Archieven, toegangsnummer 3052
- Inventaris van het archief van de Grondkamer voor Limburg van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 1941-1990; Regionaal Historisch Centrum Limburg, toegangsnummer 07.F30
- Inventaris van het archief van de Grondkamer voor Noord-Brabant van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 1941-1989; Brabants Historisch Informatie Centrum, toegangsnummer 1734
- Inventaris van het archief van de Grondkamer voor Overijssel van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 1938-1991; Collectie Overijssel, bloknummer 1400
- Inventaris van het archief van de Grondkamer voor Utrecht van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 1941-1988; Het Utrechts Archief
- Inventaris van het archief van de Centrale Grondkamer van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, (1942) 1945 - 2007; Nationaal Archief, toegangsnummer 2.11.100
Publicaties Pachtbeleid; institutioneel onderzoek naar het beleidsterrein pachtaangelegenheden 1945-1993 (Den Haag 1996).
Bijlagen
Geen bijlagen