Terug naar zoekresultaten

2.25.110 Inventaris van het archief van de scheepsregistratie van de hypotheekbewaringen van de Dienst van het Kadaster en de Openbare registers, 1926-1994 (2007)

Voer een zoekterm in
1 / 15 gevonden
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.25.110
Inventaris van het archief van de scheepsregistratie van de hypotheekbewaringen van de Dienst van het Kadaster en de Openbare registers, 1926-1994 (2007)

Auteur

R.M. Haubourdin

Versie

06-05-2020

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2019 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Kadaster, Scheepsboekhouding
Kadaster / Scheepsboekhouding

Periodisering

archiefvorming: 1926-1994
oudste stuk - jongste stuk: 1926-2007

Archiefbloknummer

P34

Omvang

; 564 inventarisnummer(s) 73,60 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Dienst van het Kadaster en de Openbare registers Hypotheekbewaarders Scheepsmetingsdienst

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief bevat de landelijke registratie van schepen, onderverdeeld in drie hoofdcategorieën: zeeschepen (Z), schepen voor de zee- of kustvisserij (V) en binnenvaartschepen (B). Het archief bestaat voor het grootste deel uit systeemkaarten (ca.60.000), aangevuld door registers en een serie ingekomen getuigschriften van branding van de scheepsmetingsdienst.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Het scheepsregister was een onderdeel van het Kadaster en de Openbare registers. De hoofdtaak van het kadaster was de registratie van schepen en bijhouding van de veranderingen in registers door de bewaarders van kadasterkantoren. Per 1 februari 1927 werd het nieuwe Scheepsregister ingesteld, volgens de regels van Maatregel Schepen van 1926 en de Instructie Schepen van 1926. Voor drie hoofdcategorieën schepen, zee-, visserij- en binnenvaartschepen werd de registratie verplicht gesteld. Niet alle schepen werden opgenomen, zeer kleine schepen zijn niet geregistreerd. Opgenomen zijn zee- en visserijschepen van ten minste 20 m3 bruto inhoud, binnenvaartschepen van 10 m3, en alle sleepboten ongeacht grootte. Alleen Nederlandse zeevaartschepen werden geregistreerd, geen buitenlandse zeeschepen. De registratie was ondergebracht bij kadasterkantoren, ook wel aangeduid als kantoren van de teboekstelling, om iedereen de mogelijkheid van inzage in het openbare scheepsregister te bieden.
De taken en inrichting van scheepsregister is tot in detail omschreven in de volgende wet-en regelgeving:
  • Wetboek van Koophandel, Tweede boek, 1838 herzien 1926 KB 4-9-1926 Staatsblad 324;
  • De Maatregel Schepen, KB van 28-12-1925 Staatsblad 518 en KB 1-9-1926 Staatsblad 320;
  • De Instructie Schepen, van Minister van Financiën resolutie besluit 9-9-1926 nr. 154
Bovendien is de volgende latere regelgeving van invloed c.q. van toepassing op de scheepsregistratie:
  • Wet sluiting scheepsboekhouding 23 oktober 1952 (Staatsblad 529) betreffende de afsluiting oude scheepsregistratie 1838-1925 en overschrijving in nieuwe scheepsregister van 1926
  • Overeenkomst van Genève inzake inschrijving van binnenschepen, 25-1-1965 (wet 3 juli 1974 Staatsblad 387)
  • Visserijwet 1963, 30 mei 1963 (Staatsblad 312) betreffende de registratie van visserijvaartuigen;
  • Wet aansprakelijkheid olietankschepen, 8 december 1975
  • Instructie aanbrengen van brandmerken op schepen, 3 februari 1983 Staatscourant 28
  • Kadasterwet 1989 gewijzigd 1992
  • Kadasterbesluit 1992
  • Wet 6 februari 1992 wijzijging van de invoeringswet Boeken 3, 5 en 6 van het nieuw Burgerlijk Wetboek Staatsblad 1991, 197;
  • Maatregel teboekgestelde schepen, (Staatsblad 1991, 572);
  • Meetbrievenwet 12 februari 1981 (Stb. 122)
  • Meetbrievenbesluit 24 juni 1981 (Staatsblad 479), gewijzigd besluit 17 oktober 1991 (Staatsblad 528)
  • Regeling teboekstelling schepen 1994 Kadaster (RTS) voor de invoering geautomatiseerde registratie.
Het scheepsregister is onderdeel van de dienst van het Kadaster en de Openbare registers, bijgehouden door de Hypotheekbewaarder in de volgende kantoren - met vermelding van kantoorcodes- in:
  • Alkmaar (ALKM), 1926-1966
  • Almelo (ALM), 1926-1966
  • Amersfoort (AMERS), 1926-1966
  • Amsterdam (AMST), 1926-2007
  • Appingedam (APPING), 1926-1949
  • Arnhem (ARNH), 1926-1966
  • Assen, 1926-1966
  • Breda, 1926-1966
  • Brielle, 1926-1952
  • Den Haag (’s-HAGE), 1926-1971
  • Deventer (DEV), 1926-1959
  • Dordrecht (DORD), 1926-1975
  • Eindhoven (EINDH),1926-1966
  • Goes (GOES), 1926-1960
  • Gorinchem (GOR), 1926-1960
  • Groningen (GRONG), 1926-2007
  • Haarlem (HAARL), 1926-1966
  • Heerenveen (HEERENV), 1926-1959
  • ’s-Hertogenbosch ( ’s-BOSCH), 1926-1966
  • Hoorn, 1926-1960
  • Leeuwarden (LEEUW), 1926-1966
  • Leiden (LEID), 1926-1966
  • Maastricht (MAASTR), 1926-1966
  • Middelburg (MIDDEL), 1926-1966
  • Nijmegen (NIJM), 1926-1966
  • Rijswijk (RIJSW), 1926-1975
  • Roermond (ROERM), 1926-1966
  • Rotterdam (ROTT), 1926-2010
  • Sneek, 1926-1959
  • Tiel, 1926-1961
  • Utrecht (UTR), 1926-1966
  • Winschoten (WINSCH), 1926-1966
  • Zierikzee (ZZEE), 1926-1966
  • Zutphen (ZUTPH), 1926-1966
  • Zwolle (ZWOLLE), 1926-1966
Naast deze regionale kantoren was er tevens een hoofdkantoor gevestigd in Den Haag, waar een schaduwarchief van de scheepsregisterkaarten in kopie werd bijgehouden van de diverse kantoren in het land.
In 2007 werd de scheepsregistratie geconcentreerd in drie kadasterkantoren Amsterdam, Groningen en Rotterdam, bij Afdelingen Scheepsbewijzen.
Sinds 2010 is de registratie gecentraliseerd in Rotterdam. Afdeling scheepsbewijzen.
Geschiedenis van het archiefbeheer
Registratie (teboekstelling)
Voor de registratie van een schip als onroerend goed, moest de belanghebbende (koper) een aanvraag tot teboekstelling middels een (gratis) formulier bij de bewaarder van kadasterkantoor worden ingediend. Na boeking van het aanvraagformulier in het dagregister hypotheken 1, en aantekening in het hulpregister 4,werden de Algemeen Registerkaart en naamindexkaart aangemaakt. In de chronologische volgorde van inschrijving in het dagregister van de aanvragen werd een oplopende nummering gevolgd dat op de Algemeen Registerkaarten werd vermeld. Dit nummer werd tevens aangehouden als het unieke brandmerknummer. Na inschrijving verstrekte de bewaarder de aanvrager een verklaring van teboekstelling. De aanvrager kon vervolgens met deze verklaring het schip door de ambtenaar van de scheepsmetingsdienst na controle van de scheepsgegevens ( identiteit, scheepscategorie Z- V of B, bruto-inhoud), laten voorzien van een uniek brandmerk. Dit brandmerk bestaat uit:
  • het nummer dat bij inschrijving bij het Kadaster werd toegekend;
  • de categorieaanduiding schepen Z, V of B;
  • de plaatsnaam van kadasterkantoor met code (zie archiefvormers);
  • het jaartal.
Bijvoorbeeld 935 B AMST 1928
Na branding gaf de scheepsmetingsambtenaar een getuigschrift aan de aanvrager, dat werd ingeleverd bij de bewaarder van het kadasterkantoor. Het getuigschrift werd in het dagregister geboekt, aantekening gemaakt van de branding in hulpregister 4, en de Algemeen Registerkaart verder ingevuld met gegevens (datum branding), waarmee de teboekstelling / registratie was voltooid.
Behalve een getuigschrift van branding, diende de aanvrager voor de registratie van een schip de volgende aanvullende stukken te overleggen bij kadasterkantoor:
  • meetbrief van scheepsmetingsambtenaar met bruto-inhoud of waterverplaatsing;
  • bijlbrief, een certificaat van de afkomst van de bouwer van het schip aan de opdrachtgever;
  • voor een visserijschip tevens een bewijs van inschrijving in register Visserijwet
  • voor zeeschepen een verklaring van de rechtbank van de Nederlandse nationaliteit van het schip.
  • Deze stukken zijn niet in het onderhavige archief opgenomen omdat deze werden teruggeven aan de aanvrager na registratie.
Bijhouding van scheepsregisters.
Het scheepsregister werd actueel bijgehouden door alle veranderingen in de gegevens van geregistreerde schepen te verwerken, zoals:
  • Nieuwe eigenaar van een schip door overschrijving van een afschrift de akte van eigendom via formulier Hyp 4;
  • Naamsverandering van het schip;
  • Gebruik schip;
  • Verandering van het gebruik of inrichting, bijv. sleepboot tot motorschip, binnenvaartschip tot plezierjacht;
  • Hypotheekgegevens;
  • Aanbouw;
  • Beslag op een schip;
  • Royement van de hypotheek;
  • Doorhaling en verwijdering schip uit scheepsregister.
De registratie werd verwijderd in de volgende gevallen:
  • verandering van de categorie van een schip tot een andere rubriek dan bij de oorspronkelijke inschrijving. Bijvoorbeeld van een binnenvaartschip dat als visserijschip wordt hergebruikt, dit werd door een nieuwe aanvraag tot teboekstelling van V/schip verwerkt;
  • ingebruikname van een schip voor de openbare dienst door Rijk of openbaar lichaam;
  • zinken/vergaan, of sloop van een schip;
  • verkoop naar het buitenland.
De Algemeen Registerkaarten zijn na doorhaling als aparte series vervallen kaarten bijeen gevoegd in het archief.
Scheepsregister 1838-1926
De eerste scheepsregisters uit periode 1838-1926 besloeg 30 meter (opgave 1995) maar is niet meer bewaard gebleven. Van het archief zijn slechts 34 registers en aantal losse kaartenbakken bewaard bij het Kadaster (Kadaster museum te Arnhem).
De oude scheepsboekhouding was samengesteld uit de volgende registers:
  • Naamwijzer eigenaren verwijzing naar Algemeen Registers
  • Naamwijzer scheepsnaam verwijzend naar Algemeen Registers;
  • Algemeen Registers waarin de eigenaar- en scheepsgegevens zijn vermeld, die verwijzen naar de in-en overschrijvingsregisters
  • Overschrijvingsregisters waarin is opgenomen de eigendomsakten en mutaties in scheepsgegevens, beslaglegging, verzoeken tot teboekstelling (registratie);
  • Inschrijvingsregisters waarin de hypotheekgegevens zijn overgeschreven.
In 1995 was het oude scheepsregister ondergebracht in kadastervestiging Rotterdam. Het betrof de voormalige kantoren van Breda; Brielle; Dordrecht; Eindhoven; Goes ; Gorinchem; ’s-Gravenhage; ’s-Hertogenbosch; Leiden; Maastricht; Roermond; Rotterdam en Zierikzee. De scheepsregisters van kantoor Middelburg ontbreken, deze zijn in 1940-1945 verloren gegaan.
Van de registraties die op de verschillende kantoren van hypotheekbewaringen werd aangelegd, werd een schaduwboekhouding op het hoofdkantoor in Den Haag bijgehouden, die in 1975 naar de vesting in Rotterdam is overgebracht. In 1995, de laatst bekende opgave van oude scheepsregisters, was de omvang 30 m.
Een kopie op microfilm was in vestiging in Amsterdam aanwezig in 1995.
Scheepsregister 1926-1994
De oud scheepsregisters werd in 1926 vervangen door een nieuwe registratie. De nog in de vaart zijnde schepen werden overgeschreven / overgeboekt in het nieuwe register, dat bestond uit losse systeemkaarten en indexkaarten.
In 1994 werd de registratie in een geautomatiseerd systeem voortgezet dat in de plaats kwam van het papieren / analoge scheepsregisterkaartsysteem.
De registratie van schepen op losbladige systeemkaarten vond plaats bij de kantoren van de bewaarders van de dienst van het Kadaster en Openbare Registers in 1925- 1966 in diverse lokale kantoren. Na 1966 door sluiting van meeste lokale kantoren werd het register ondergebracht bij aantal regionale vestigingen van het Kadaster, en tenslotte in 2007 gecentraliseerd in Groningen, Amsterdam en Rotterdam. In verband met de reorganisatie bij het Kadaster in 2010 en sluiting van diverse vestigingen, werd het archief in de vestiging Rotterdam bijeengebracht, geschoond en bewerkt voor overbrenging naar het Nationaal Archief. Vóór de definitieve overdracht zijn de registerkaarten ter digitalisering naar de firma M & R in Kampen getransporteerd, waar het archief is herverpakt. Door voortijdige sluiting van het kadasterkantoor Rotterdam, is het archief uit Kampen tijdelijk opgeslagen geweest in zeecontainers in Rotterdamse havengebied, voordat het uiteindelijk naar het Nationaal Archief werd overgebracht in december 2007.
De verwerving van het archief
Het archief is krachtens bepalingen van de Archiefwet overgebracht.

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
De scheepsregisters zijn van belang voor historisch onderzoek naar het eigendom van schepen waarvoor de inschrijving bij het Kadaster vanaf 1926 verplicht was gesteld. Deze registratie van schepen had zoals voor onroerend goed tot hoofddoel om elke belanghebbende burger te kunnen informeren wie de eigenaar van een schip was en of het schip met een hypotheekschuld was bezwaard. Het scheepsregister was een onderdeel van de dienst van het Kadaster en de Openbare Register. In wettelijk opzicht was de koper van een schip alleen na registratie bij het Kadaster als eigenaar erkend. Voor zeeschepen was inschrijving bij scheepsregister tevens verplicht gesteld voor de afgifte van een zogenaamde zeebrief, die zonder registratie niet werd verstrekt.
Na inschrijving van een schip in de registers van het Kadaster, werd de registratie voltooid door het aanbrengen van het unieke brandmerk op het schip door de scheepsmetingsdienst. Het brandmerknummer is het nummer dat werd toegekend bij de eerste aanmelding door het Kadasterkantoor in het dagregister (1) in volgorde van de aanvragen tot teboekstelling.
De scheepsregisters bevat informatie over het eigendom van zee- ; visserij -en binnenvaartschepen na 1926 tot en met 1994 Dit betreft informatie van namen van eigenaren, zowel natuurlijke personen als rechtspersonen en vennootschappen, die schepen in bezit hadden, de veranderingen van de eigenaar(s) van schepen door verkoop, de hypothecaire informatie van schepen waarvoor een lening werd gesloten met het schip als onderpand. Ook de hoogte van de hypotheekschuld, de hypotheekverstrekker (bank) en de aflossing werd geregistreerd.
Een bijzonder feit is dat schepen die waren ingeschreven maar door scheepsongeval verloren gingen, uit het scheepsregister werden afgevoerd. Deze zijn in de series Vervallen AR-kaarten afgesplitst geworden. Aan de hand van vervallen Algemeen Registerkaarten is dat na te gaan, maar helaas zijn de bijbehorende registers niet bewaard gebleven.
Selectie en vernietiging
Het archief is incompleet, de volgende registers ontbraken op het moment van overdracht:
  • Dagregister of Hypotheken (nummer 1) Schepen en vaartuigen (1838) 1926-1994;
  • Registers van Hypotheken (nummer 3 ) Schepen en Vaartuigen van inschrijving van uittreksels van akten van hypotheken (borderellen) van schepen met hypotheek bezwaard, (1838) 1926 – 1966;
  • Registers van Hypotheken (nummer 4 ) Schepen en vaartuigen van verklaringen van eigendom en akten van aanvragen tot teboekstelling van schepen, met verwijzing naar Algemeen Register nummer 2, 1927-1994;
  • Algemeen Register Hypotheken nummer 2,
  • Repertoria op de registers van inschrijving
In de Instructie Schepen staat zeer gedetailleerd omschreven welke verschillende documenten bij de scheepsregistratie in de administratie in gebruik waren. Uit vergelijking van deze instructie en de inhoud van het overgedragen archief, blijkt dat een groot aantal documenten die tijdens het administratieve proces van de scheepsregistratie zijn gevormd, niet bewaard zijn gebleven in het onderhavige archief. Het betreft de volgende documenttypen, met verwijzing naar het formuliernummer Instructie Schepen
  • 7. Register van indexkaart hoofdbewaring
  • 8. Opgave stukken geboekt dagregister schepen;
  • 9. idem niet geboekt dagregister schepen’;
  • 10. opgave doorhalingen
  • 11. Verklaring van teboekstelling opdracht tot branding, herbranding;
  • 12. Uittreksel uit het register der zeeschepen
  • 13. Uittreksel uit het register voor zee-en kustvisserijschepen
  • 14. Uittreksel uit het register binnenvaartschepen
  • 15. Kennisgeving van overdracht
  • 16. Kennisgeving beslag
  • 17. Kennisgeving hypotheekvestiging
  • 18. Kennisgeving naamsverandering
  • 19. Kennisgeving royement (aflossing hypotheekschuld)
  • 20. Kennisgeving royement arrest
  • 22. Bewijs van doorhaling van een teboekstelling in het algemeen register
  • 23. Aanvraag tot teboekstelling een andere rubriek (Z-, V- of B-schepen)
  • 24. Aanvraag tot teboekstelling van een schip in aanbouw
  • 25. Aanvraag tot teboekstelling (algemeen)
  • 27. Verklaring teboekstelling goedgekeurd door de bevoegde rechter
  • 28. Verklaring van overschrijving goedgekeurd door bevoegde rechter
  • 29. Aanvraag teboekstelling als afgebouwd schip
  • 30. Aangifte tot doorhaling van teboekstelling vlgs art. 316 Wet van Koophandel
  • 31. Idem art. 752 of 753 Wet v. Koophandel
  • 32. Aangifte van verandering of wijziging van beschrijving van een schip
  • 33. Aanvraag tot vermelding of wijziging van de gekozen woonplaats
  • 67. Negatieve verklaring omtrent inschrijvingen dagregister, doorhalingen of kanttekeningen
Bijzondere vermelding dient de vernietiging van de systeemkaarten die als schaduwboekhouding werd bijgehouden. Van elke registratie werd door de kadasterkantoren waar de eerste teboekstelling werd ingeschreven, een (roze) duplicaat kaart naar de hoofdbewaring in Den Haag later Rijswijk en Rotterdam gestuurd.
Aanvullingen
Te verwachten is een aanvulling van 34 registers van de scheepsregistratie van 1838-1926. Het betreft voornamelijk het register Hypotheken nummer 3 Schepen en Vaartuigen, van inschrijving van uittreksels van akten (borderellen) van schepen met hypotheek zijn bezwaard, 1838-1966, van enkele kadasterkantoren.
Verantwoording van de bewerking
Door het Kadaster vestiging Rotterdam is een plaatsingslijst in Excel-bestand opgesteld toen het archief van het scheepsregister nog bij de zorgdrager in beheer was. Deze lijst is bij de bewerking voor de digitalisering bij firma M & R in Kampen aangepast. Deze lijst is de basis voor de toegang van het archief die is verbeterd in 2014, omdat de oorspronkelijke lijst van de indexkaarten na herverpakking uit ladekasten in kleinere systeemkaartendozen afwijkingen bleek te bevatten. Dit is verbeterd. De inventaris nummers 125, 342, 347, 364, 411, 471 ontbreken.
Ordening van het archief
Het archief bestaat uit twee series systeemkaarten: de Algemeen Registerkaarten (AR-kaart) met de inventarisnummers 1 t/m 127 en de Naamindexkaarten met de inventarisnummers 128 t/m 331.
De Algemeen Registerkaarten zijn toegankelijk via de naamindexkaarten. Deze zijn onderverdeeld in namen van natuurlijke – en rechtspersonen en scheepsnamen. Op de naamindexkaart is het unieke brandnummer vermeld, en het kadasterkantoor van de bewaring waar de eerste registratie plaatsvond. Aan de hand van het brandnummer kan de Algemeen Registerkaart worden getraceerd. De AR-kaarten zijn op volgorde van de brandnummer per kadasterkantoor zijn geordend, waarbij de drie verschillende scheepstypen zee-, visserij- en binnenschepen door elkaar staan in een doorlopende chronologische reeks. Voor zee- en visserijschepen zijn later aparte serie AR-kaarten per kantoor aangehouden, ook op volgorde van het unieke brandmerk.
Ook de getuigschriften van branding, inventaris nummers 350-564, afkomstig van de ambtenaren van de scheepsmetingsdienst zijn op brandnummer en kantoor van bewaring geordend.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Kadaster, Scheepsboekhouding, nummer toegang 2.25.110, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Kadaster / Scheepsboekhouding, 2.25.110, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Afgescheiden archiefmateriaal
Een aantal bescheiden – registers, AR-kaarten, getuigschriften – die qua aard en inhoud behoren tot het archief van de scheepregisters zijn achtergebleven bij de zorgdrager en opgenomen in de collectie van het bedrijfsmuseum van het Kadaster te Arnhem.
Verwante archieven
Het archief van de Scheepsmetingsdienst blijkt te zijn opgenomen in de collectie van het Maritiem Museum Rotterdam. De Scheepsmetingsdienst heeft vanaf 1899 schepen opgemeten, en de gegevens in registers, liggers genaamd, geregistreerd. Deze liggers bevatten informatie over de schepen en hun eigenaren, en zijn een aanvulling op de scheepsregisters van het Kadaster voor periode van vóór 1926 die ontbreken.
In de liggers kan op het brandmerk of naam van een schip en ook op kantoor van teboekstelling worden gezocht.
Publicaties W. van Riessen, Het Kadaster: historische ontwikkeling in de eerste helft van de 20e eeuw , Apeldoorn, 2004.

Archiefbestanddelen