Terug naar zoekresultaten

2.09.96 Inventaris van het archiefbestand van het Ministerie van Justitie betreffende de detentie van de Rote Armee Fraktion gedetineerden, (1975) 1977-1978 (1979)

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.09.96
Inventaris van het archiefbestand van het Ministerie van Justitie betreffende de detentie van de Rote Armee Fraktion gedetineerden, (1975) 1977-1978 (1979)

Auteur

Doc-Direkt

Versie

23-09-2024

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2018 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Ministerie van Justitie, archiefbescheiden betreffende de detentie van de Rote Armee Fraction gedetineerden
Justitie / Detentie van de RAF

Periodisering

archiefvorming: 1977-1978
oudste stuk - jongste stuk: 1975-1979

Archiefbloknummer

J25

Omvang

68 inventarisnummer(s) 0,40 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten. Geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief, Den Haag

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Diverse dienstonderdelen Ministerie van Justitie (, 1975-1979)

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief bevat informatie over de detentie in Nederland van de drie RAF-leden Wackernagel, Folkerts en Schneider, waaronder de vele beroepen en klachten tegen hun behandeling in de gevangenis (bijvoorbeeld de isolatie hechtenis). Daarnaast bevat het archief informatie over het West-Duitse uitleveringsverzoek en het cassatie-beroep van de RAF-leden tegen de beslissingen van de rechtbanken Maastricht en Den Haag, die hun uitlevering aan West-Duitsland toelaatbaar achten.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
De Rote Armee Fraktion
De RAF ontstaat eind jaren zestig vanuit het studentenprotest dat in heel West-Europa de autoriteiten uitdaagt. Het kapitalisme, de ongelijke verdeling tussen arme en rijke landen; er zijn talloze redenen waarom de bestaande orde volgens de jeugd niet deugt. In Duitsland is de strijd heftiger dan elders vanwege het nazi-verleden van veel zittende machthebbers. De RAF, ook wel bekend als Baader-Meinhofgroep, legt zich toe op de zogenaamde 'stadsguerilla' waarbij de acties in de loop der jaren steeds gewelddadiger worden. Als het erop aan komt, deinst men zelfs niet terug voor moord. De sfeer wordt steeds grimmiger, ook omdat de Duitse overheid openlijk de oorlog aan de terroristen verklaart. Met uitgebreid militair vertoon op straat en invoering van vergaande noodwetten die de controle op burgers verscherpen, dreigt Duitsland in de ogen van menig criticaster een politiestaat te worden. En dan, plotseling, wordt Nederland op de proef gesteld.
September 1977 is er een incident bij een autoverhuurbedrijf in Den Haag; een RAF-terroriste heeft onder valse naam een auto gehuurd maar ontkomt aan arrestatie. Vervolgens blijkt dat ook in Utrecht een auto aan een Duitser met valse naam is verhuurd. Enkele dagen later staan maar liefst 20 agenten klaar om de huurder bij het inleveren van de auto te arresteren. Maar het loopt volledig mis. De verdachte - die zich later als de RAF-terrorist Knut Folkerts ontpopt - grijpt naar zijn pistool en begint te schieten. De situatie is volgens burgemeester Vonhoff volledig onderschat: "Agent Kranenburg zei tegen zijn collega Pieters: 'dat mannetje pakken we even'. Op het moment dat ze naar voren stapten, begreep Folkerts dat het mis was en schoot onmiddellijk Kranenburg dood. Pieters raakte levensgevaarlijk gewond. Brigitte Monhaupt, kompane van Folkerts, hoorde het schieten en nam meteen de benen. Toen is daar een vuurgevecht ontstaan waarbij Folkerts uiteindelijk is overmeesterd."
Rond het hoofdbureau van politie, waar Folkerts de eerste dagen in een cel belandt, komt een cordon van zandzakken en scherpschutters. De angst voor bevrijdingsacties van mede-terroristen of sympathisanten is groot. Burgemeester Vonhoff staat ook persoonlijk onder druk. Hij krijgt de avond van de arrestatie een telefoontje van iemand die in het Duits meedeelt dat hij omgelegd zal worden. De burgemeester hangt het dreigement niet aan de grote klok maar krijgt stilzwijgend politiebescherming. Wanneer de rondjes rijdende politieauto op het stadhuis te veel onrust wekt, laat Vonhoff de agenten echter weer inrukken. De RAF-terroristen hebben weliswaar bewezen 'zware jongens' te zijn maar de Hollandse nuchterheid is nog niet helemaal verdwenen. Vonhoff: "Dit soort bedreigingen horen bij je functie, daar moet je niet al te zeer wakker van liggen." Maar rond Folkerts verslapt de bewaking niet. Vanuit het hoofdbureau wordt hij overgebracht naar een cel op een kazerneterrein in Soesterberg waar hij o.a. door het Duitse Bundeskriminalamt wordt verhoord. Karel Bieger, rechter in het proces tegen Folkerts, treft hem daar aan in een soort "leeuwenkooi". De barre omstandigheden lokken protest uit en justitie gaat overstag; Folkerts verhuist naar de gloednieuwe en meest beveiligde gevangenis van Nederland in Maastricht.
Niet lang daarna arresteert de politie - opnieuw na een schietpartij - in Amsterdam twee kameraden van Folkerts: Christof Wackernagel en Gert Schneider. De directeur van de Maastrichtse gevangenis, Hans Brinkhof, schetst de situatie waarmee justitie nu te maken krijgt: "Wij kregen geluiden over pogingen deze mensen te bevrijden met wapens die in Duitsland gestolen waren. Dan hebben we het echt over zware wapens. Antitankwapens en bazooka's bijvoorbeeld. Daarom is besloten om de RAF-gevangenen op te splitsen: twee hier en één in Den Haag. Daarmee was een operatie waarbij alle drie tegelijk bevrijd konden worden verhinderd." Ondertussen leggen de advocaten van de RAF-terroristen zich toe op een media-offensief rond hun cliënten. Nadat in Duitsland de betwiste zelfmoord van leden van de Baader-Meinhofgroep - in de Stammheim gevangenis - de gemoederen hevig in beroering heeft gebracht, staan ook hier de helse kanten van het gevangenissysteem in de belangstelling. De pers bericht gretig over de eindeloze stroom klachten die de gevangenen bij monde van hun advocaten naar voren brengen; over een licht dat dag en nacht blijft branden, het aantal boeken dat ze mogen lezen, het eten, etc. Brinkhof: : "Ik ben wel vergeleken met een concentratiekampbewaker. Dat is niet leuk. Maar ik wist dat deze mensen nadrukkelijk de publiciteit zochten en voor mij was dat een reden om publiciteit te mijden. In Nederland weten wij heel goed hoe met gedetineerden om te gaan. Ik hoefde niet via de pers mijn gelijk te halen."
Het grootste offensief wordt ingezet op de klacht dat er sprake is van 'isolatiefolter'. Directeur Brinkhof weet, met de gebeurtenissen in Duitsland in het achterhoofd, tevoren dat die verhalen zullen komen. Hij laat daarom nauwgezet aantekeningen bijhouden wie wanneer bezoek ontvangt. Brinkhof: "Ze hadden geen contact met de andere gedetineerden, maar kregen wel bezoek van buitenaf. Hier hebben ze iets van 270 bezoeken gehad. En dan reken ik de gesprekken die ze hadden met advocaten, met vertrouwensartsen en met elkaar niet eens mee." De soepele bezoekregeling en vooral het feit dat de gevangenen elkáár mogen zien, komt overigens pas tot stand nadat er flinke druk is uitgeoefend. Gerard Spong, die als jonge advocaat aan het begin van zijn carrière in deze zaak een uitgelezen kans ziet en optreedt als advocaat van Wackernagel, zei later: "Wij wilden dat de betrokkenen onderling contact met elkaar konden hebben om er zo voor te waken dat hun politieke identiteit gebroken zou worden door de Nederlandse staat. We waren er namelijk van overtuigd dat de staat daarop uit was. En dat vonden we een vorm van marteling." Het is de reden dat er een ingewikkeld transportsysteem tot stand komt: de RAF-terroristen pendelen per helikopter beurtelings tussen Maastricht en Den Haag om zodoende onderling contact te kunnen houden. En de advocaten behalen meer successen. Via een kort geding dwingen ze af dat er ook contact mag zijn met het RAF-commando in Duitsland; de terroristen mogen per post met hun in vrijheid verkerende metgezellen corresponderen. Voor deze opmerkelijke tolerantie is blijkbaar ruimte in de rechtstaat maar op een ander punt moeten de advocaten bakzeil halen. Protesten tegen de voorgenomen uitlevering van de gevangenen aan Duitsland leveren niks op.
Proces Folkerts
Na een klein jaar in het Nederlandse gevangeniswezen worden de drie RAF-terroristen overgedragen aan Duitsland. Alleen Knut Folkerts, die de moord op een Nederlandse politieagent op z’n geweten heeft, is in de tussentijd hier berecht. Het proces vindt plaats in december 1977. Rond de rechtbank in Utrecht zijn opnieuw uitgebreide veiligheidsmaatregelen van kracht, woningen worden doorzocht, straten afgezet, etc. Het verstrekkende plan om iedereen – inclusief degenen die bij de rechterlijke macht behoren en de advocaten – bij het betreden van de rechtbank te fouilleren, stuit echter op bezwaren van rechter Bieger en wordt daarom in de kiem gesmoord. Tegenover de verdachte kent justitie echter geen genade; Folkerts krijgt bij het verlaten van de rechtszaal telkens een grondig (ook anaal) onderzoek. Volgens Bieger een onnodige vernederende behandeling die hij echter niet kan voorkomen. Ondanks de grimmige sfeer rond het proces blijft de rechter nuchter. De politieke beweegredenen van de dader en de publieke opwinding laat hij zoveel mogelijk langs zich heen gaan. Het slotwoord van Folkerts vol extreem-linkse kretologie hoort Bieger poppetjes tekenend, gelaten aan. Maar de uiteindelijke straf voor moord is maximaal: 20 jaar.
Folkerts werd “tijdelijk” uitgeleverd aan Duitsland om daar tot levenslang veroordeeld te worden wegens terroristische activiteiten. In 1995 kwam hij vervroegd vrij. Sinds dat Joke Kranenburg, de weduwe van de politieman, weet heeft van de vrijlating van Folkerts heeft zij gestreden om alsnog uitvoering te geven aan de Nederlandse straf. Na een lang juridisch gevecht heeft zij in 2006 gelijk gekregen, maar het is onwaarschijnlijk dat Folkerts zich hier bij de gevangenis zal melden. Vrijwillig zal hij niet komen en Duitsland levert geen staatsburgers uit.
Geschiedenis van het archiefbeheer
De verwerving van het archief
Het archief is in 2024 door het Ministerie van Justitie overgebracht naar het Nationaal Archief, krachtens artikel 12 van de Archiefwet 1995

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
Selectie en vernietiging
Niet van toepassing
Aanvullingen
Voor dit archief worden geen aanvullingen verwacht
Verantwoording van de bewerking
Als uitvloeisel van het meerjarenconvenant afgesloten op 4 januari 2000 tussen het Ministerie van Justitie, het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Centrale Archief Selectiedienst (CAS) is door de CAS in de periode 2005 – 2007 het archiefbestand betreffende de Rote Armee Fraktion van het Ministerie van Justitie over de periode 1975 – 1979 bewerkt, omvang 0,5 meter.
De in deze toegang opgenomen archiefbescheiden betreffen overwegend de justitiële aangelegenheden i.c. de detenties betreffende de drie RAF-leden Wackernagel, Folkerts en Schneider. De meeste stukken zijn afkomstig van de Directie Gevangeniswezen. Het schema is zoveel mogelijk ingedeeld per gedetineerde.
Voor de materiële staat van het archief is de bewerking uitgevoerd conform de brochure Om de kwaliteit van het behoud, normen ‘goede en geordende staat’ uitgave Beekhuis/Hol 1993 van de Rijksarchiefdienst/Pivot. Het bestand is volledig ter bewaring aangewezen en overgedragen aan het Nationaal Archief.
Alle stukken zijn van nietjes, plakband en overige hechtmiddelen ontdaan en verpakt in zuurvrije omslagen en zuurvrije archiefdozen. Ze zijn daarna genummerd volgens de inventaris. De omslagen en dozen zijn voorzien van etiketten. Het bestand is volledig ter bewaring aangewezen en overgedragen aan het Nationaal Archief.
Ordening van het archief
Het schema is zoveel mogelijk ingedeeld per gedetineerde.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig beperkt openbaar (B). Eerbiediging persoonlijke levenssfeer
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het Auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van kwetsbare of slechte materiële staat.
Andere toegang
Voor dit archief is geen andere toegang beschikbaar
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Ministerie van Justitie, archiefbescheiden betreffende de detentie van de Rote Armee Fraction gedetineerden, nummer toegang 2.09.96, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Justitie / Detentie van de RAF, 2.09.96, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Bewaarplaats van originelen
Niet van toepassing
Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Afgescheiden archiefmateriaal
Niet van toepassing
Verwante archieven
Niet van toepassing

Bijlagen

Geen bijlagen