Terug naar zoekresultaten

2.05.406 Inventaris van het archief van de Nederlandse diplomatieke vertegenwoordiging in Bolivia te La Paz, 1974-2013

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.05.406
Inventaris van het archief van de Nederlandse diplomatieke vertegenwoordiging in Bolivia te La Paz, 1974-2013

Auteur

Doc-Direkt

Versie

16-05-2024

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2016 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Nederlandse Ambassade in Bolivia (La Paz)
Ambassade Bolivia

Periodisering

archiefvorming: 1974-2013
oudste stuk - jongste stuk: 1974-2013

Archiefbloknummer

Z313

Omvang

655 inventarisnummer(s) 21,75 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten. Bevat tevens foto's, tekeningen en digitale dragers.

Archiefdienst

Nationaal Archief, Den Haag

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Nederlandse consulaat-generaal in La Paz (, 1975 - 1996) Nederlandse ambassade in La Paz (, 1997 - 2013)

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief bevat stukken ontvangen of opgemaakt door het Nederlandse consulaat generaal te La Paz over de periode 1975-1996 en van de Nederlandse ambassade te La Paz over de periode 1997-2013. Het betreft stukken over de organisatie en taken van de ambassade op het gebied van consulaire, culturele, economische en politieke zaken en stukken betreffende de ontwikkelingssamenwerking met Bolivia.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Algemeen historisch kader
Staatsinrichting
De eerste Boliviaanse grondwet dateert al van 1826, nadat het land een jaar eerder onafhankelijk van Spanje was geworden. Hoewel Sucre de officiële hoofdstad is van Bolivia, is La Paz de administratieve hoofdstad en ook de regering zetelt hier. De uitvoerende macht in Bolivia’s politieke systeem ligt bij de president die samen met de vice-president elke vijf jaar door het volk gekozen wordt. Na afloop van zijn ambtstermijn is hij niet direct herkiesbaar. De president benoemt de raad van ministers. De wetgevende macht (Congreso Nacional) is verdeeld in twee kamers: de Senaat (Senado) en de Kamer van Afgevaardigden (Cámara de Deputados). Het hogerhuis of de Senaat bestaat uit 27 senatoren, drie uit elk departement, die elk voor vijf jaar gekozen worden. Het lagerhuis of de Kamer van Afgevaardigden bestaat uit 130 leden die ook voor vijf jaar gekozen worden.
Geschiedenis
In 1971 volgde een staatsgreep waarna generaal Hugo Banzer aan de macht bleef tot 1978. Tijdens zijn regime werden universiteiten gesloten, vakbonden en politieke partijen verboden en tienduizenden mensen zonder vorm van proces opgepakt. Van kerkelijke zijde werd geprotesteerd tegen het veelvuldig schenden van de mensenrechten in Bolivia. Het politieke verzet tegen Banzer kwam zowel van links als van rechts.
In juni 1974 gingen linkse officieren tot opstand over, waarop Banzer o.m. parlementsverkiezingen toezegde, die hij zelfs wettelijk liet vastleggen. Inmiddels was het duidelijk geworden dat Banzer geheel afhankelijk was geworden van de rechtse officieren: onder hun druk stelde hij ook de plannen voor verkiezingen voor een vijftal jaren uit. Na Banzer volgden een hele serie dictators (caudillos) met als dieptepunt generaal García Meza, wiens bewind gekenmerkt werd door martelingen, moorden, connecties met de drugshandel en uiteindelijk een praktisch failliet Bolivia.
In 1982 werd de macht door de militairen aan een burgerregering onder leiding van Hernán Siles Zuazo overgedragen. Bolivia was op dat moment volledig failliet en de periode Zuazo werd dan ook gekenmerkt door een gigantische geldontwaarding, veel sociale onrust, stakingen, hoge werkloosheid en een steeds groter wordende buitenlandse schuld. In 1984 bedroeg de inflatie gemiddeld 3% per uur! Bolivia was op dat moment al een belangrijke cocaïneproducent maar in deze moeilijke tijden werd de lucratieve handel (in harde dollars) steeds belangrijker voor de economie van het land. Vanaf 1982 probeerden de Amerikanen in ruil voor economische hulp de cocaïnehandel in Bolivia onder controle te krijgen. Victor Paz Estenssoro won in 1985 opnieuw de verkiezingen (hij was tussen 1952 en 1964 ook al twee keer eerder president geweest) en nam een aantal rigoureuze maatregelen om de economie weer wat op te krikken. Zo werden overheidsuitgaven gedecentraliseerd en zwaar verliesgevende staatsondernemingen gesloten of geprivatiseerd. Het gevolg was wel dat er vele mijnen gesloten werden en er tienduizenden mijnwerkers zonder werk kwamen te zitten.
Ook de onverwachte ineenstorting van de wereldtinmarkt in 1985 kostte veel werknemers hun baan. Op dat moment leefde 90% van de bevolking onder de armoedegrens. In 1989 werd vice- president Jaime Paz Zamora tot president gekozen. Hij regeerde samen in een coalitie met de ex-dictator Hugo Banzer, die vreemd genoeg tijdens zijn vorige bewind verantwoordelijk was voor een aanslag op linkse politici, waarbij Zamora ternauwernood aan de dood ontsnapte. In juli 1993 kreeg Bolivia van Peru tot het jaar 2091 via een concessie een smalle toegang tot de Grote Oceaan.
In 1993 kwam de populaire Gonzalo Sánchez de Lozado aan de macht en hij ging een coalitie aan met Hugo Cardenas, een Aymará- indiaan van de indiaanse partij MRTKL, waardoor een gedeelte van de indiaanse bevolking rechtstreeks in het parlement was vertegenwoordigd. Zij voerden een economisch hervormingsprogramma, o.a. een zeer ambitieus privatiseringsprogramma, met daaraan verbonden vele sociale maatregelen (Plan de Todos), decentralisatie, onderwijshervormingen en grondwetswijzigingen. Ook zette men een programma op ter verbetering van de positie van de indiaanse bevolking, o.a. door tweetalig onderwijs toe te staan. Het lukte hem echter niet om nog een tweede termijn aan de regering te komen.
Op 6 augustus 1997 werd ex-dictator Hugo Banzer beëdigd als president. Hij trok vooral veel kiezers die hoopten dat met hem de economische groei uit de jaren ’70 weer zou terugkeren. Tegenstanders van Banzer waren mensenrechtenactivisten die vonden dat hij voor zijn verleden moest boeten. Zij waren ook bang dat het militarisme weer zou terugkomen. Een van zijn eerst daden leek dat te bevestigen: het vernietigen van cocavelden met behulp van het leger. Een van zijn beloftes in de verkiezingsstrijd was namelijk dat alle illegale cocavelden in vijf jaar tijd vernietigd zouden worden. In 1998 werd er meer dan 11.000 ha vernietigd. Verder profiteerde hij vooral van het hervormingsprogramma van zijn voorganger Sánchez de Lozado.
In april 2000 waren er gewelddadige protesten tegen de voorgenomen privatisering van de drinkwatervoorziening waardoor de prijs van water met 35% steeg. De situatie liep zodanig uit de hand dat de regering de noodtoestand liet uitroepen. Op 27 juli 2001 trad president Banzer vanwege gezondheidsproblemen af. Hij werd opgevolgd door vice-president Quiroga.Na weken van sociale onrust, die 60-80 mensen het leven zou hebben gekost, trad president Sánchez de Lozada in oktober 2003 af. Als nieuwe president werd vice-president Carlos Mesa benoemd. Sánchez de Lozada week uit naar de Verenigde Staten, die hem altijd nadrukkelijk gesteund hadden.
Begin juni 2005 kondigde president Mesa verkiezingen aan voor een constitutionele raad die de grondwet moest herzien. Ook zou er een referendum komen over meer autonomie voor de olierijke provincies in het oosten en zuiden van het land.
Mesa hoopte zo een einde te maken aan de gewelddadige protesten, de wegblokkades en een 48-uursstaking die het transport in het hele land lamlegde. De betogers eisten nationalisering van de olie- en gaswinning. Vooral de arme westelijke provincies, waar veel arme indianen wonen, wilden een groter deel van de opbrengsten.
De presidentsverkiezingen van december 2005 werden gewonnen door de linkse 'indígena' (inheemse indiaan) Evo Morales Ayma. Hij won met ruim 51% van de stemmen en werd de eerste indiaanse president van Bolivia. De oude politieke orde werd bij deze verkiezingen door de kiezers weggevaagd. Er volgde een periode van nationalisatie van onder meer de gasindustrie. In mei 2008 stemde Morales toe in een referendum over zijn leiderschap in augustus. Indien hij het referendum mocht verliezen, zouden er nieuwe verkiezingen volgen. In augustus 2008 won Morales het referendum met 67% van de stemmen. In januari 2009 gaf een nieuwe grondwet meer rechten aan de inheemse volken. President Morales won in december 2009 de verkiezingen met meer dan 60% van de stemmen.
In deze inventaris zijn de archiefbescheiden opgenomen van de Nederlandse ambassade in Bolivia te La Paz over de periode van 1997-2013. Gedurende de jaren 1974-1996 bestond de Nederlandse vertegenwoordiging uit een consulaat-generaal. In die periode werden de Nederlandse belangen in Bolivia behartigd vanuit de Nederlandse ambassade in Peru te Lima. Bij de overgang naar de opwaardering tot ambassade werd van 1994 tot 1996 een tijdelijk zaakgelastigde (TZ) aangesteld tot aan de komst van de ambassadeur. De TZ van Gool werd in 1997 tevens benoemd tot ambassadeur. In 2013 werd de Nederlandse ambassade te La Paz gesloten. Van 2012 tot 2013 was ambassadeur Muijzert in functie om de sluiting van de post te realiseren.
Naast de Nederlandse ambassade waren in Bolivia ook gevestigd:
  • 1945 - 1975 Consulaat te La Paz
  • 1945 - 1978 Consulaat te Oruro
  • 1957 - 2013 Consulaat te Cochabamba
  • 1975 - 1996 Consulaat-generaal te La Paz
  • 1989 - 2013 Consulaat te Santa Cruz
Overzicht van chefs de poste te La Paz, 1975 - 2011:
  • 1960 - 1975 Tondu, A.W.
  • 1976 - 1979 Stahlie, J.H.
  • 1980 - 1994 Tondu, M.M.
  • 1994 - 1995 Braakhuis, N.W.M.
  • 1995 - 1999 Gool, M.W.J.A. van
  • 1999 - 2003 Wildeboer, W.
  • 2003 - 2006 Muijzert, R.
  • 2006 - 2010 Beij, M. de la
  • 2010 - 2011 Bijvoet, F.G.
  • 2012 - 2013 Muijzert, R.
Taken ambassade
De werkzaamheden van de bilaterale posten kunnen grofweg verdeeld worden in politieke aangelegenheden, economische aangelegenheden, pers- en culturele aangelegenheden, consulaire aangelegenheden en algemene zaken. Hieronder volgt een weergave van de taken:
Politieke Zaken (PZ):
  • het volgen van de binnenlandse en buitenlandse politieke ontwikkelingen in het land van accreditatie;
  • het rapporteren aan de Nederlandse regering omtrent de voor Nederland relevante ontwikkelingen opdat die bij het formuleren van haar beleid daar rekening mee kan houden;
  • het uitdragen van het Nederlandse politieke beleid;
  • het behartigen van de belangen van andere landen.
Economische Zaken (EZ): de economische werkzaamheden kunnen worden onderscheiden in macro-, meso- en micro-economische aangelegenheden.
Macro-economisch:
  • het opstellen van algemene economische rapportage over macro-economische ontwikkelingen in het buitenland, overheidsmaatregelen, monetaire kwesties, energievoorziening, milieuhygiëne, lucht- en scheepvaartaangelegenheden;
  • het vergaren van handelspolitieke informatievergaring en inspanningen, met name daar waar de handel op beperkende maatregelen stuit;
  • het toezenden van economisch-statistisch materiaal;
  • het verstrekken van inlichtingen aan de overheid en het bedrijfsleven van het land van vestiging over economische ontwikkelingen en mogelijkheden tot economische samenwerking met Nederland;
  • het uitdragen van het Nederlandse beleid op economisch terrein.
Meso-economisch:
  • het berichten over afzetmogelijkheden, ontwikkelingen in het bedrijfsleven, fusies, buitenlandse investeringen, concurrentie van derde landen;
  • het geven van voorlichting over Nederlandse leveringsmogelijkheden van goederen en diensten;
  • het doen van meldingen over ontwikkelingsprojecten en overheidsaanbestedingen;
  • het aantrekken van industriële projecten voor Nederland door middel van voorlichting, bemiddeling, etc.;
  • het berichten over economische missies die West-Europa bezoeken en hulp aan Nederlandse missies in het ambtsgebied;
  • het berichten over beurzen en tentoonstellingen in het land van vestiging en hulp bij Nederlandse deelname aan beurzen.
Micro-economisch
Het ondersteunen en begeleiden van Nederlandse exporteurs in de vorm van:
  • het ondersteunen en begeleiden van Nederlandse exporteurs in de vorm van: handelsbemiddeling;
  • het voorlichten van Nederlandse zakenlieden en introducties bij overheid en bedrijfsleven;
  • het bemiddelen bij handelsgeschillen.
Ontwikkelingssamenwerking (OS):
de werkzaamheden in het kader van ontwikkelingssamenwerking houden in:
  • het analyseren van het ontwikkelingsbeleid van het betrokken land;
  • het nagaan van de plaats die Nederland in de samenwerking op dit gebied zou kunnen innemen;
  • het vaststellen van doelgroepen waarop het samenwerkingsbeleid gericht kan zijn;
  • het adviseren omtrent de aanvaardbaarheid en uitvoerbaarheid van individuele projecten;
  • het voorbereiden, uitvoeren en evalueren van Kleine Ambassade Projecten (KAP);
  • het begeleiden van uit te zenden deskundigen, huisvesting, financiering, hulp bij import van goederen;
  • het bemiddelen bij de invoer van materieel voor hulpprojecten;
  • het behandelen van financiële aspecten.
Consulaire Zaken (CZ):
Ten behoeve van Nederlanders:
  • het zorgdragen voor de Nederlandse kolonie en Nederlandse toeristen in het buitenland. De meest voorkomende werkzaamheden hiervoor zijn:
  • het verstrekken, verlengen en wijzigen van reisdocumenten voor Nederlanders, alsmede diplomatieke, consulaire en dienstpaspoorten;
  • het opmaken van legalisaties;
  • het verstrekken van juridische adviezen;
  • het verlenen van bijstand bij het opstellen van notariële akten
  • het opmaken van akten van huwelijkstoestemming;
  • het in bewaring nemen van holografische en geheime testamenten;
  • het opmaken van volmachten
  • het registreren van opgemaakte akten in een repertorium;
  • het opmaken van akten van de burgerlijke stand;
  • het regelen van dienstplichtzaken;
  • het zorgen voor repatriëring
  • het overbrengen van gerechtelijke stukken, het bijstaan van rogatoire commissies, het opmaken van legalisaties en het verrichten van andere juridische handelingen.
Ten behoeve van buitenlanders:
  • het verlenen van visa voor bezoeken aan Nederland korter dan drie maanden of verstrekken van een ‘machtiging voorlopig verblijf’ bij een verblijf langer dan drie maanden;
  • het doorzenden van asielverzoeken;
  • het inlichten van buitenlandse autoriteiten betreffende Nederland.
Pers- en culturele zaken (PCZ):
het bevorderen en verbreiden van kennis van het leven en denken van het Nederlandse volk, zijn staatkundige, economische en sociale structuur, zijn cultuur en zijn historie, en over de beginselen en feitelijke gegevens die daarbij een rol spelen. De diplomatieke post heeft tot taak het ontwikkelen van activiteiten en het aankweken en onderhouden van relaties die de banden tussen beide landen kunnen verstevigen. Concreter betekent dit:
  • het medewerken aan de uitvoering van bilaterale afspraken en verdragen op cultureel en wetenschappelijk gebied;
  • het deelnemen aan het internationale culturele verkeer;
  • het profijt trekken uit multilaterale samenwerkingsvormen op dit gebied alsmede het uitdragen van Nederlandse standpunten;
  • het onderhouden van contacten met de lokale pers teneinde publicaties over Nederland te stimuleren en waar nodig onjuiste voorlichting te corrigeren.
Algemene Zaken (AZ):
De afdeling algemene Zaken is belast met de ondersteunende, secundaire taken op een post, dat wil zeggen zaken met betrekking tot:
  • personeel;
  • informatievoorziening, automatisering;
  • organisatie;
  • financieel beheer;
  • archief;
  • communicatie;
  • huisvesting;
  • vervoer
Geschiedenis van het archiefbeheer
De archieven van de buitenlandse posten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (BZ) werden geordend en geselecteerd conform instructies, opgesteld door de centrale archiefafdeling op het departement en neergelegd in een archiefinstructiebundel. De archiefinstructiebundel heeft in de loop der jaren grotere en kleinere revisies ondergaan. De belangrijkste was de introductie van de archiefinstructiebundel "Archiefzorg op de posten" in 1999. Deze archiefinstructie introduceerde een nieuwe primaire, hiërarchische ordening op trefwoord en verving de oude ordening op basis van de Archiefcode BZ, afgeleid van de Universele Decimale Code (UDC).
In 2014 is besloten om alle postenarchieven uit de periode 1975-2013 te bewerken. Het zogenaamde archiefblok "Postenarchieven" bestaat uit de volgende onderdelen:
  • Archiefbescheiden over de periode 1975 – 1984, code-archief
  • Archiefbescheiden over de periode 1985 – 1990, code-archief
  • Archiefbescheiden over de periode 1990 – 2013.
Archiefbescheiden uit de periode voor 1975 zijn in eerder stadium overgebracht naar het Nationaal Archief. Zie daarvoor "Verwante archieven".
De archiefbescheiden over de periode 1975-1984 zijn grotendeels rond 2005 overgedragen aan Nederland. Ook het archief over de periode 1985-1990 is later voor een belangrijk deel overgedragen aan Nederland. De archiefbescheiden over de periode vanaf 1990 zijn of worden voor aanvang van de archiefbewerking in zijn totaliteit overgedragen aan Nederland in het kader van actie "Papier Hier" (dit project is gericht op het afbouwen van de bestaande papieren archieven op departementen en posten). Met deze actie worden eveneens de nog niet aan Nederland overgedragen dossiers uit de periode voor 1990 meegenomen.
De archieven zijn in beheer bij Doc-Direkt/Buitenlandse Zaken.
In 2014 is het archief van de ambassade Bolivia bewerkt door Doc-Direkt, locatie Rijswijk.
De verwerving van het archief
Het archief is in 2016 door Ministerie van Buitenlandse Zaken overgebracht naar het Nationaal Archief, krachtens artikel 12 van de Archiefwet 1995

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
Het archief bevat stukken ontvangen en opgemaakt door het Nederlandse Consulaat-Generaal over de periode 1974-1996 en later de Nederlandse ambassade te La Paz over de periode 1997-2013. Het betreft stukken over de organisatie en taken van het CG en de ambassade op het gebied van consulaire, culturele, economische en politieke zaken. Tevens bevinden zich in dit archief stukken over de ontwikkelingssamenwerking met Bolivia. Onderwerpen die verder aan de orde komen zijn onder andere de samenwerking tussen Nederland en Bolivia op het gebied van energie, de militaire staatsgrepen en de moord op politieke leiders.
Selectie en vernietiging
De selectie heeft plaatsgevonden aan de hand van de volgende vastgestelde selectielijsten:
  • [015] selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Rijksbegroting over de periode 1945–2000, 25 januari 2005/Nr. C/S/05/138 (Stcrt. 31 maart 2005, nr. 62);
  • [045] selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Rijkshuisvesting over de periode vanaf 1945, 12 maart 2007/Nr. C/S&A/07/524 (Stcrt. 26 juli 2007, nr. 142);
  • [072] selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Arbeidsverhoudingen over de periode 1945 tot heden, 3 oktober 2007/Nr. C/S&A/07/2471 (Stcrt. 29 oktober 2007, nr. 209);
  • [073] selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Arbeidsvoorwaarden
    Rijkspersoneel over de periode 1945–, 11 september 2007/Nr. C/S&A/07/2236 (Stcrt. 15 oktober 2007, nr. 199);
  • [074] selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Buitensectorale
    Arbeidsvoorwaarden over de periode 1945 tot heden, 3 oktober 2007/Nr. C/S&A/07/2473 (Stcrt. 30 oktober 2007, nr. 210);
  • [075] selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Formatiebeleid, arbeidsmarktbeleid en personeelsontwikkeling en mobiliteit over de periode 1945–, 11 september 2007/Nr. C/S&A/07/2237 (Stcrt. 12 oktober 2007, nr. 198);
  • [076] selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Arbeidsomstandigheden bij de Overheid over de periode 1945–, 1 november 2007/Nr. C/S&A/07/2726 (Stcrt. 30 november 2007, nr. 233);
  • [077] selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Personeelsinformatievoorziening en -administratie over de periode 1945–, 11 september 2007/C/S&A/07/2238 (Stcrt. 16 oktober 2007, nr. 200);
  • [103A] selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Buitenland over de periode 1945–1990, 18 december 2013, NA/2013/13.044 (Stcrt. 31 december 2013, nr. 36665);
  • [103B]: selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein
    Ontwikkelingssamenwerking over de periode 1965-1990, 18 december 2013, NA/2013/13.045 (Stcrt. 31 december 2013, nr. 36668);
  • [143] selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Organisatie van de Rijksoverheid over de periode 1945–1999, 5 juli 2005/Nr. C/S&A/05/1197 (Stcrt. 16
    december 2005, nr. 245 / pag. 25). Rekening houdend met de actualisatie in de Stcrt. 14 juni 2007, nr. 112 / p. 10.;
  • [168] selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het deelbeleidsterrein van personeelszaken, t.w. het personeelsdossier, 16 augustus 2007/Nr. C/S&A/07/1513 (Stcrt. 20 november 2007, nr. 225);
  • [186] selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Buitenlandse Zaken en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Nederlands buitenlands beleid over de periode vanaf 1990, 18 december 2013, NA/2013/12.299 (Stcrt. 31 december 2013, nr. 36667).
De archiefstukken die voor vernietiging in aanmerking kwamen, zijn na verkregen toestemming van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, afgevoerd door Reisswolf Nederland BV en daar op de gebruikelijke wijze vernietigd.
Aanvullingen
Het is mogelijk dat in de toekomst alsnog dossiers worden nagezonden. Om die reden is het mogelijk dat er voor dit archief nog aanvullingen komen.
Verantwoording van de bewerking
Als basis voor de bewerking werd een Archiefbewerkingsplan (ABP Postenarchieven 1975-2013) opgesteld, dat in november 2013 werd ondertekend door Doc-Direkt, het ministerie van Buitenlandse Zaken en het Nationaal Archief. Hierin zijn de afspraken met betrekking tot de selectie, ontsluiting, materiële verzorging en overbrenging geregeld voor de postenarchieven in de periode 1975-2013. Vervolgens werd voorafgaand aan de bewerking een werkinstructie opgesteld.
Voor de bewerking van dit archief is ook rekening gehouden met het ABP voor de archieven van de buitenlandse posten van het ministerie van Buitenlandse Zaken in de periode vanaf 1990 (ABP posten 1990-heden). Dit ABP, ondertekend door het ministerie van Buitenlandse Zaken en het Nationaal Archief, bevat de uitkomst van een onderzoek naar de gemaakte selectiebeslissingen op basis van de door de posten gehanteerde archiefinstructies ten opzichte van de geldende selectielijsten. Het resultaat was dat op de door de posten gemaakte beslissingen een aantal correcties moest worden doorgevoerd. De correcties hebben vooral betrekking op de rubriek Algemene Zaken, waarbij met name dossiers inzake de bedrijfsvoering (o.a. huisvesting, financiën en personeel), op grond van eerdergenoemde selectielijsten, alsnog voor vernietiging zijn aangemerkt.
De omvang van het archief voor aanvang van de bewerking was 250,5 meter. Door de Nederlandse ambassade in La Paz was reeds 206,375 meter als zijnde (op termijn) te vernietigen aangemerkt en 44,125 als zijnde te bewaren. De selectiebeslissingen zoals uitgevoerd door de ambassade zijn gehandhaafd, tenzij er correcties doorgevoerd moesten worden.
Na de bewerking van het archief is 24,875 meter archief voor bewaring overgebleven. De archiefstukken die voor bewaring in aanmerking komen zijn overgebracht naar het Nationaal Archief. Van de te vernietigen stukken zijn venietigingslijsten opgesteld en deze zijn aan het ministerie van Buitenlandse Zaken ter beschikking gesteld, als bijlage bij het voorstel voor vernietiging.
Bij de beschrijvingen van de in de inventaris opgenomen dossiers ontbreekt in veel gevallen een actieve handeling. Dit heeft te maken met de wijze van opbergen van de documenten, namelijk op onderwerp. In deze dossiers zijn alle aspecten met betrekking tot de uitvoering van de taak (volgen, analyseren en becommentariëren) ten aanzien van een bepaald onderwerp bij elkaar verzameld. Een zaak of werkproces is niet duidelijk aan te wijzen. De dossiers bestaan voor een groot deel uit berichtenverkeer tussen de post en het departement, correspondentie met diverse instellingen en particulieren.
Het beginjaar van het archief is 1974. Incidenteel bevinden zich in het archief stukken van vóór de begincesuur. Uit praktische overwegingen zijn deze stukken opgenomen in deze inventaris. Het eindjaar van het archief is 2013.
Ten behoeve van de overbrenging naar het Nationaal Archief dient het archief onder andere te voldoen aan de eisen met betrekking tot de duurzaamheid van archiefbescheiden zoals vastgelegd in de Archiefregeling 2009. Concreet betekent dit dat de volgende stappen zijn uitgevoerd:
  • alle ijzerwerk (paperclips, nietjes, hechtmechanieken e.d.) is verwijderd;
  • foto's, lichtdrukken en andere materialen die aan sterkere chemische reacties dan goed
  • papier onderhevig zijn, zijn voorzien van afzonderlijke fourflaps;
  • omslagen, archiefdozen en etiketten voldoen aan de ICN-kwaliteitseis.
Ordening van het archief
Het archief is primair op rubriek geordend. De rubrieksindeling is gebaseerd op de in de archiefinstructiebundel "Archiefzorg op de posten" van 1999 geïntroduceerde primaire, hiërarchische ordening met trefwoorden. Binnen de rubrieken zijn de dossiers zoveel mogelijk chronologisch geordend.
Dossiers oorspronkelijk geordend op basis van de Archiefcode BZ zijn, om een uniforme wijze van ordening te krijgen, overgezet naar de indeling op trefwoord. Dit was mogelijk, aangezien de overstap van een ordening op code naar die op trefwoord nagenoeg niets aan de bestaande dossiervorming veranderde. Daardoor was het mogelijk de oude code-ordening van een dossier om te zetten naar de nieuwe trefwoordordening.
Ordening van de dossiers op het gebied van ontwikkelingssamenwerking:
de budgetten voor de ontwikkelingssamenwerking zijn gebundeld in de HGIS. HGIS staat voor Homogene Groep Internationale Samenwerking. Het uitgangspunt van de HGIS is het bevorderen van samenwerking en afstemming op het gebied van internationale samenwerking.
Een os-activiteitendossier kan bestaan uit verschillende mappen, te weten:
  • de A-map (basisdossier). In dit dossier bevinden zich de basisdocumenten.
  • de B-map (dossier m.b.t. de uitvoering van het project). In dit dossier is mogelijk de correspondentie met betrekking tot de projectcyclus opgeborgen.
  • de C-map (clearing and forwarding projectgoederen). Betreft documenten van douanefaciliteiten bij de import van projectgoederen.
  • de D-map (deskundigen dossier). Dit dossier bevat de correspondentie met betrekking tot de individuele aanstelling en beëindiging van de tewerkstelling van de deskundige per os-activiteit.
  • de F-map (financieel dossier). Ten behoeve van een adequaat financieel beheer op de post dient per os-activiteit, naast de bestaande combinaties van mappen, een F-map gevormd en beheerd te worden.
  • de R-map (rapportage dossier). In dit dossier zijn de rapportages inzake os-activiteiten opgeborgen.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Deels openbaar, deels beperkt openbaar (B), deels niet openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Voor zover bekend zijn er geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van kwetsbare of slechte materiële staat.
Andere toegang
Voor dit archief is geen andere toegang beschikbaar
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Nederlandse Ambassade in Bolivia (La Paz), nummer toegang 2.05.406, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Ambassade Bolivia, 2.05.406, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Bewaarplaats van originelen
Niet van toepassing
Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Afgescheiden archiefmateriaal
Niet van toepassing
Verwante archieven
  • NA nr. 2.05.71 Inventaris van de archieven van de Nederlandse Consulaten te La Paz, 1920-1952, Oruro en Sucre, 1909-1952 (Bolivia)
  • NA nr. 2.05.148 Inventaris van het archief van het Nederlandse Gezantschap, later de Ambassade in Bolivia, 1955-1974

Bijlagen

Archiefbestanddelen