Oorlog in Atjeh (1873)

Begin 1873 probeert Nederland het sultanaat Atjeh op het eiland Sumatra in te nemen

Alles uitklappen

Begin 1873 probeert Nederland het sultanaat Atjeh op het eiland Sumatra te veroveren. Naast gebiedsuitbreiding is de haven Sabang in Banda Atjeh een belangrijk doel van deze expeditie. Bovendien liggen er in Atjeh verschillende olievelden.

Deze eerste expeditie loopt uit op een zwaar verlies voor de Nederlanders. In 1874 probeert het Nederlandse koloniale leger (KNIL) het opnieuw en bezet het paleis van de sultan. De sultan vlucht, maar hij blijft zich verzetten tegen de bezetters. Het is de eerste zware langdurige koloniale strijd sinds de Java-oorlog (1825-1830). In 1896 gaat generaal Van Heutsz over op ‘functioneel en gedoseerd geweld’. Met behulp van Indische militairen drukt hij het verzet hardhandig de kop in. In 1904 is Atjeh onderworpen, nadat er een ‘spoor van rook en bloed’ door het land is getrokken.

De Atjeh-oorlog is het begin van de koloniale politiek van uitbreiding. Nederland maakt van haar koloniale gebieden in het Indische eilandenrijk één aaneengesloten Nederland in de Oost. Van Sabang in het westen tot Merauke in het oosten.

Archief van A. Seret en enkele familieleden, 1847-1997

Toegangsnummer archiefinventaris 2.21.205.55, inventarisnummer 41