Op donderdag 2 januari 2020 organiseert het Nationaal Archief Openbaarheidsdag. Net als voorgaande jaren worden duizenden archiefstukken openbaar die nog niet eerder in te zien waren, of alleen onder voorwaarden.
Ministerraadnotulen: van Joegoslavië tot het eerste 'paarse' kabinet
De ministerraadnotulen uit 1994 komen vrij. Het kabinet houdt zich in dat jaar bezig met de situatie in Joegoslavië, die steeds uitzichtlozer wordt. Ook verschijnt een rapport over het opheffen van het Interregionaal Rechercheteam (IRT), dat in hetzelfde jaar onderwerp wordt van een parlementaire enquête.
In Rwanda vindt een grote genocide plaats. En er wordt een laatste poging gedaan om de voltrekking van de doodstraf te voorkomen, die is opgelegd in Singapore aan de Nederlander Johannes van Damme.
In de ministerraadnotulen zijn ook stukken van het kabinet Kok I, het eerste ‘paarse’ kabinet, te vinden zoals een verslag van het constituerend beraad, het financiële startmemorandum en de regeringsverklaring.
Tweede Wereldoorlog
In 2020 worden de eerste grote archieven over de Tweede Wereldoorlog en de nasleep ervan openbaar. Het gaat onder andere het complete archief van het ministerie van Justitie te Londen, de archieven van de Commissie Opsporing Oorlogsmisdadigers (COOM), en delen van het archief van het Directoraat Generaal Bijzondere Rechtspleging. De stukken bieden onder meer inzicht in de strijd tegen Nazi-Duitsland, de onderzoeken naar politieke betrouwbaarheid van onder anderen Engelandvaarders en de verhouding tussen de regering in Londen en het bevrijde deel van Nederland.
Engelandvaarders
Elke Nederlander die in de Tweede Wereldoorlog in Engeland aankomt, wordt eerst gescreend om te achterhalen of hij of zij betrouwbaar is. In het archief Justitie Londen zijn interviews en soms aanvullende informatie over Engelandvaarders te vinden. Het verblijf in Engeland is voor Engelandvaarders niet altijd rozengeur en maneschijn; ze moeten soms lang wachten voor ze verhoord worden, hebben gebrek aan geld en weten lange tijd niet hoe en waar ze voor de strijd tegen Nazi-Duitsland worden ingezet. Dan slaat voor sommigen de verveling toe.
Dolly Peekema-Dibbets
In hetzelfde archief Justitie Londen zijn stukken te vinden over en van Dora (Dolly) Peekema-Dibbets die tijdens de Tweede Wereldoorlog intieme relaties aanknoopt met hooggeplaatste Duitsers waaronder rijkscommissaris Seyss-Inquart. Justitie Londen houdt haar scherp in de gaten. Haar onwetende man zit als ambtenaar van het ministerie van Koloniën in Londen en stuurt haar ongecensureerde brieven via de diplomatieke post. Na de oorlog wordt Dora Peekema voor haar collaborerende rol veroordeeld tot acht jaar gevangenisstraf.
Bevrijd Nederland
Koningin Wilhelmina benoemt prins Bernhard in september 1944 tot opperbevelhebber van de Binnenlandse Strijdkrachten, een bundeling van verzetsgroepen waar zich nog honderden anderen bij aan zouden sluiten. Bernhard schrijft een boze brief over de zorgen die worden uitgesproken over wangedrag van ‘zijn’ Binnenlandse Strijdkrachten. De kritiek moet een vergissing zijn, bovendien zijn er verbeteringen doorgevoerd, aldus Bernhard.
Het Militair Gezag dat de dienst uitmaakt in het bevrijde deel van Nederland, heeft weinig op met de regering in Londen en dat is wederzijds zo blijkt uit archiefstukken.
Ook leven er zorgen over het uitblijven van het herstel van de parlementaire democratie. Minister van Waterstaat Albarda dient daarom zijn ontslag in.
Buitenlandse Zaken
Ook worden stukken openbaar uit het archief van Buitenlandse Zaken (1955-1965) die gaan over de Republiek der Zuid-Molukken, de beloften van de Nederlandse regering aan deze Republik Maluku Selatan en over der berechting van RMS’ers in Jakarta.
Openbaarheid van archieven
Ministeries en andere overheidsinstellingen dragen na twintig jaar hun archieven over aan een archiefinstelling. Het merendeel daarvan is direct door iedereen in te zien en te gebruiken. Maar als de inhoud de privacy van nog levende personen kan schaden of hen onevenredig kan benadelen of wanneer het landsbelang in het geding is, wordt de openbaarheid nog enige jaren beperkt. Dit mag maximaal 75 jaar duren, maar vaak is het korter. Zo worden de notulen van de ministerraad na 25 jaar openbaar. De termijn wordt altijd vooraf vastgesteld en vervalt op de eerste januari na het verstrijken ervan. Die dag noemen we sinds 2010 Openbaarheidsdag.
De totale lijst met vrijgevallen archiefstukken is als bijlage te downloaden.