In de nacht van 9 op 10 november 1938 worden in Duitsland de ruiten van 7500 Joodse winkels ingeslagen en 1400 synagogen in brand gestoken. Overal op straat liggen scherven van stukgeslagen ruiten, vandaar de naam Kristallnacht.
Op de vlucht
Er is niet alleen materiële schade, er vallen tientallen doden en gewonden. Voor veel Joden is deze nacht hét bewijs dat zij hun leven in het Duitse Rijk niet meer zeker zijn. Tienduizenden nemen de vlucht naar het buitenland, ook naar Nederland.
Al voor de Kristallnacht zorgen de anti-Joodse maatregelen van Hitler ervoor dat 150.000 Duitse Joden een veilig heenkomen zoeken. De Nederlandse regering neemt vanaf 1933 maatregelen om de stroom Joodse vluchtelingen te beperken, velen worden teruggestuurd naar Duitsland. Den Haag zit niet te wachten op deze vluchtelingen die ook nog eens door Hitler financieel zijn uitgekleed.
Na Kristallnacht
Op 14 en 21 november 1938 worden opnieuw vluchtelingen die per trein naar Nederland reizen zonder pardon weer de grens overgezet. Dit leidt tot de meest hartverscheurende taferelen. Mensen smeken op hun knieën, dreigen met zelfmoord, proberen grenswachten te overtuigen van hun onveilige bestaan, maar tevergeefs. Er is veel maatschappelijke en politieke discussie over het al dan niet toelaten van Joodse vluchtelingen. Volgens Colijn moet het aantal Joodse vluchtelingen beperkt worden juist vanwege de dreiging van antisemitisme in Nederland. Toch gaan er veel stemmen op om een ruimer toelatingsbeleid te hanteren. In de weken na de Kristallnacht zijn nog 7000 Joodse vluchtelingen toegelaten waaronder 1500 kinderen.
Opvang van Joodse vluchtelingen
Tot het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in 1939 zijn ongeveer 32.000 Joodse vluchtelingen in Nederland toegelaten. Ze komen soms terecht in een gezin maar meestal worden ze ondergebracht in schoolgebouwen, loodsen, jeugdherbergen, vakantiekampen en weeshuizen. Dit is niet genoeg. In 1939 wordt een permanent centraal vluchtelingenkamp bij Westerbork gebouwd. Hetzelfde kamp dat de Duitsers vanaf 1 juli 1942 gebruiken als doorvoerkamp voor Joden op weg naar concentratie- en vernietigingskampen in Duitsland en Polen. Na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in september 1939 worden er geen vluchtelingen meer in Nederland toegelaten.
De Kristallnacht is nog maar een voorbode voor wat het overgrote deel van de Joodse vluchtelingen te wachten zou staan.
Nationaal Archief
2.04.58 Binnenlandse Zaken: Zorg voor de vluchtelingen uit Duitsland 1938-1942, inv.nrs. 129, 130, 154, 156
C. van Eijl, Al te goed is buurmans gek: het Nederlandse vreemdelingenbeleid 1840-1940 (Amsterdam 2005) signatuur 179 B49