Archief
Titel
2.21.418 Inventaris van het archief van dr. Abraham (Bram) Peper, [levensjaren 1940-2022] 1957-2009 (2010)
Auteur
E.M. Bloemendal, M.M. van Holten, VHICVersie
04-12-2023
Copyright
Nationaal Archief, Den Haag
2019 cc0Beschrijving van het archief
Naam archiefblok
Dr. Abraham Peper [levensjaren 1940-2022] Peper, A.
Periodisering
archiefvorming: 1957-2009 oudste stuk - jongste stuk: 1940-2010
Archiefbloknummer
C75Omvang
90 inventarisnummer(s); 1,60 meterTaal van het archiefmateriaal
Het merendeel der stukken is in het. Een klein gedeelte is gesteld in talen als het, het, heten het
Nederlands
Noors
Frans
Engels
Duits.
Soort archiefmateriaal
Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.Archiefdienst
Nationaal ArchiefLocatie
Den HaagArchiefvormers
Peper, dr. Abraham (1940-2022)
Samenvatting van de inhoud van het archief
Voornamelijk bestaat het archief uit correspondentie, publicaties en artikelen van en over Peper uit de periode van 1957 tot en met 2009. Andere zaken zijn teksten van redevoeringen, aantekeningen en in mindere mate foto’s. Van zijn opleidingstijd is veel bewaard gebleven, ook van zijn studiejaar in Noorwegen. Het geeft een helder beeld van zijn groeipad en kennis over sociologie, sociale economie en machtsverhoudingen bij de overheid. Een belangrijk element van dit archief is de serie over de negatieve publiciteit in het kader van de zogeheten ‘bonnetjesaffaire’. Vanuit zijn tijd als minister is weinig bewaard gebleven, echter deze periode was ook minder lang.Archiefvorming
Geschiedenis van de archiefvormer
Abraham (Bram) Peper werd op 13 februari 1940 geboren in Haarlem als zoon van een metaalbewerker. In Haarlem volgde hij eerst de openbare lagere school aan de Van Zeggelenstraat, daarna ging hij van 1952 tot 1957 naar de gemeentelijke HBS-B. Van 1957 tot 1965 studeerde hij aan de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam sociale geografie, macro-economie en niet-westerse sociologie. In 1963 en 1964 studeerde hij tevens economie, sociologie en Noors aan de Universiteit van Oslo te Noorwegen.
Van 1957 tot 1963 speelde hij op semiprofessionele basis voetbal bij het Racing Club Haarlem.
Na zijn cum laude afstuderen op 20 december 1965 werd hij in 1966 wetenschappelijk medewerker aan het Sociologisch Instituut van de Nederlandse Economische Hogeschool te Rotterdam. Vervolgens was Peper tot 1971 wetenschappelijk medewerker aan de faculteit der sociale wetenschappen en assistent van prof. dr. J.A.A. van Doorn, Nederlandse Economische Hogeschool te Rotterdam. Hij werd lector beleidssociologie aan dezelfde hogeschool in 1971. In 1972 promoveerde Peper in de Sociale wetenschappen.
Peper, die in 1966 lid was geworden van de Partij van de Arbeid (PvdA), behoorde in de begin jaren zeventig tot de zgn. 'Steenwijk-groep', een informele denktank in de PvdA voor partijvoorzitter Van der Louw, waarvan verder o.a. Wim Meijer, Hans Kombrink, Jan Pronk en Relus ter Beek deel uitmaakten. Ook was hij in 1972 lid van de verkenningscommissie PvdA, D'66, PPR, van 1972 tot 1983 lid van het partijbestuur en van 10 april 1975 tot 16 maart 1982 tweede vicevoorzitter.
Naast zijn werk aan de Hogeschool (inmiddels omgedoopt tot Erasmus Universiteit Rotterdam) was hij van 1974 tot 1977 parttime persoonlijk beleidsadviseur van minister H.W. van Doorn en van W. Meijer, staatssecretaris van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk. Vervolgens was hij van 1975 tot 16 maart 1982 aanvankelijk buitengewoon en later gewoon hoogleraar sociaaleconomisch beleid (sociale politiek en arbeidsverhoudingen) aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam.
Op 16 maart 1982 werd Peper burgemeester van Rotterdam. Hij zette zich als burgemeester in voor behoud en versterking van de positie van Rotterdam als havenstad, onder andere door leiding te geven aan diverse handels- en havenmissies. Hij nam in 1987 het initiatief tot instelling van de Commissie-Albeda die advies moest uitbrengen over sociaaleconomische vernieuwing van Rotterdam. Die gaf mede de aanzet tot ontwikkeling van 'de Kop van Zuid', de aanleg van de Erasmusbrug, stadsvernieuwing en de ontwikkeling van de zogenoemde Koopgoot in het centrum.
Peper werd in 1991 in een rapport van de hoogleraar A. Zijderveld verantwoordelijk gehouden voor het financiële debacle van de viering van 650 jaar stad Rotterdam. Een motie van wantrouwen van GroenLinks werd echter verworpen. Andere problemen waarmee hij als burgemeester onder meer mee te maken kreeg, waren de (mislukte) plannen voor opdeling van Rotterdam in deelgemeenten (in het kader van de vorming van de stadsprovincie Rotterdan), de drugsproblematiek rond 'Perron Nul' en de affaire rond het ontslag van generaal J.W. Brinkman tot hoofdcommissaris van politie.
Als burgemeester van Rotterdam werd hij bij een deel van de bevolking populair, maar maakte hij ook nogal wat (politieke) vijanden die vonden dat hij te weinig open bestuurde.
In 1998 maakte Peper de overstap naar de landelijke politiek door minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties te worden in het tweede paarse kabinet (Kok II). Als minister speelde hij een coördinerende rol bij het beleid op het gebied van orde en veiligheid in het kader van de organisatie van de Europese kampioenschappen voetbal in Nederland en België (Euro 2000). Hij stelde in 1998 de Staatscommissie-Elzinga in. Daarmee gaf hij de aanzet tot de dualisering van het gemeentelijk bestel. Op 18 mei 1999 slaagde hij er, samen met premier Kok, niet in een wetsvoorstel tot grondwetsherziening over invoering van het correctief referendum in tweede lezing door de Eerste Kamer te loodsen. Het voorstel kreeg één stem te weinig voor de vereiste twee-derde meerderheid.
De zogeheten bonnetjesaffaire heeft hem ontslag doen nemen als minister op 13 maart 2000 (de Nacht van Wiegel). Peper werd na zijn ministerschap in mei 2002 benoemd tot deeltijd hoogleraar Public Management aan de Universiteit Nijenrode te Breukelen. Hier nam hij mei 2004 ontslag omdat de directie weigerde een driedaagse studiereis naar Brussel te vergoeden.
Peper is drie keer getrouwd geweest, waarvan zijn laatste huwelijk met voormalig VVD-minister, staatssecretaris, Tweede Kamerlid en voormalig Europees commissaris Neelie Kroes het meest in het oog springend is geweest. Uit zijn eerdere huwelijken met Rinske Schoorl en Gusta Mulder heeft hij 3 kinderen.
In jaartallen
- 1940
- geboren te Haarlem, 13 februari
- 1944-1952
- openbare lagere school in de Van Zeggelenstraat
- 1952-1957
- gemeentelijke HBS-B Haarlem
- 1957-1965
- studie sociale geografie, macro-economie, niet-westerse sociologie aan de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam
- 1963-1964
- studie sociologie, noors en economie aan de Universiteit van Oslo
- 1966
- lid PvdA
- 1966-1967
- wetenschappelijk medewerker Sociologisch Instituut, Nederlandse Economische Hogeschool te Rotterdam
- 1967-1971
- wetenschappelijk medewerker faculteit der sociale wetenschappen en assistent van prof.dr. J.A.A. van Doorn, Nederlandse Economische Hogeschool te Rotterdam
- 1971-1975
- lector beleidssociologie, Nederlandse Economische Hogeschool (vanaf 1970 Erasmus Universiteit) te Rotterdam
- 1972
- lid verkenningscommissie PvdA, D'66, PPR
- 1972
- lid Commissie Ondernemingsraden, SER (Sociaal-Economische Raad)
- 1972-1979
- lid Commissie Taak, Samenstelling en Werkwijze SER
- 1972-1983
- lid partijbestuur PvdA
- 1973-1974
- lid Knelpunten Commissie: Harmonisatie Welzijnsbeleid (knelpuntennota)
- 1974-1977
- persoonlijk beleidsadviseur van minister H.W. van Doorn en van staatssecretaris W. Meijer, ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk
- 1975-1977
- buitengewoon hoogleraar sociaal-economisch beleid (sociale politiek en arbeidsverhoudingen), Erasmus Universiteit te Rotterdam
- 1975-1983
- tweede vicevoorzitter PvdA
- 1977-1980
- adviseur CONS (Commissie Ontwikkelingssamenwerking Nederland-Suriname)
- 1977-1982
- hoogleraar sociaal-economisch beleid (sociale politiek en arbeidsverhoudingen), Erasmus Universiteit te Rotterdam
- 1980-1983
- kroonlid SER (Sociaal-Economische Raad)
- 1982-1998
- burgemeester van Rotterdam
- 1987-1990
- voorzitter SR90 (Stichting Rotterdam 1990)
- 1990
- lid commissie-Van Kemenade over herstructurering van de PvdA
- 1990-1998
- lid Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst
- 1994-1998
- lid Comité van Regio's (Europese Unie)
- 1996-1998
- president Eurocities
- 1998
- voorzitter commissie 'Maatschappelijk draagvlak versterking lokale sociale infrastructuur'
- 1998-2000
- minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- 2001
- voorzitter PvdA-werkgroep Vijfde nota ruimtelijke ordening
- 2002-2004
- deeltijd hoogleraar public management, Universiteit Nijenrode te Breukelen
- 2005-2011
- voorzitter NBb (Nederlandse Boekverkopersbond)-Educatief
Geschiedenis van het archiefbeheer
Een deel van het persoonlijke archief van Peper is overgedragen aan het Gemeentearchief van Rotterdam. De in deze inventaris beschreven archivalia zijn eerder voorlopig geordend en beschreven door Pepers biograaf Henk van Osch en na voltooiing van diens biografie overgedragen aan het Nationaal Archief.
Het archief is in mei 2011 geschonken aan het Nationaal Archief.
De verwerving van het archief
Inhoud en structuur van het archief
Inhoud
Voornamelijk bestaat het archief uit correspondentie, publicaties en artikelen van en over Peper uit de periode van 1957 tot en met 2009. Andere zaken zijn teksten van redevoeringen, aantekeningen en in mindere mate foto’s. Van zijn opleidingstijd is veel bewaard gebleven, ook van zijn studiejaar in Noorwegen. Het geeft een helder beeld van zijn groeipad en kennis over sociologie, sociale economie en machtsverhoudingen bij de overheid. Een belangrijk element van dit archief is de serie over zijn negatieve publiciteit in het kader van de zogeheten ‘bonnetjesaffaire’.
Uit zijn tijd als minister is weinig bewaard gebleven, echter deze periode was ook minder lang.
Het archief is incompleet.
Selectie en vernietiging
Bij de bewerking zijn dubbelen afgescheiden ter vernietiging, alsmede drukwerken en documentatie zoals knipselkranten waarin Peper zelf niet voorkwam.
Verantwoording van de bewerking
Bij de overdracht voor bewerking bestond het archief uit enkele ordners met correspondentie en een aantal onderwerpsdossiers, alsmede andere stukken met een door de archiefvormer aangebrachte globale ordening. Dit was verzameld in 8 grote verhuisdozen met daarop een kort opschrift. Bij de inventarisatie zijn de verschillende series zoveel mogelijk intact gelaten. Er waren een aantal verzamelmappen.
Ordening van het archief
Bij de bewerking van het archief zijn de series zo veel mogelijk in tact gelaten. Enkele series bestonden uit meerdere documentsoorten als artikelen en redevoeringen. Deze serie is gesplitst om zo meer inzicht te krijgen. Daarnaast troffen we een aantal losse stukken en deze zijn op de logische plek in deze series opgenomen. Zoals gebruikelijk bij veel archieven zijn de stukken onderscheiden van algemeen naar bijzonder. Dat betekent dat algemene stukken als correspondentie, publicaties, redevoeringen onder ‘algemeen’ vallen en de opleiding en het werkzaam leven onder ‘bijzonder’. Het werkzaam leven is verder nog onderverdeeld naar functie, alhoewel dit chronologisch onder werkzaam leven bijna identiek is.
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Deels openbaar, deels beperkt openbaar (B), deels niet openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Andere toegang
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
- Creëer een account of log in.
- Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
- Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Dr. Abraham Peper [levensjaren 1940-2022], nummer toegang 2.21.418, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Peper, A., 2.21.418, inv.nr. ...
Verwant materiaal
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Afgescheiden archiefmateriaal
In het Gemeentearchief Rotterdam bevindt zich een verzameling archiefmateriaal van Peper (collectie nr. 504, met aanvullingen) met een omvang van ca. 4,3 meter. Deze verzameling omvat onder meer stukken betreffende zijn studietijd en zijn burgemeesterschap, foto’s en diploma’s.