Inv.nr. | Beschrijving |
---|---|
[inv.nr. 708] | Brief van E.L. Lance (Betsy), 11 Juli 1829. 4 bladzijden dichtbeschreven. |
[inv.nr ??] | Brief van Loddiges aan Lance 15 Juli 1825, over zaden en planten. |
[inv.nr. 703] | Brief van Lance, 1821*) aan zijn moeder, waarin hij eèn verloving aankondigt met een zekere Miss Fitzgerald. Hier is kennelijk nooit wat van gekomen. *)Bannisters, 28th Jan. 1821." |
[inv.nr. 704] | Brief van Lance aan zijn zus Betsy, 11 Jan. 1822; waarin hij melding maakt van de waarschijnlijkheid dat hij in dienst zal treden bij het Foreign Office. |
[inv.nr. 705] | Brief van George Canning, minister van buitenlandse zaken, Oct. 2,18 waarin hij Lance opdraagt zijn op 7 April 1822 toegekende funktie te gaan bekleden. |
[inv.nr. 697] | Waterverfschets. Op achterzijde: "I think this is a sketch of my Grand father John Henry Lance by his sister...(Betsy) when he was a young man" (H.S.W.) |
[inv.nr ??] | Brief van Lance's moeder aan zijn zus, in geval zij komt te overlijden. Moet geld ingesloten geweest zijn. Gedateerd 28 Aug. 1823. (Volgens aantekening erbij is de moeder van Lance pas in 1842 gestorven). |
[inv.nr. 712] | Engelstalig kranteknipsel, onduidelijke betekenis. |
[inv.nr. 713] | Tekening van James Bandinel. |
[Uncle W. Elliot; poststempel 'Newca..??' "Simonburn 30 sep..??"] | Brief van een dominee Elliot aan Lance. [inv.nr. 709]: |
[inv.nr. 710] | Brief van Palmerston waarin hij Lance 6 maanden verlof toekent; hoor waarschijnlijk bij nr. 146. |
[inv.nr. 714] | Tekening van Palmerston. |
[inv.nr. 698] | Afrekening van een postkoets-toer in Frankrijk. |
[inv.nr.716] | Ontwerp voor een grafsteen voor Elizabeth (Betsy) Lance. |
[inv.nr. 719] | Advertentie voor de Oncidium Lanceanum. |
[inv.nr. 717; Sarah Matilda ??] | Foto van twee "meisjes" Paton. |
[inv.nr. 715] | Briefjes van Louisa aan Betsy, 1852. |
[inv.nr. 711] | Brief van zijn moeder aan John Lance, Sept. 5th 1834. |
[inv.nr. 720] | briefje van zekere Aglionby aan H.S.W. |
[inv.nr. 718] | Brief van Royal Horticultural Society, 1914 waarin gerept wordt over de Oncidium Lanceanum. Hier wordt als sterfdatum van John Lance 10 Jan 1878 vermeld. |
[inv.nr. 710] | Brief van Zoological Society of Londen, waaruit blijkt dat Lance er lid van was, 1914. Hier wordt als sterfdatum vermeld: Mei 1878. |
[inv.nr. 724] | Briefje van Public Record Office, 1963, aan zekere Miss Somers, die de brieven ten verkoop had aangeboden c.q. wilde laten taxeren. P.R.O . slechts geinteresseerd in gelegenheid om te bestuderen of de brieven een belangrijke aanvulling vormen op de officiële korrespondentie van Lance. |
[inv.nr. 699, 700] | Twee stambomen van de familie. |
[inv.nr. 723] | Kranteartikel zonder datum, waarin gemeld wordt dat een zekere Christopher Lance door de republikeinen in Spanje vastgehouden wordt op beschuldiging van het steun verlenen aan de ontsnapping van pro-Franco gezinden uit Madrid. |
Staat bij vermeld: "these sketches are probably by miss C.E. Lance, daughter of Rev. W. Lance". (dit zou dan de zus van Lance, Betsy, geweest moeten zijn.)
Bevond zich op de studiezaal van het Nationaal Archief in de zelfbediening microfilms.
Met zegel en handtekening van Lord Londonderry.
"went over in a French Steamboat, we had a rough passage and I was as sick as usual, and I saw enough of French management of a vessel never to wish myself on board a French ship again.... "
Doet daarin verslag van de zware overtocht en van zijn eerste indrukken van Georgetown. "I am quite disgusted with the ugliness of the negros and the mulatto I have also seen some Indians who are nearly as ugly. I have gathered today a most delightful rose as sweet as any you have at Netherton".
Kapitein van schip waarmee Lance in Suriname aankomt, vertelt kommandant te Braamspunt dat hij een nieuwe rechter aan boord heeft. Volgens Lance was het kommentaar van de kommandant; "...is he as great a fool as the one we have here at present?." Verder: "I.arrived here (Paramaribo) an hour ago and have just breakfasted with Lefroy, his talking is intolerable and I am just going to call on the Governor and John Bent (een vriend van Lance, planter, die al voor hem in Suriname was.) to quit of his eternal tongue, it makes me quite melancholic".
beschrift de kamer waar hij voorlopig woont.
Opmerkingen over Lefroy; Lance is het zwaar met hem oneens. Lefroy is een dwaas vindt hij: hij heeft zich aan zijn instrukties te houden.
vermeldt aflegging van de eed.
Verslag begint 4 April 1823; Lefroy is met verlof naar Engeland.
Vermeldt kontakt met de gouverneur over enkele slavenschepen. De gouverneur schijnt het gezag van Lance betwist te hebben om over die schepen te rapporteren. Lance brengt ook verslag uit van inspektie-tocht naar enkele plantages waar zich illegale slaven bevinden.
Verhaalt van manumissie (vrijlating) van 54 slaven die door het gemengd gerechtshof vrijgegeven waren. Nog wat over Lefroy en verder (botanisch) gebabbel.
Meldt zware griepepidemie. Weer opmerkingen over Lefroy en zijn relaties met het "Foreign Office".
"There are reports of an insurrection at Demarara among the Negroes brought about by those soi disant (?) Philanthropists called Saints alias Rogues but I hope it is not true for we should soon hear and see something here in that case which would not be agreeable."
Veel opmerkingen over de slavenhandel. Denigrerende opmerkingen over Lefroy.
weer laatdunkende uitlatingen over Lefroy. Verder: "We are all quite in the dark here with respect to Public News, if a few more English were here, a regular vessel would be hired to go to Barbados but the Dutch are so phlegmatic about it, the world may be lost and won before they know anything of it."
You will be pleased to hear that the negroes are all perfectly quiet here and have no ideas of freedom whatsoever, so that our throats are safe for the present and as the Government here does not allow a single Saint to stand in the Colony or any doctrines to be preached that are not approved of first, I have no doubt this will remain a flourishing Colony when our colonies are all overturned"
Maakt melding van een Frans schip met 350 slaven aan boord. Beweert wederom dat hij in afgelopen 6-7 maanden meer gedaan heeft tegen de slavenhandel dan Lefroy in al zijn vier jaren.
Heeft toch meer werk met de illegale slavenhandel dan hij verwachtte. Vermeldt weer opbrening van een schip, maar ook het verkopen van illegale slaven onder zijn neus. Slaven waarvan vastgesteld was, dat ze illegaal ingevoerd waren, kunnen ontsnappen. Lance acht dit slechts mogelijk als het Surinaams gouvernement daar stilzwijgend medewerking aan verleende.
Heeft gerucht gehoord dat Lefroy misschien naar Sierra Leone gaat.
Verder: "You seem to have formed some horrible but erroneous ideas of the state of Slavery at least as it exists here. I consider that those who are free are very little better off than the Slaves unless they have superior capacities in which case it certainly is of consequence to them to be free as they really attain some conscience as Masons, Carpenters, etc. and can make a great deal of money, but with regard to the generality upon Plantations, I think putting one thing against another, they are as well off as our own Carters (?) and Labourers. It is true, if they will not work they are flogged, but then balance against that, the always having plenty to eat of the food which they prefer to all other, viz. Plantains and I think the scale is in their favour; I think of discussing this subject some day or other at some length and as impartially as I can and then you shall judge "
"...we are somehting like a man sitting on a barrel of gunpowder but this Colony will certainly go the last in my opinion." Nog wat opmerkingen over nieuwe, illegale slaveninvoer.
Staat in inhoudsopgave dat hier een waterverfschildering gezeten heeft.
Spreekt erover dat hij het toch steeds drukker krijgt. Moet nog wel heel voorzichtig zijn. Lijkt op redelijk goede voet te staan met tenminste een paar Hollanders. Er is sprake van een paar uitnodigingen voor feesten bij Hollanders.
Enkele opmerkingen over slaven. Verder wat gebabbel over zijn gezondheid.
Refereert aan tevreden reaktie van het Foreign Office over zijn eigen werk.
Geeft indikatie dat hij van plan is zijn spaarcenten in de kolonie te beleggen. Geeft een zeer gedetailleerde beschrijving van ligging, produktie en rentabiliteit van een bepaalde plantage die hij op het oog heeft. "I think I have given you a pretty good view of Estates in Surinam and if you feel inclined to draw any more of your money from the funds and go shares with me in a speculation here I am quite ready to join you" Verdedigt de slavernij zeer fel; geeft sterk af op allerlei abolitionisten.
tot en met 55: Ontbreken. Zeer duidelijk weggesneden. Volgens de inhoud opgave hebben hier een brief over planten gezeten en enkele tekeningen van bloemen.
Kommentaar op de esthetische kwaliteiten van de in Suriname aanwezige (blanke) vrouwen .....
Lefroy schijnt teruggekeerd te zijn. " ....he has become under my guidance as quiet as a Lamb" "..he generally continues to make a foo1 of himself on those occasions and give offense to some of the company by his enthusiasm (and) nonsense".
Volgens de inhoudsopgave zit hier een brief van Loddiges. Deze brief is nog wel los aanwezig. Zie daarvoor de lijst van losse stukken.
Feesten te Paramaribo, veel sterfgevallen ook. Gebabbel verder.
Is met expeditie mee geweest naar de Saramacca en naar de Coppename. Refereert weer aan aankoop plantage; kommentaar op de prijzen van de grond in Suriname.
Praat over plannen om met een nieuw systeem indigo te telen. Koffie en katoen gaan op dat moment zeer slecht.
Heeft zware koortsaanval gehad; bezoek gebracht aan bosnegerdorp.
Spreekt weer over indigo. (66 blijkt trouwens eerste stuk van brief te zijn vermeld onder nr.6 in het boek dus verkeerd ingeplakt.)
Gebabbel.
Praat weer over plannen een plantage te kopen. Kommentaar op de diskussie die woedt in Engeland met betrekking tot de afschaffing van de slavernij.
praat weer over de toestand van de slaven. Oppert idee om nog eens een korte beschrijving van de slavernij te publiceren.
Is 100 mijl de Coppename op geweest naar Indianen-gebied. Beschrijft zijn voorkeur voor het platte land van Suriname. Lance heeft nog wel plannen om een plantage te kopen, maar ziet toch wel de inkompabiliteit met zijn ambt. Is ook door Bandinel (zijn kontaktpersoon bij het Foreign Office) ontraden iets met slaven te maken te krijgen. Lance betreurt het wel, want het bezit van veel slaven zou zijn botanische expedities veel gemakkelijker gemaakt hebben.
Over zijn laatste expeditie naar de Arowakken: "They are a very interesting people and the finest sportsmen in every way I ever saw. They were quite in raptures with my double barrel but half afraid of my percussion gun not liking to touch it."
Meldt weer zware griepepidemie. Heeft weer eens zwaar ruzie met Lefroy gehad.
"Publicatie strekkende ter wijziging en vereenvoudinging van de jaarlijksche opgaven van Familien en Slaven, aan het Kantoor der Hoofdgelden in te dienen."
"Publicatie behelsende extensie van art. 32 als mede van art. 3 en van art. 30 van het besluit van Z.M. den Koning d.d. 4den Januarl 1826, no. 92, betrekkelijke tot de Slaven Registers, binnen deze Kolonie, in werking gestelo bij de Publikatie vervat in het Gouvernements Blad van dit jaar no. 1."
Bevatten publikaties met betrekking tot de slavenregisters.
Gaat op expeditie naar de Marowina (Marowijne), vermeldt nog even idee van aankoop van plantage; lijkt er nu toch wel van af te willen zien.
Kryptische aantekeningen van reis. 11 dichtbeschreven foliovellen.
Heeft nu zijn aantekeningen van de expeditie omgewerkt tot een zeer duidelijk en prettig leesbaar verslag.
Er dreigt een wisselkoers verandering.
Vanuit Demarara. Heeft i.v.m. zijn gezondheid een aanbod geaksepteerd om met een Engelse schoener een cruise te maken langs de eilanden; Tobago, Trinidad, Grenada, St. Vincent, St. Lucia, Martinique en Barbados.
Lance heeft bij afvaart uit Paramaribo kopie gekregen van het boek van Lefroy. (Outalissi) "It's merely a vehicle for conveying his opinions on Slavery and Christianity and displays great ignorance of the country and its inhabitants".
Eigenhandig geschreven, waarin hij Lance toestemming geeft om om gezondheidsredenen de kolonie te verlaten.
Beschrijft eiland; toont zich ingenomen met Sir Woodford, Gouverneur aldaar.
Lange beschrijving van het eiland. Geeft kommentaar op verschillen in leefwijze van bewoners van de Franse en Engelse gebieden daar.
Denkt in Juli met verlof naar Engeland te gaan. Daar kan nog wel het een en ander tussenkomen, want intussen heeft het boek van Lefroy zo veel stof doen opwaaien, dat erin Paramaribo sprake van is om via Den Haag de terugroeping van Lefroy te bewerkstelligen.
Vermeldt aankomst stomboot uit Rotterdam; heeft er 28 dagen over gedaan. Lance geeft te kennen dat hij gelooft dat het voor allerlei partijen beter zou zijn, als Lefroy de kolonie verlaat.
Over Lefroy: "It is quite ridiculous the efforts that the has been making to get me into the same scrape with himself and he is much annoyed at my not yielding to his sapient adviace. If he was not more to be pitied than to be angry with I should have treated him very differently, but I really consider him as more than half mad on the subject of Christianity and Slavery and there are few people here but what think the same".
Verzoekt om terugroepeing van Lefroy, 10 Sept. 1827.
Lance heeft nu dus promotie gemaakt.
Lefroy is "completely thunderstruck" door boodschap van zijn ontslag.
Voornamelijk over zijn huisdieren.
Spreekt over de "very great distres of the whole Colony".
Gebabbel over de nieuwe Gouverneur, admiraal Cantzlaar, en diens dochters.
"I have very little news to tell you from this part of the world, a Dutch Town always I believe being very dull and never in the course of the year showing more than two or three symptoms of attempts at animation".
Verhaalt hoe een slavinnetje geprobeerd heeft haar meester te vergiftigen. Zal waarschijnlijk ter dood gebracht worden.
Vermeldt twee executies van slaven.
Refereert aan inval van Marrons in het jaar ervoor (1829).
Spreekt over zijn ziekte en de kwaliteit van de doktoren in Suriname. Verder over rentabiliteit van geldbelegging in Suriname.
Opmerkingen over verschillende personen in de kolonie. Ook wat over Lefroy.
"We used formerly to have frequent communications with the islands but owing to the miserable policy of the Dutch Government, there, is now not a single Foreign Vessel allowed to come here except the Americans without whom they would not be able to sell their molasse or to buy salt fish for their negroes; and the consequence is we knew nothing of what our neighbours are about but go on exactly in the way their fathers to the 3rd and 4th generation upwards have gone before them and Mynheer says a fig for all your new improvements. However, the slave trade, being now fairly stopped and labour getting much dearer and money much scarcer he finds that something must be done if he will keep a single guilder in his pocket and steam is consequently stealing its way into the Colony by degrees in spite of all prejudices against it".
Opmerkingen over de korruptie in de kolonie. Korruptie en Holland lijken voor Lance synoniemen. " .....I have no doubt the gross corruption of ranks is the chief cause of the rapid decline of Holland and her Colonies".
Stoomketel ontploft op plantage. Is andere rechter naast Lance benoemd, een zekere Dabrymple.
Zijn reaktie op berichten over arbeidsonlusten in Engeland: "Thank God we have no such things as hungry and houseless paupers here, where a man can always stuff himself out with Bananas and make a house in two hours sufficient for any protection he may want in this climate".
Kommentaar op de Belgische kwestie en op de valutaproblemen.
Schijnt het toch nog druk te hebben met zijn korrespondentie met de Gouverneur betreffende de slavenhandel. Kommentaar op de Reform Bill.
Kommentaar op arbeidsonrust in Engeland Refereert aan weglopen van slaven.
Vermeldt oprichting leprakolonie aan de Coppename.
Aanvallen van Marrons op de kolonie. Oorlogsdreiging; fortifikaties worden versterkt.
Vermeldt weer angst van gouverneur voor aanval vanuit Cayenne of Martinique. Dreigt ook cholera. Weer gemopper over korruptie van de Hollanders.
Vermeldt zijn reis naar Nickerie. Er moest daar een opstand onder de slaven bedwongen worden.
Over zijn gezondheid.
Brief bevat zeer fraaie tekening van een stoel. Die stoel werd door Lance als kado, in de vorm van een bouwpakket, aan zijn vader gezonden.
Lijkt nog steeds cholera te dreigen.
Denkt over pensionering per februari 1833. Refereert aan de Reform Bill.
Kommentaar op de verschillen tussen Engels en Ned. beheer over de kolonies.
waarin hij aantekent op de hoogte gesteld te zijn door een zekere Mr. White, van een geval van geseling. Het slachtoffer was later aan de wonden bezweken. Lance beschrijft hoe hij White erop wijst dat bestraffing of opsporing van wreedheid buiten zijn kompetentie valt. White beseft dit maar vindt het belangrijk dat Lance en Dabrymple over de informatie beschikken. White is niet bereid om de informatie door te spelen aan de koloniale autoriteiten, bang als hij is om als "verklikker" gebrandmerkt te worden.
Ooggetuige verslag van de grote brand in Paramaribo. Kritiek op brandweer en regering in verband hiermee.
Waarin hij zegt dat het hem spijt dat hij een etentje ten huize van Lance moet afzeggen.
Kommentaar op de (5) aanstichters van de brand. Refereert aan aanwijzingen als zouden de brandstichters een komplot vormen om de hele kolonie te verwoesten. Lefroy had in zijn Outalissie dit beeld van de algehele verwoesting ook al opgeroepen...
Refereert aan blokkade rond Holland, Oorlogsdreiging tussen Engeland en Holland. Maakt zijn terugkeer naar Engeland onzeker. Stuurt nu zijn brieven via Amerika.
Oorlogsdreiging nog steeds voelbaar in Paramaribo. Acht werkelijke gevechten ondenkbaar. Zij slechts 300 man soldaten in de kolonie; matrozen hebben geweigerd de kanonnen te bemannen.
afzender Palmerston, met zegel.
Doet verslag van de executie van de brandstichters. Is van plan om om gezondheidsredenen verlof te vragen en dan pas in Engeland te bekijken of hij al pensioen kan aanvragen. Wil niet het risiko lopen dat zijn pensioen geweigerd wordt of dat hij tijdens de behandeling van zijn pensioensaanvraag nog in Suriname moet blijven.
Stuurt zijn brieven nu via een smokkelaar naar Berbice.
"I am out of patience with that obstinate jackass the King of Holland and the manner in which he governs this Colony where by most of the inhabitants from a state of comfortable independence are now reduced to the greatest poverty."
Weer handel tussen Suriname en Holland via schepen die onder neutrale vlag varen. "With emancipation and cholera hanging over us really the West Indies are in a hopeful way".
Er zijn moeilijkheden met het pensioen van Lefory.
Staat bij vermeld; "Wordt verzocht geene bedienden mede te brengen".
Verslag van de terugreis naar Europa. Lance kon niet in Engeland landen, komt via Nederland.
Is in Engeland.
Volgens de inventaris van het boek zelf hebben hier enkele brieven van plantenliefhebbers en van de Zoological Society gezeten.
Brief van Bandinel, slecht leesbaar.
Vanaf hier zijn de stukken nog wel genummerd, maar staan ze niet opgenomen in de inhoudsopgave vóór in het boek.
Lance maakt hierin zijn huwelijk bekend met zijn nicht, Louisa Paton.
waaruit blijkt dat Louisa dochter is van een rijke East India Company handelaar. Het via Louisa geërfde kapitaal wordt door het echtpaar onder het beheer van Trustees gebracht. Ze houden zelf recht op rente van de gelden.
Arbiter 1823 tot 1827
Rechter 1829 tot 1833
De nummering (ook op de microfilm) van deze los aanwezige stukken is een vervolg op de paginanummers.