Terugkeer naar Nederland

10-04-1945, Osnabrück

In september 1942 ben ik op achttienjarige leeftijd in dienst getreden als kantoorbediende bij de PTT. Op 1 juli 1943 kreeg ik het bericht dat ik wegens Arbeitseinsatz op 7 juli moest vertrekken naar Bremen. Uiteindelijk kwam ik in Osnabrück terecht, waar ik bijna twee jaar ben gebleven.

Story Archive

Op 1 april 1945 was Osnabrück omsingeld. Alle Duitse troepen waren zo goed als weg, en op 4 april 1945 werd de stad ingenomen. Zo begon voor ons de bevrijding. Er was praktisch geen gezag meer. Veel plunderingen vonden plaats. Vooral in de nabij de stad gelegen kazernes van het leger waren in trek.

Honderden mensen, zowel Duitsers als buitenlandse arbeiders, deden zich te goed aan de volgeladen goederenwagens met levensmiddelen, kleding, etc. Alles liep door elkaar en iedereen liep met armen en tassen vol.

Op alle punten van belang bevonden zich posten van Canadese en /of Engelse troepen. Voorzichtig benaderden wij hen om een praatje te maken. Enkele dagen later werden we verzocht naar een meeting te komen in verband met de terugreis naar Nederland.

Op 10 april 1945 was het zover! West-Nederland ten noorden van de rivier en ten westen van de IJssel was nog bezet gebied. Ons werd verteld, dat we eerst naar Zuid-Nederland zouden worden gebracht.  Dit allemaal in etappes met vrachtauto’s. Deze auto’s kwamen vanuit Antwerpen volgeladen met munities en voorraden voor hun leger. Op de terugweg naar Antwerpen kon men de auto’s volladen met de Nederlandse dwangarbeiders.

De eerste dag reden we naar het dorp Greven bij Münster. De bevolking werd opgeroepen alles van waarde in een vertrek van het huis op te slaan, de kamer op slot te doen en binnen een uur het huis te verlaten. Het huis moest open blijven.

Via Bocholt reisden we naar Kevelaar en naar de Philipsfabrieken in Eindhoven. Daar werden we helemaal ontsmet. Op 20 april vond een keuring plaats in een school en op 21 april kwamen we aan in Valkenswaard. Hier werd ik ingekwartierd in cafe de Sleutel. De eigenaar dhr. Piet van de Water en zijn vrouw Rika verzorgden ons uitstekend.

Het contact met mijn ouders was nog altijd niet mogelijk. Nederland boven de Rijn was nog altijd bezet gebied. Wij wandelden veel in de omgeving van Eindhoven, zwommen in de Dommel en ging naar feestjes, dronken bier, etc.

Toen kwam het bericht dat we naar huis konden. We vertrokken met een vrachtauto richting Amersfoort. Hierwerden we afgeleverd in het voormalige concentratiekamp.

En toen kwam de volgende dag. Er stond een lange personentrein klaar. Elke wagon had ongeveer acht coupes, met aan weerszijden een deur. Alles zoals we dat vroeger gewend waren. Alle wagons waren overvol.

Het werd een onvergetelijke dag. Van Amersfoort tot Amsterdam en later tot Alkmaar werd de stoomfluit in werking gezet. Iedereen kon horen dat er weer een trein langsreed.

In Alkmaar ging ik weer verder per vrachtauto naar mijn dorp Dirkshorn. Voor ons huis werd ik afgezet, het feest kon beginnen. Helaas, er was niemand thuis. Buurvrouw Dam wel en zij wist niet wat zij zag. Als een lopend vuurtje ging het bericht rond.

Om ongeveer 14 uur kwamen mijn ouders thuis na een fijn fietstochtje. U kunt raden wat zich toen afspeelde. Het ene verhaal na het andere.

In de weken daarna vonden de plaatselijke bevrijdingsfeesten plaats. Daarmee begon het normale leven weer op gang te komen.